Gepensioneerden maakten zeer
geslaagde boottocht
Tafeltennisclub heeft nog
plaats voor geïnteresseerden
Introductie
J. Overmeer onthult nieuwelingen
de betekenis van C.C. en O.R.
In de lommerrijke tuin van het Tolhuis wordt de thee gebruikt.
Zich beschuttend tegen een straffe wind die een fijne miezer-
regen over de stad jaagt, staan op zaterdag 20 september de
gepensioneerden van ons bedrijf op de Burcht in Zaandam. Een
slanke rondvaartboot, de Dr. Albert Schweitzer, ligt klaar aan de
Prins Hendrikkade om de ca. 80 gasten te ontvangen en hen te
voeren over de Zaan naar Amsterdam. Daar zullen zich nog
enkele tochtgenoten bij het gezelschap voegen.
Juist als men goed en wel in de boot lig. Natuurlijk. De boot gonst van
is gezeten, barst er een regenbui los
die kletterend op het glazen dak neer
komt. De familieleden en belangstel
lenden op de kade zoeken doornat een
goed heenkomen.
Dan als bij toverslag breekt de grauwe
lucht en tegen het decor van een
blauwe hemel zendt de nazomer zon
zijn stralen naar omlaag.
Een opgewekt groepje nabij 't Kalf.
De inzittenden in de boot die koers
zet naar de hoofdstad halen ver
licht adem. De leiding en zijn staf
van verzorgsters valt een pak van
het hart. Het welslagen van de
zorgvuldig voorbereide tocht zal
van de kwade natuurelementen
geen bedreiging ondervinden.
Om half elf pikt de boot de 10
Amsterdammers op en het gezel
schap is compleet.
„Ze hebben toch maar een .mak
kie' tegenwoordig", merkt de
heer Hüfener op die jarenlang een
van onze schippers was. „Wij
hadden vroeger niet zo'n makke
lijke besturing van de schuiten".
En met een beetje afgunst kijkt
hij naar de kapitein die met los
gemak de plezierboot door de Am
sterdamse grachten dirigeert. Wij
genieten van de steeds weer boei
ende aanblik die de Amsterdamse
binnenstad met zijn 16e eeuwse
patriciërshuizen biedt. Maar hoe
mooi ook, de hoofdstad is het
einddoel niet en spoedig varen we
de Amstel af.
de stemmen van druk keuvelende
mensen. Gelach klinkt op als de
heer Overmeer met zijn repertoire
moppen op de proppen komt. Gro
te vrolijkheid gaat door het gezel
schap als de aanwezigheid van 'n
zekere stoel op de achterbank
wordt bekendgemaakt. Elf uur.
Koffietijd. We leggen aan bij het
Kalf, een gezellig koffiehuis. Met
een routinebeweging schuiven en
kelen op de barkrukken. En be
vinden zich onder hen niet de drie
verzorgsters Ria de Vries, Els van
der Vliet en Cobi Sikkes? (Ter
geruststelling: ze drinken koffie!)
Na deze korte onderbreking zet de
,,Dr. Albert Schweizer" de tocht
voort naar het einddoel Weesp.
Zacht zoemend glijdt zij door het
kronkelende Hollandse binnenwa
ter met zijn prachtige oevers. De
draagbare radio die de heer Stens
angstvallig op zijn schoot houdt
waarom eigenlijk ver
spreidt een vrolijk muziekje. Met
Weesp in zicht gaat de heer Bar-
telson zich roeren. Het is zijn ge
boorteplaats. Maar is het vrien
delijke plaatsje zo gevaarlijk?
„Gewapend en snel wandelen ad
viseert hij als we ons ontschepen.
Het valt gelukkig best mee. Na
een korte wandeling bereiken we
het restaurant waar het diner ons
wacht.
Een tocht over het water maakt
De stemming aan boord is gezel-1 hongerig. Een van de drie lange tafels.
Nu het seizoen begonnen is, kunnen we weer met de tafeltennis-
competitie starten. Er spelen dit seizoen opnieuw 3 teams. Twee
heren-teams waarvan 1 team in de 2e klas en 1 team in de 3a
klas. Het dames-team speelt in de 3e klas.
