Districtsleider Th. Daalhuysen (54) laat zich
leiden door liefde voor het kruideniersvak
Verwonderlijk
Een kwartje guldens
Ervaringen met chefs
Voor jongens met zin de mooiste kansen
Auto-ongeluk? Praten we niet meer over!
Pieten op scooters
Keurmeesters bezoeken onze fabrieken
Personeelsorgaan van Albert Heijn N.V., Zaandam
Landelijke editie
SAH002000144
Flitsen Landelijk december 1954
11e Jaargang No. 13 - Decei
1954
r~
Zo zag het „kneusje" er vlak na
de aanrijding uit. Men kan zich
haast niet voorstellen, dat deze
auto thans weer dagelijks ge
bruikt wordt.
„Het wonderlijke is dat vele jonge
mensen zónder betaling en
mèt groot enthousiasme ach
ter een tennisballetje aanren
nen of de Vierdaagse lopen,
doch dikwijls met veel min
der enthousiasme hun goed
betaalde en veel minder in
spanning vragende arbeid
verrichten. Onder bijzondere
omstandigheden blijkt een
mens tot merkwaardige pres
taties in staat te zijn," schrijft
Ir. E. IL. de Groot in „Maat
schappij Belangen". Deze ge
dacht is niet nieuw. De oude
Grieken zullen het zich ook
wel eens afgevraagd hebben.
Het principiële verschil ligt o.i.
hierin, dat men sport vrijwil
lig pleegt en zijn dagelijkse
werk beschouwt als het „hei
lige moeten".
We moeten er echter naar toe dat
we ons werk ook als sport
zien.
Plus-actie, O.P.W. en plan '54 zijn
middelen om het wedstrijdele
ment in de verkoop te bren
gen. Nóg belangrijker is dat
we plezier in ons werk heb
ben. Je kunt echter pas vol
doening in je werk hebben als
je behoorlijk wat presteert.
Dus AANPAKKEN!
Chef Jorritsma schrijft ons uit
Enkhuizen
Vorige week werd het winkelboek
je van een vaste wijkklant in de
winkel aangereikt. Ik nam het
boekje op en bekeek de bestelling.
Vermoedelijk was het lijstje bood
schappen niet door Mevrouw,
maar door haar man opgeschre
ven. Onderaan stond als laatste
bestelling „Een kwartje guldens".
Ik wilde me niet onbetuigd laten
en heb er toen maar een zakje
chocolade geldstukken, bij gedaan
Er is geen commentaar op
gekomen.
Zo zal de kop er uit zien van
het blad voor de klanten.
Het is de bedoeling, dat Aller
Hande regelmatig blijft verschij
nen. De inhoud zal er op gericht
zijn het „verhaal van ons bedrijf"
aan onze klanten en vooral aan
onze toekomstige klanten te ver
tellen.
Dit verhaalis er een, dat ver
trouwen wekt. Daar zorgen de
feiten voor. Vertrouwen is de
basis van de goede verhouding
tussen een bedrijf en zijn klanten.
Deze goede verhouding strekt tot
beider voordeel.
Och, die zijn er altijd, prettige
en minder prettige, maar een er
van blijft mij altijd bij.
Bij mijn bezoek aan een vroegere
chef in Zierikzee constateerde ik
in de tuin een kooi met wel 40
kippen en verbood de chef deze
dierentuin en liet dit schriftelijk
bevestigen.
Prompt kwam het antwoord:
„Ik heb geen kippen."
Dus heer ter Wee riep mij en
zei: „Wij gaan er samen heen."
Bij de buurman door het raam
gekeken en gelukkig voor mij: de
beesten waren er nog.
Heer ter Wee naar de chef; tot
het lakonieke antwoord kwam:
„Het zijn geen kippen, maar
hanen!"
Volgens de regels van het spel, had distrietsleider Th. Daal
huysen niet meer in leven moeten zijn. Hij werd twee jaar
geleden nogal verkreukeld uit de wrakstukken van zijn auto
gehaald, toen hij bij Zaltbommel boven op een trailer gevlo
gen was. De doktoren gaven geen cent meer voor hem. In
plaats van naar een ziekenhuis in de buurt, werd hij dan
ook maar direct naar zijn woonplaats Bussum getranspor
teerd. „Dat spaarde kosten", moeten de te hulp geschoten
doktoren gedacht hebben na hun ontdekking, dat ze met een
zakenman te doen hadden.
Tegen alle verwachtingen in kwam de heer Daalhuyzen weer
achter het stuur van zijn auto te zitten om zich met haast nog
meer energie en voortvarendheid dan vroeger aan zijn oude
taak te wijden.
