Chef Holtman leidt in Amersfoort AH's grootste ZB vumw Filiaal Amersfoort vierde 700-jarig stadsfeest vrolijk mee Al 33 jaar in de Langestraat AH-FLI TSEN CAiRHE {PHEW® Mcj. Bep de Vos adviseert et klant in filiaal Langestraat te Amersfoort. Q p 12 juni van het jaar 1259 verleende bisschop Hendrik van Vianden stadsrechten aan Amersfoort. Amersfoort, de stad die haar naam te danken heeft aan de Eem. ,,Voorde in de Amer" zo noemde men de stad vroeger en onze grootste dichter, Joost van den Vondel, noemde de stad heel romantisch: „Bruyd van d'Eem". Op 12 juni van dit jaar was Amers foort dus 700 jaar stad. Een feit, dat moest worden gevierd. En hoe kon men dit beter doen, dan door de his torie te laten herleven? Men zette de oude stadspoorten weer daar waar zij vroeger hadden gestaan enmen toverde de oude kos tuums weer tevoorschijn, zoals zij in de loop van de zeven eeuwen waren gedragen. Hoe krijgt men namelijk een betere indruk van de oude tijd dan door de burgers en burgeressen weer in deze oude kostuums te steken? Vanzelfsprekend waren er niet vol doende oude kostuums meer voor handen om er alle 70.000 inwoners, die de stad thans telt, in te steken. Tenslotte woonden er ten tijde van Hendrik van Vianden slechts 4000 mensen in de stad. Het comité dat de feestelijkheden organiseert besloot derhalve patro nen te laten maken van deze origi nele oude kostuums en stoffen aan te schaffen, of te laten vervaardi gen, die hiervoor ook vroeger wer den gebruikt. Zelf" maken De „poorters en poorteressen" van de stad waren hierdoor in de ge- daar het inmiddels zo warm was geworden, dat de andere kostuums wel wat benauwenissen veroor zaakten. Die waren nl. in de win termaanden gemaakt en toen kon men nog niet weten, dat we zo'n mooie zomer zouden krijgen. Overigens zien de japonnen van Jannie, Bep en Greet je er wel heel echt uit. Zij hebben een kleine V. hals waaruit een plissé gestreken en gesteven kraagje komt uitpie- pen enlange mouwen. Mouw aan passen Eerst hadden de meisjes korte mouwen in de japonnen gemaakt maar dat was volgens het comité niet zoals het behoorde. Er moest een stukje worden aangezet en zo werd hier dus in letterlijke zin „een mouw aangepast". „Het was heel gezellig, dat maken van die kostuums', vertelde mevr. Holtman me, „maar een rommel dat je er van hadHoewel mevr. Holtman nl., telkens als de meisjes aan hun kostuum kwamen werken, grote kranten op de vloer had gelegd, vond ze iedere dag op nieuw handen vol pluisjes op de vloer liggen. Wat dat betreft is het maar goed, dat zoiets maar eens in de 700 jaar voorkomt Overigens heeft men het plan vol gend jaar weer een gekostumeerd feest te geven. De kostuums zullen daarom, als de feestelijkheden ach ter de rug zijn, netjes gestoomd en tot volgend jaar worden opgebor gen. Inmiddels dragen Greet (in de af deling fijne vleeswaren) en Jannie Bep en Rietje aan de cassa's, hun kostuums 's vrijdags en 's zater dags in de winkel. De laatste veer tien dagen van de eeuwfeesten, deze duren tot half augustus, dra gen de meisjes ze elke dag. „Als het dan maar niet zo warm is", verzuchtte Greet. Ik kon me voorstellen dat ze er wat tegenop zag. Tenslotte valt het niet mee je zo te moeten inpakken, terwijl de anderen er in luchtige zomertoilet- jes bijlopen. Maar ja, wie mooi wil zijn moet lijdenEn och, dat valt eigenlijk nogal mee. GERDY. Van suikerbrood tot klontje Naar aanleiding van ons artikel over suikerklontjes schreef de heer N. Bijl te Amsterdam ons dat hij zich nog herinnert hoe hij zestig jaar geleden suikerklontjes maak te uit een suikerbrood, beduidend Ais dertienjarige jongen werd hij aangenomen bij de firma Corput te als bezorger en alle andere voor komende werkzaamheden. Voor legenheid zich, voor minder geld dan men zou verwach ten, zelf een kostuum aan meten. Dat ook de jonge „joffers" in AH's f 3.50 per maand werkte hij van grootste zelfbedieningszaak in Ne derland, het filiaal in de Lange straat, hiervoor belangstelling had den, spreekt haast vanzelf. 