Verleden jaar is het le herenteam nen, maar door intensief trainen
op de vijfde plaats geëindigd, heten belangstelling, zijn we al een
2e team op de 7e plaats, het 3e i heel eind gevorderd. Daarom nog-
tearn op de derde plaats en ons maals, blijf niet achter en kom
damesteam op de 2e plaats. gerust eerst eens kijken om uzelf
Gaarne zagen wij dat nog vele ervan te overtuigen.
Wij hopen dan ook dat er in de
toekomst vele nieuwe leden bij
zullen komen en dat zij alle en
thousiast voor deze sport zullen
zijn. Het zij nog vermeld, dat op
woensdag 8 oktober de tafelten
nisvereniging haar 10-jarig be
staan heeft gevierd.
personeelsleden van AH zich aan
sloten bij de tafeltennissport.
Vooral in de winter is dit een
prachtige training'.
Velen zouden misschien gaarne
deze sport beoefenen, maar om
dat zij er nog niets van kunnen,
komen ze maar niet. Hier is nu
juist de fout. Wij zijn allen be
gonnen zonder deze sport te ken-
De voorzitter.
Twee maandagen achtereen mogen
de nieuwelingen op de fabriek
's middags het werk het werk. la
ten. Dit zijn de z.g. introductie
middagen. Met een groepje van
gemiddeld 10 a 15 man wordt hun
dan van 12 tot 17 uur een voor
lichtingsprogramma aangeboden.
Het doel hiervan is hen wat ver
trouwd te maken met de verschil
lende regelingen en arbeidsvoor
waarden zoals deze bij ons be
staan. Ook krijgen zij uitleg over
hun loon en tarief en de kwaliteit
van de produkten, terwijl tevens
onderwerpen als veiligheid in en
buiten de fabriek, het ontstaan en
de groei van het bedrijf op het
programma voorkomen. Aan een
rondleiding door de fabrieken is
ook gedacht.
Deze voorlichting heeft plaats in
het filmzaaltje naast het O.G. en
geschiedt door praatjes van een
half uur tot een uur die verschil
lende personen houden. Dit zijn
dus mensen die ieder op hun ter
rein ter zake kundig zijn en hun
toehoorders graag wat meer weg
wijs willen maken.
Een van hen is de heer J. M.
Overmeer, produktiearbeider op
de suikerbakkerijDe heer Over
meer is lid van de ondernemings
raad en voorzitter van de contact
commissie en zijn onderwerp luidt:
het ontstaan, het werk en de be
reikte resultaten van deze beide
organen.
Hiernaast geven wij een interview
weer, dat wij met de heer Over
meer hadden over zijn onderwerp
op de introductiemiddagen.
Iedereen is enthousiast over het
moderne interieur van de ruime
zaal. Maar hoe verrukt is men
van de voortreffelijke maaltijd!
Waren de diverse huisartsen aan
wezig geweest, zij zouden gegruwd
hebben van de wijze waarop en
kelen hun dieet met voeten tra
den. „Hé, piepers in de schil!" ho
ren we zeggen. Het blijken gebak
ken aardappel
tjes. De heer
Breeuvver, 31 j.
bij de muziek,
verzucht: „Wat
een maal" en
daarmede ver
tolkt hij aller
gevoelens. Ria
de Vries geeft
het pas op na 3
porties ijs.
Voldaan breken
we op. De
schrik van de
heer Bergers
(68), „ik ben
m'n meissie
kwijt", blijkt
loos alarm.
En dan de terugtocht. De heer
Bartelson is op z'n praatstoel ge
klommen en geeft een conferance
ten beste die Wim Kan jaloers
zou maken. Lachsalvo's klinken
op. Een leuk moment is het als
de heer IJff, totaal verrast, bloe
men krijgt aangeboden. Hij is de
ze dag 35 jaar getrouwd. Jam
mer dat zijn vrouw juist ziek was
en thuis moest blijven. Cobi Sik
kes en Els van der Vliet blijken
een dichtader te hebben en zus- j
ter Remeeus krijgt een applausje
voor een geïmproviseerd vers. En
laten we de dames Meijn, van
Houts en Westers niet vergeten.
Ja, het is een plezier van jewel-i
ste. „Wat is het gezellig", vindt
mevrouw Gans, wier man 22 jaar
„Nee, ik had in m'n jonge jaren nooit kunnen denken dat ik nog eens
voor een groepje mensen zou praten over onderwerpen als contact
commissie of ondernemingsraad. Hoogstens over sport, want vanaf
mijn 14e jaar heb ik me intensief aan de sport gewijd. Het begon
met voetballen en later kwam daar nog worstelen en acrobatiek bij.