Wie deze thans 54-jarige districtsleider spreekt, zal weinig
meer van hem horen over dat auto-ongeluk van twee jaar
geleden. „Praten we niet meer over!" is hij geneigd te zeg
gen. Maar wie met zo'n antwoord niet tevreden is, zal toch
tenslotte vernemen, dat het hem nog altijd niet geheel heeft
losgelaten. „Een schrikbeeld heb ik er niet van overgehou
den," zegt hij dan. „Alleen van de week, toen ik de ongeluks
plaats opnieuw passeerde, betrapte ik er mezelf in Tilburg op,
dat ik het laatste uur eenvoudig vergeten had een sigaret op
te steken. Onwillekeurig en onbewust had het geval me blijk
baar toch weer even beziggehouden."
„Directeur gespeeld".
Na de bevrijding van het Noorden
werd ik eerst hoofd-rayonleider
voor heel Nederland en naderhand
Op Zaterdag 19 November werd
St. Nicolaas op feestelijke
wyze in Amsterdam ontvan
gen. Het was geweldig druk.
Duizenden mensen stonden
langs de route, welke de Sint
zou volgen. De kinderen had
den het deze dag wel bijzon
der goed, want 30 Zwarte
Pieten op scooters strooiden
met milde hand het nodige
snoepgoed. Al dat snoepgoed,
pepernoten, toffees, zuurtjes,
etc. werden gekocht bij A.H.
Even voordat de Sint aankwam,
deden de Zwarte Pieten hun
inkopen in ons filiaal Midden
weg, Amsterdam.
De heer Daalhuysen had eigenlijk
gewild, dat we dit niet verder ver
teld hadden. Hij is geen piekeraar.
Integendeel, zijn opgewektheid en
eeuwig optimisme zijn haast
spreekwoordelijk. Zonder dat had
hij het waarschijnlijk in de oorlog
niet gered de zaken in het Zuiden
draaiende te houden.
Een maand of acht vóór de be
vrijding" van het Noorden, had hij
als rayonleider al de bevrijding
van het Zuiden meegemaakt. Sa
men met een achtergebleven in
specteur van het Centraal Distri
butiekantoor en een vertegen
woordiger van De Gruyter, heeft
hij toen in een ontruimd oud
klooster een distributiekantoor
ingericht. De Canadezen erkenden
dit kantoor als het enig juiste en
zorgden voor de aanvoer van le
vensmiddelen. Het was een heel
moeilijke tijd, maar toch ook weel
een bijzonder plezierige periode.
De Canadezen hadden maar één
zorg. Dat was niet de vraag, waai
de levensmiddelen bleven, maar de
vraag of de wagens op tijd leeg
kwamen. Wel, daar werd voor ge
zorgd. En de zeventig Albert
Heijn-filialen in het Zuiden zorg
den wel voor een eerlijke verde
ling van de goederen.
„Ik had mijn auto gelukkig kun
nen bewaren," herinnert de heer
Daalhuysen zich nog uit deze
wonderlijke tijd. „Op slinkse ma
nier was ik in de Duitse tijd in
het bezit gekomen van stempels
van de Sicherheitsdienst en daar
door durfde niemand aan mijn wa
gen komen. De Canadezen gaven
me naderhand honderd liter ben
zine voor één liter ongedenatu-
reerde spiritus, omdat ze iets te
drinken wilden hebben, wat hun
commandant hun niet verstrekte."
Speciale belangstelling laboratorium
Op 15 October j.l. hebben wij eén
60-tal keurmeesters van de Keu
ringsdienst van Waren op bezoek
gehad.
Zij bezichtigden de gehele fabriek
en de bedrijfsschool. Het is echter
niet te verwonderen dat zij als
vakmensen speciale aandacht had
den voor de apparatuur van het
laboratorium, welke de algemene
bewondering had.
De keurmeesters kennen al onze
i artikelen uit de winkels. Wij stel-
1 den er prijs op hen ook de fabrica
ge nu eens te kunnen tonen en
zijn er van overtuigd, hetgeen ove
rigens uit de toespraken aan tafel
wel bleek, dat het de bezoekers
niet ontgaan is welk een aandacht
bij de productie aan de kwaliteit
I wordt besteed.
De weddenschap
Van de heer Cerrit Heijn heeft
de heer Daalhuysen een keer in
een weddenschap een pakje si ga
rotten gewonnen. Dat was kort
na de bevrijding in Breskens. De
heer Heijn had niet willen ge
loven, dat hij in Breskens niet
meer de plaats zou kunnen aan
wijzen, waar het filiaal gestaan
had.