's morgens half acht tot 's avonds 11.00 uur, 's zaterdags tot 12.00 uur. Met een rasp maakte hij poeder- In costuums van vroeger eeuwen aan cassa's van heden. V.l.n.r. de cassicres Bep de Vos, Jannie van de Vlekkert, Riet Butje en Greetje van Schalkwijk. en kan het zich thans niet meer zo goed voorstellen maar wintermaanden, avondjes te orga niseren waarop het personeel on gedwongen en gezellig bij elkaar I I I I - I I I I kwam. Men leerde elkaar daardoor te brengen. Dat was in de tijd dat het er om ging hoeveel boekjes I ook eens buiten het werk om ken- er waren tijden, dat een kruideniersjongen een half uur moest fietsen om een half pond zout a V/2 cent naar een klant De directie stelde de meisjes in suiker van een suikerbrood en voor staat de kostuums zelf te maken, een franse familie werd met de Men kocht van het comité meters h&nd klontjes gemaakt. Stokjes velours, kant en galon en beladen vanille werden in een vijzel tot poe- met deze attributen stapten Greet der gestampt. De bezorgwijk strek van Schalkwijk (24), Jannie van de te zich uit over het gehele stads- Vlekkert (22) en Bep de Vos (25) gebied. onder leiding van mevr. H. Holt- De heer Bijl besluit zijn brief met man-Van Laai-, echtgenote van de de mededeling dat hij ons de voor bedrijfsleider van het filiaal in de uitgang van harte gunt. Langestraat, naar de coupeuse, mej. Mosterdman om de kostuums op maat te laten knippen. Daarna echter moest de eigen han digheid er aan te pas komen. Avon den achtereen kwamen de meisjes 's avonds bij mevr. Holtman boven om de kostuums in elkaar te naaien. Met de hand en op de ma chine van mevr. Holtman werden de lappen stof, die aanvankelijk als een onbegrijpelijk bundeltje bij el kaar gebonden, tot prachtige ja ponnen. Er werd gepast en ge meten, maar tenslotte stonden ze daar dan toch: Greetje, Jannie en Eep, als drie vorstinnen, gereed om de klant in audiëntie te ont vangen. De 20-jarige Riet Butje, net als Jannie en Bep cassière bij Albert Heijn, vond het zo geweldig, dat ze, hoewel ze er aanvankelijk niet aan zou meedoen, besloot ook een kostuum te maken. Zij koos echter een wat luchtiger modelletje uit, Bedrijfsleider H. D. Holtman. er in de winkel werden ingeleverd. Of er nu grote of kleine bestellingen in die boekjes stonden opgegeven kwam er in eerste "Natuurlijk wordt op deze avonden 1 ook evp.n hst dno-pliibc wprlr hü. instantie minder op aan. In die dagen, het was in het jaar 1927, stelde „baas Gerrit" Heijn in zijn 29e filiaal in Amersfoort de heer H. D. Holtman en zijn vrouw aan als filiaalhouders. Het echtpaar kwam uit Kampen en was bereid de handen uit de mouwen te steken. Dat was dan ook toen wel nodig. Men kende nog niet, zoals thans, het zelf bedieningssysteem, het maga zijn bestond nog uit een naar soort donkere kelder waar je met een schamel lichtje de arti kelen bij elkaar moest zoeken en van een lopende band naar de winkel was helemaal nog geen sprake. Zware kisten en balen werden op de nek naar boven gesjouwd, daar was nu eenmaal niets aan te doen. Er is in de 32 jaar dat de heer en mevrouw Holtman-Van Laar thans in de zaak staan, heel wat veranderd. Op 9 juni j.l. was de laatste ver bouwing voltooid en daarmee mocht de heer Holtman „zijn" zaak in de Amersfoortse Lange straat de mooiste en grootste A.H.-zelfbedieningswinkel van Nederland noemen. Toen de heer Gerrit Heijn het pand in 1917 kocht en daannee dus, zo als gezegd zijn 29e filiaal opende, moet hij beslist een vooruitziende blik hebben ge had. Hij kocht nl. twee panden naast elkaar, waarvan hij er één met recht van koop ver huurde aan een manufacturier, een zekere heer Molle. Deze heeft later in derdaad de zaak gekocht, waar na er zich nog een bedden- en tapijtenspecia list en een por seleinhandelaar in vestigden. Nu echter de ZB aan de Lange straat nodig moest worden uitgebreid, had men gelegenheid het pand terug te kopen. Men brak muren weg en liet plafonds in elkaar overlopen, waar door de twee zaken aaneen werden gesmeed en Amersfoort de groot ste AH-zelfbedieningszaak kreeg. Voor de heer en mevrouw Holtman was dit tevens de kroon op hun jarenlange arbeid. 