Maar de laatste 10 jaar is de sport op de achtergrond geraakt en nu
wordt mijn vrije tijd in beslag genomen door het sociale werk, ver
enigingsleven en het volgen van cursussen."
Dit zijn de woorden van de heer
J. Overmeer (SB IV), 39 jaar, die
waarschijnlijk in die tijd van de
jongenskiel ook nooit had kunnen
dromen eens lid te zijn van de on
dernemingsraad en voorzitter van
de contactcommissie.
Toch vormt deze laatste functie de
reden, dat hij ongeveer P/2 jaar ge
leden voor het eerst een praatje hield
voor de nieuwelingen van ons bedrijl
over het werk, het ontstaan en de
resultaten van de beide organen.
Je moet je stof toch wel een warm
hart toedragen, wil je er week in,
week uit over kunnen praten. En
de gedegenheid waarmede de heer
Overmeer zijn onderwerp voor de
nieuwelingen uit de doeken doet,
getuigt daarvan. Actief vakbonds
bestuurder als hij is, kent hij aan
zijn praatje voor zijn 1015 kop-
Ontscheping in Weesp.
Het diner wacht.
op de V.A. werkte.
In de tuin van het Tolhuis onder
dichtbebladerde bomen wordt thee
geserveerd. De heer Noortman die
een goed deel van de organisatie
voor zijn rekening had genomen,
maar door werkzaamheden niet
mee kon, maakt het laatste stuk
mee.
Het uitstapje loopt ten einde. Voor
dat de Amsterdammers bij de
steiger uitstappen, dankt de heer
Middelbeek namens alle gepensio
neerden de directie en organisa
toren voor het uitstapje dat „in
een woord af" was, en waarvan
j hij van ganser harte hoopte dat
pen tellende gehoor, grote waarde
toe. Omdat iedereen moet weten
welk een effectief middel de con
tactcommissie is om b.v. gegronde
klachten en suggesties door die
kanalen te leiden die voeren naar
een bevredigende oplossing.
Ik maak me helemaal niet sterk,
zegt de bescheidenheid in de
heer Overmeer, dat iedereen na
mijn half uurtje praten, van
A tot Z weet wat de resul
taten zijn van de contactcom
missie en de ondernemingsraad en
hoe deze organen van overleg pre
cies werken, maar waar ik wèl
van overtuigd ben is dat we op
deze manier bij de mensen begrip
kweken voor deze instellingen die
enkele tientallen jaren geleden
nog stoutmoedige dromen waren.
Het is achteraf gezien misschien
een valse vraag geweest maar het
was eruit voor we het wisten:
.Hebt U tijdens Uw praatje een
aandachtig gehoor?" De heer
Overmeer, 14 dienstjaren, bleek
de achtergrond van die vraag te
vatten, hij lachte tenminste wat
en antwoordde in de roos: „U
denkt dat het te saai is?" Geluk
kig wachtte hij de naderende leu
gen niet af en ging verder: „Het
is natuurlijk een onderwerp dat
vooral de mannen van boven de
23 interesseert. Ook de gehuwde
dames, omdat ik n.l. sociale kwes
ties aanstip die deze leeftijdsgroe
pen bijzonder aanspreken.
Om de aandacht van de jongeren
geboeid te houden is iets moeilij
ker. Daarvoor is mijn onderwerp
geloof ik te weinig spectaculair.
Sinds kort heb ik een hulpmiddel
in gebruik om het gesproken
woord wat dieper te laten indrin
gen. Onze tekenaar, de heer W.
van Maltha, heeft zeer geslaagde
tekeningen gemaakt die het ont
staan van de C.C. en O.R. aan
schouwelijk voorstellen en ook hun
activiteiten tot de verbeelding la
ten spreken."
het niet de laatste keer is ge
weest.
Voldaan na al wat we genoten,
„stomen" we naar Zaandam. Het
is half zeven.
De tocht is schitterend geweest,
de organisatie af. De deelnemers
bewaren er een dankbare herin
nering aan.
Ria, Cobi en Els drinken koffie met de heer Mikx. Ria de Vries is behulpzaam bij het betreden van de boot,