O.P.W. Problemen rond de fabrieksuitbreiding G. HEIJN iniinL Grotere omzet stelt eisen Efficiency en productiviteit "ftWALiie/r l"111J Personeelsorgaan van Albert Heijn N.V., Zaandam Landelijke editie SAH002000V.8 Flitsen Landelijk april 1955 12e Jaargang No. 4 - April 1955 De kunst van het verkopen Wat wy achter de toonbank nog veel meer moeten doen is Ver- KOPEN. Verkopen is niet een kwestie van de klant een rij artikelen opnoe men of men dit of dat soms ver geten heeft, maar de wijze waarop U, zonder dat het de klant opvalt, achter de toonbank behoefte schept aan het artikel dat ge aan de man wilt brengen. Niet alleen de warenkennis, maar juist de KUNST VAN VERKO PEN hebben wij als een dringende behoefte op onze bedrijfsschool ge voeld. Daarvoor hebben wij thans als leermeester de heer Hali be noemd. Onze verwachting, dat wij binnen kort een flink stuk in de goede richting komen, hopen wij beant woord te zien. J. LEGERSTEE, i Doorkijk door de afbraak, genomen staande op een der steigers. Onderstaand artikel is overgenomen uit van 10 Maart .Het Parool" U zult lycl niet van mij verwachten, dat ik over het onderwerp, zoals hei door het opschrift wordt aangeduid, eco nomische beschouwin- -gen zal gaan houden. Dat ligt ook geenszins op mijn weg. ik ben gaarne bereid enkele opmerkingen in dit ver band te maken. Dit zijn dus geen redeneringen van een econoom, maar opmerkingen van een zakenman. Het lijkt mij .toe, dat er in verschillende krin gen dikwijls misverstand heerst over de betekenis van de begrippen effi ciency en productiviteit. Er zijn nog altijd werknemers, die bij de woorden efficiency en productiviteitsverhoging denken aan een systeem van afjakkeren, maar ik geloof dat zij in de min derheid zijn en dat deze gedachte snel verdwijnt. Hierbij behoeven wij dus niet lang stil te staan. Merkwaardig is het evenwel, dat ik vaak onder werkgevers een toon opmerk, die er op wijst, dat een gebrek aan verbeterde arbeids productiviteit wordt ge weten aan te geringe ijver van de werkne mers. Nu is het duide lijk. dat de medewerking van de werknemer niet kan worden gemist. In bepaalde gevallen kan het zelfs wel zijn, dat van arbeiderszijde het initiatief genomen wordt voor verbeterde werk methodes. Maar in het algemeen lijkt het mij toe, dat het juist hun typische taak is om steeds nieuwe wegen te vinden voor verhoogde efficiency en producti viteit. Het is altijd merkwaar dig te zien hoeveel be drijven in binnen- en buitenland hier telkens weer in slagen. En dat juist onder de druk van scherpe concurrentie en in het bijzonder bij schaarste aan personeel en daaruit voortvloeien de relatief hoge lonen. Wanneer er nu wel ge zegd wordt, dat b.v. de laatst gegeven loonron- de in Nederland niet juist was, omdat de ar beidsproductiviteit geen gelijke tred zou houden met deze loonsverho ging, dan lijkt mij dit eenzijdig gesteld. Ik kan niet spreken voor andere bedrijfstakken. Het vraagstuk zal in ieder bedrijf wel weer een ander aspect heb ben. Maar ik houd er mij van overtuigd, dat wij, als leiders van gro tere bedrijven, moeten inzien welk machtig perspectief aanwezig is in de toegepaste effi ciency. Deze kan be staan uit het beschik baar stellen van meer dere paardenkrachten per man of van verbe terde en moderne outil lage, uit doelmatiger ge bruik van inrichtingen van de menselijke fac tor. Begin vorig jaar was er geneigdheid de prij zen te verhogen onder de indruk van gestegen loon- en huurkosten, waaruit dan weer ande re verhogingen voort vloeiden. Wij hebben toen gemeend, dat er een andere weg was om deze hogere kosten te dekken. Het heeft tal van vooraanstaande me dewerkers in ons bedrijf menig angstig ogenblik bezorgd toen wij juist op dat moment prijzen en winstmarges hebben verlaagd. Zij konden zich niet voorstellen, hoe, zowel in onze fa brieken, als in onze win kels, deze lagere marges de gestegen kosten kon den dekken. Resultaten hebben de pessimisten beschaamd, want on danks de lagere marges werd