Inmiddels is het raadsel natuur
lijk al opgelost. Waarschijnlijk
volgend jaar zal ook Breskens
weer een A.H .-zaak rijk zijn.
districtsleider voor het Westen
van ons land. Dat was een prach
tige promotie. Acht maanden lang
had ik zo'n beetje directeur ge
speeld in het Zuiden.
Wat dat betekent, districtsleider?
Dat is eigenlijk moeilijk te om
schrijven. Hoofdzaak is natuurlijk
via de rayonleiders een band te
leggen tussen centz-ale leiding in
Zaandam en de filialen. Daarnaast
observeer je de concurrentie, ook
in verband met de prijzenpolitiek,
en zorgt er dan voor, dat Albert
Heijn de toonaangevende plaats in
de kruidenierswereld blijft bezet
ten.
Zo, uit de mond van de heer Daal
huysen, klinkt het erg eenvoudig.
Maar achter die opmerking gaat
een enorme liefde voor het vak
schuil. Als 17-jarige stond Theo
Daalhuysen al als volontair in de
kruidenierswinkel van zijn oom in
de Jordaan, welke zaak de schone
naam droeg van „De Turksche
Boer".
Verdiensten? Drie kwartjes per
week en vijf weken geen loon,
toen hij een fles slaolie van 3.75
uit zijn vingers had laten glijden.
vVeet U, dat het Albert Heijn ge
weest is, die deze artikeicn tot
werkelijke volksartikelen gemaakt
heeft? Er is een tijd geweest, dat
A.H. drie blikken kostelijke Del-
monte zalm voor één gulden ver
kocht en drie blikken Amerikaan
se vruchten-op-sap voor een zelf
de prijs. A.H. heeft heel veel ge
daan om artikelen, die vroege i
niet binnen het bereik van dc
massa lagen, te populariseren. Er.
daar wordt nog dagelijks aan ge
werkt.
Het personeel
Tenslotte hebben we met de ge
zellige verteller, die de heer Daal
huysen is, nog even gesproken
over het winkelpersoneel, waar
mee deze districtsleider uiteraard
meer in contact komt dan iemand
anders uit het bedrijf.
„Er is vergeleken met voor de
oorlog" heel veel veranderd,"
merkt hij op. Een ding echter is
niet veranderd. Bij Albert Heijn
heeft iedere werker nog altijd zijn
toekomst in eigen handen. Het is
nog altijd zo, dat hij, die met ple
zier en liefde hard werkt in het
bedrijf, een goede toekomst wacht.
Vergeet niet, dat wij een bijna
conjunctuur-ongevoelig bedrijf
zijn. In de tijd, dat er in ons land
bijna een millioen werklozen wa
ren, zo omstreeks 1935, opende
Albert Heijn nog soms twee filia
len per week. Eenvoudig omdat de
Nederlanders weten hier voor het
minste geld de beste kwaliteit te
krijgen.
Dat laatste is geen dooddoener,
geen advertentiezinnetje, maar
klare waarheid. Eerst wordt de
kwaliteit door de afdeling Inkoop
gekeurd. Daarna spreekt „Ver
koop" een woordje mee. Wanneer
ook daar de zaak in orde bevon
den wordt, komt als laatste een
speciale proefcommissie uit het
personeel nog even haar oordeel
geven. Zegt deze commissie „Nee,
ongeschikt!", dan komt het be
treffende artikel niet in de ver
koop. Ik weet door dit alles heel
positief, dat er in Nederland geen
bedrijf is, dat kwaliteitsevenwaar-
dige artikelen in zijn zaken kan
brengen. Waren we met minder
dan het beste tevreden, onze za
ken zouden niet nu al vier weken
zonder appelmoes hebben gezeten.
We kunnen echter op dit ogenblik
niet de kwaliteit krijgen, die we
wensen."
Met deze overtuigende ontboeze
ming, die ook een grote ver
knochtheid demonstreert voor de
zaak, waarvoor gewerkt wordt,
zouden we dit gesprek kunnen ein
digen. We deden het niet.
„Hobbles?", wilden we weten.
„Och, nee, daar heb ik geen tijd
voor. Of eigenlijk ja, één. Auto
rijden! En dan verder ben ik een
intensief genieter van goede de
tective-stories. Dat is mijn ont
spanning, ook na een gezellig rob
bertje boksen met mijn twee
trouwlustige dochters, die ik na
tuurlijk onder de duim moet pro
beren te houden."