gevlochten cirkels boven de hete vloei
stof. Een verstikkende damp begint het
vertrek te vullen
De draak is bedroefd, dat de kostbare
Albert Heijn's koffie op zo'n weinig ele
gante manier wordt bedorven. Hij knip
pert met zijn ogen en kucht een beetje be
nauwdMaar de heks begint nu juist
haar goed humeur weer terug te krijgen.
Met een schelle stem zingt ze een oud
toverliedje, dat een bijzondere kracht aan
het brouwsel moet verlenen. Ze doet nog
veel meer met de pot, maar dat kunnen
we jammer genoeg niet zien door de
dichte damp, die nu als een grote pluk
watten het hele huisje vult en door het
raam en de schoorsteen een uitweg zoekt.
En omdat de koffie nu een toverdrank
geworden is, gedraagt de damp zich ook
niet meer als gewone damp. In de lucht
vormen zich allemaal figuren die, als je
goed kijkt, langzaam menselijke vormen
aannemen. Het lijkt wel of ze de armen
als om hulp uitstrekken naar de draak,
die dit allemaal aanziet met grote huil-
ogen.
Hieraan kan je zien, dat het beest nog
niet helemaal verloren is. Trouwens,
dat hij verzot is op Albert Heijn's koffie
bewijst óók al dat er toch érgens nog een
wit plekje aan zijn zwarte ziel moet zit
ten.
Er kringelen intussen hoe langer hoe meer
rookmensen uit de ramen, en bijna wordt
het de draak te machtig. Maar dan komt
Heks Katrijn naar buiten en gooit de deur
wijd open. Een stevige tocht waait door
het huis, veegt alle rookmensen op een
hoop en blaast ze met een vaartje de
lucht in.
„Ziezo!" zegt de heks tevreden en kijkt
de figuren na tot ze zich heel in de hoogte
verenigen met de wolken die onverschil
lig verder drijven.
Katrijn kijkt nog eens voldaan en richt
dan haar blikken op de draak, die nog
gauw even een traan wegpinkt.
,,Bah!" zegt ze minachtend, „Jij zult het
nóóit leren! Je weet toch wel dat het
geen echte mensen zijn? Kom, we moeten
aan het werk!"
9