toch een goed re sultaat verkregen door veel hogere omzetten. Ik geloof wel, dat de leiders van bedrijven vrij algemeen inzien, dat de apparatuur van een fabriek zo volledig mo gelijk moet worden be zet om tot een lage kostprijs te komen. Maar naar mijn mening wordt er bepaald on voldoende besef gevon- den met betrekking tot soortgelijke factoren in het winkelbedrijf. Ten dele zal dit wel het gevolg zijn van het feit, dat dit voor efficiency- experts een nog bijna onontgonnen terrein is. Toch is het vraagstuk in de grond natuurlijk geheel gelijk. Ook in het distributie-apparaat is een vrij kostbare outil- lage aanwezig. Het is i duidelijk, dat de kosten hiervan zullen dienen te worden gedragen door de omzet. Alleen stijging van de omzet zal een verkleining van de mar ge mogelijk maken. Hieraan is trouwens niet alleen door de leiders van het bedrijf, maar ook door de klant nog wel het een en ander te doen. Als de huis vrouw er toe zou kun-t nen komen haar aan- kopen niet te verrichten op één bepaald spitsuur, dan zou een veel betere werkverdeling en doel matiger werkmethode van het winkelpersoneel mogelijk worden. Het lijkt mij aan geen twijfel onderhevig of niet alleen ons bedrijf, maar de gehele bedrijfs tak en de gehele distri butiesector zal voort gaan te streven naar lagere distributiekosten per eenheid. Dit kan al leen de weg zijn tot ver laging der kosten van levensonderhoud van het Nederlandse volk. Dan zal een matige loonsverhoging niet lei den tot verhoging van de prijzen, maar tot ver hoging van het gebruik en tot betere behoeften- bevrediging. Betere be vrediging van behoeften is groter welvaart en alleen zo kan in wer kelijkheid de welvaart van het volk toenemen. G. HEIJN Juist bij het ter perse gaan van dit nummer vond de viering van de grote O.P.W.-dag 1954- 1955 plaats. Deze dag was weer een onvergetelijke voor allen die het voorrecht hadden hem mee te maken. Wij komen in ons volgend nummer op dit hoogtepunt terug. Na de prijsuitreiking in het ont spanningsgebouw zijn de gas ten naar Krasnapolsky ge- Wanneer de fabriek te klein wordt zet je er een stuk bij en de zaak is weer opgelost zou men zeggenZo lag het bij ons echte; niet. I jiet alleen de expeditie werd veel le klein, ook ons parkeer terrein voor laden en lossen behoefde, mede door het toenemende autovervoerdringend verbetering. Verder hadden de VF, SB"' en SB4 - Kaasafdeling en de magazijnen voor CF, VA en SB verruiming nodig. Dit wisten we dus: hoeveel moesten we echter uitbreiden? Hoe veel filialen zouden er nog bijkomenEn binnen hoeveel tijd? En hoe kunnen wij uitbreiden? U ziet vele vragen! De V.F. zal worden vergroot met het naastgelegen papiermagazijn, tevens moest een gedeelte van het dak omhoog gebracht worden om de nieuwe vermicelli-machine te kunnen plaatsen. Ook moet de ge hele afdeling gereorganiseerd worden. Een en ander is inmiddels in uitvoering. Boven het kaaspakhuis was even eens een papiermagazijn; dit zou dus plaats moeten maken voor de uitbreiding van het kaaspakhuis Hierdoor wordt een meerdere kaasopslag verkregen. Hiervoor zijn nodig kaasplanken. Dit is eveneens in uitvoering. S.B. 4 is inmiddels vergroot met het naastgelegen magazijn en is nu een mooie afdeling geworden. Met S.B. 3 lag het nog wat moei lijker, hier was alleen verruiming mogelijk door: de in een ander gen waaraan niet veel ve: loven gaat. De vroegere rijstloods van de Mi- co moest dus plaats maken voor de nieuwe fabriek. Op nevenstaan de foto ziet U dat de sloop al aardig vordert. De 550 kubieke meter pu'n die hier van afkomt, wordt gebruikt om de dijken b'j Zierikzee te ver sterken. Veiliger. Zodat we dus kunnen vaststellen lat Albert Heijn het leven van de Nederlanders niet a leen goedko per maakt, maar ook veiliger. V/e hebben nu die rijstloods wel ge sloopt. maar waar mo,esten we zo lang voor de tijd van een jaar) met de leeg goed-afdeling naar toe Daar zaten we. waar breng je ca. 1100 m~ werkruimte onder in een j fabriek, die te klein is? Naast ons pbouw gelegen limonadeafdeling fc'khuis hebber, .rij een flink sink te offeren. Voor verbinding tus- - J 1 oen de twee gebouwen moest een luchtbrug gemaakt worden van gaan, waar een uitstekend 6 m. breedte. De reorganisatie van diner wachtte. Cees de Lange j S.B. 3 is gedeeltelijk in uitvoe- met zijn gezelschap verzorgd; het verdere programma. Wat weet U er van? 1. Geeft U aan alle kinderen een snoepje? 