collega-bedrijven hadden hieronder te lijden en De Gruyter zou daarom ook vrou welijke chefs gaan benoemen. Gerrit bleef voor zijn kruidenierszaken vasthouden aan mannelijke chefs, die bovendien een echtgenote moesten meebrengen. Wel werden aan hen minder eisen gesteld dan in Alberts tijd. Sinds het pakhuis ‘Centraal Magazijn’ was geworden, was de eigen inkooppolitiek van de chefs sterk beknot: artikelen die niet uit het magazijn zelf kwamen konden voortaan alleen bij aangewezen leveranciers worden besteld, tegen een prijs die door het hoofdkantoor werd geregeld.11 Ook met betrekking tot de verkoopprijzen hoefden de chefs zich geen inspanningen meer te getroosten: zij kregen die te horen van een langskomen de controleur die de naburige concurrenten inspecteerde.12 Desondanks waren er zo weinig kandidaten beschikbaar dat Gerrit bij de benoeming vaak haastig te werk moest gaan. Berucht zijn in dit verband zijn korzelige ‘trouwbevelen’ aan toekom stige chefs, zoals: ‘Scheepmaker. Op vrijdag 13 dezer zullen wij balans opmaken in filiaal Aalsmeer. Na deze balans zult ge als chef van dit filiaal moeten optreden en verzoeken wij U daarom zoo spoedig mogelijk de noodige maatregelen te nemen, om U in het huwelijk te begeven’.13 62 Terwijl de eerste vrachtwagens van Albert Heijn al reden, ging hier en daar de hondekar nog rond, tot in de jaren dertig, toen wetgeving dit verbood. >zs! Sekser. -

Arm en rijk kunnen bij mij hun inkopen doen | 1996 | | pagina 67