25 jaar te vroeg geboren De heer Holtman, die volgend jaar met pensioen gaat, vindt, dat hij eigenlijk 25 jaar te vroeg is ge boren .„Het leven is er in de loop der jaren heel wat gemakkelijker op geworden", is zijn mening. „Vroeger werkte je van 's morgens vroeg tot 's avonds laat. Er was geen winkelsluitingswet en eigen lijk was je altijd in touw. Ook me vrouw Holtman had altijd van aan pakken geweten. Toen haar man eens in militaire dienst moest voor herhalingsoefeningen, presteerde ze het zelfs de zaak alleen te drij ven. en toen had je nog niet al die op de fabriek verpakte artikelen zoals tegenwoordig. Toen werkten we nog met vaten stroop, spiritus en olie en alles was nog aangevoerd in balen. Pas in 1924 kreeg je de eerste verpakte levensmiddelen, zoals aardappelmeel en rijst, nog veel later ging men ook er toe over zout, suiker, thee en peulvruchten enz. te verpakken." Mevrouw Holtman had er voorts nog een taak bij. In die dagen was het nl. gewoonte, dat de bedienden bij de chef intem waren. Zij had dus ook de taak minstens vier jon gens ondei'dak en voedsel te ver schaffen. Geen kleinigheid als je zelf ook de gehele dag in de win kel staat. iroudjes aan huis Dat het ondanks de drukte toch altijd gezellig was bij de heer en mevrouw Holtman, kunnen wij ons vooi'stellen. Toen het nl. niet meer nodig was, dat personeel intern was en een ieder dus 's avonds naar huis ging, vond het bekwame fi liaalhoudersechtpaar het toch wel wat stil in huis. Zij hadden zelf één zoon, Dick Holtman, maar die bracht in zijn eentje toch ook weer niet zoveel drukte mee. Zij besloten daarom, vooral in de ook even het dagelijks werk be sproken, maar ik pas er wel voor op daar te lang op in te gaan," vertelde de heer Holtman. „Ze ko men nl. voor de gezelligheid en luisteren liever naar de mooie zangstem van Bep de Graaf die een uitstekende tenor heeft en als ama teur zanger o.m. optrad in de schoolopera „De kleine Schoor steenveger" en die nu nog in de kerk zingt en met kerstmis als solist naast 't kerkkoor optreedt". Ook wordt er op deze avonden wel eens iets voorgedragen of deba- teert men zomaar over het een of andere onderwerp. Dat hierdoor ook in het werk een goede, prettige sfeer ontstaat, is duidelijk. Contact niet verloren Deze sfeer komt de klant ten goe de, ook al is het hier een ZB. Waar men nl. vroeger vreesde dat het contact tussen klant en bedienend personeel door het zelfbedienings systeem verloren zou gaan, wordt het tegendeel dagelijks bewezen. „Ik heb tegenwoordig veel meer tijd me met de klant te bemoeien dan vroeger," zei de heer Holtman hiervan. „Als je vroeger een praat je maakte stond een andere klant te wachten enzich vanzelf sprekend te ergeren. Nu wacht er niemand en is toch iedereen te vreden, ook de klanten die graag een praatje met de bedrijfsleider maken." Over de zelfbediening zei de heer Holtman voorts nog: „Ik was er wild vóór, toen ik hoorde dat ook onze bedieningszaak een ZB zou vorden. Immers in een bedienings zaak ziet de klant slechts 60 van de artikelen die er te koop zijn. In een ZB ziet hij er 101 (men ziet het artikel nl. meer dan één keer) Eigenlijk vindt de heer Holtman het jammer dat hij volgend jaar 85 wordt. „Nu het net goed wordt, ga ik er mee uitscheiden." Aan deel li ouder De heer Holtman heeft echter nog tal van hobby's. Hij is aandeelhou der van het Olympisch Stadion te Amsterdam, wat hem recht geeft op 30 jaar een gratis zitplaats bij iedere interland-wedstrijd (dat duui't nog tot 1967) en voorts is hij dol op tuinieren. Hij hoopt dan ook volgend jaar een huisje te kun nen betrekken in Apeldoorn, de plaats waar hij in 1895 werd ge boren. GERDY.

Personeelsbladen | 1959 | | pagina 3