2. Hoeveel mandarijntjes zitten in een blik? 3. Hoeveel partjes perzik zitten in een klein blik perziken? d. IVat is een super-market? 5. Waarvoor dient een reken boekje? 6. Hoe komt de rum in een rum boon? 7. Wat is een eerste vraag, die U een klant stelt, wanneer deze om „een" fles wijn vraagt? 8. Noem 6 artikelen, die bij een bowl gebruikt kunnen worden. 9. Noem een buitengewoon goed kope boterhambelegging in blik. 10. Waarom verkopen wij de Zaanse koeken niet zonder blik? Antwoorden op pagina 3. ing, doch kan pas worden vol tooid, wanneer de limonadeafde ling geheel verplaatst zal zijn. Deze moet n.l. komen op het te genwoordige parkeerterrein, dat hiervoor dicht gebouwd zal wor den. Dit kan pas gebeuren als de nieuwe fabriek en het parkeer terrein gereed zijn. Door het verplaatsen der L.F. be reiken we tevens een grote bespa ring in het transport. Voor uitbreiding der diverse ma gazijnen was het nodig een be staande lichtboog gedeeltelijk dicht te bouwen en een luchtbrug te maken over een steeg van 6 m. Dit dus in grote trekken wat be treft de uitbreidingen en verbete ringen binnen de bestaande fa briek. Nieuwe fabriek We zouden echter ook een nieuwe I fabriek gaan bouwen, met op de begane grond de expeditie. Daar zou dan ook aansluitend het laad- en losterrein moeten komen. Er stonden echter vier woningen op! Eigen woningen, maar ook van derden. Deze laatsten moesten worden aangekocht, en met de eigen woningen worden gesloopt, hetgeen inmiddels in uitvoering is. Gelukkig waren het oude wonin- Ons voormalige leeggoedmagazjjn gezien vanaf een dekschuit. open terrein, een vroegere scheeps werf, als we daar nu eens een tent opzetten? Dit bleek echter practisch niet uitvoerbaar. De heer J. Heijn kwam op het idee op dit terrein een paar z.g. rom- ney-huttcn te plaatsen; deze had den wij na do oorlog, toen bouwen bijna niet mogelijk was, gebruikt bij Sterovita. Dit was de oplossing. Wanneer ik echter spreek over een terrein, vergeet ik te vertellen, dat dit voor een groot gedeelte uit water bestond. We moesten dus dempen, waarvoor 1100 kubieke meter zand, sintels en klei zijn nodig geweest, benevens 700 vierk. meter straatwerk te maken. Sen pluim voor de mensen die dit 'n hevige koude hebben Maar ge maakt is zeker op zijn plaats en het bordje erwtensoep dat ze daar bij kregen zeker verdiend. Leeggoed krap. Daar zit dus de leeggoed-afdellng In een ruimte van600 vlerk. meter! Dat is dus 500 vierk. meter minder ruimte als ze gewend wa ren en nodig hadden! Dat zij dus zéér moeilijk werken, behoeven wij U niet te vertellen, en dat U hen helpt door regelmatig uw leeggoed retour te zc-nden en vooral op uw rechtstreekse zendingen te letten zal U nu wel duidelijk zijn. Zo zullen we dus met een kleine achterstand op het tijdschema be ginnen met het heiwerk voor de nieuwe fabriek, een kleine achter stand omdat er één is geweest die zich niet aan het schema heeft gestoord, n.l. koning winter. 1230 palen. Onder de bestaande ryst-loods be vinden zich reeds 1230 palen, waarvan wij er echter maar 500 kunnen gebruiken, en moeten er nog 385 palen bijgeslagcn worden, zodat er dan totaal 1615 palen in de grond zitten. Wanneer dan verder -ongeveer 32000 kg balkijzer, 560 kubieke meter beton, waarin 52570 kg be tonijzer zal zijn verwerkt, en wat er dan nog verder aan een bouw werk tc pas komt. zal over een jaar onze nieuwe fabriek gereed zijn. Dan zal ons bedrijf in staat zyn de te verwachten grotere produe- tievraag van de komende jaren op te vangen. C. J. KOOMEN,

Personeelsbladen | 1955 | | pagina 1