see In 1899 was het zover dat ook de Oostzaanse winkel kon worden verbouwd en in overeenstemming met de andere vier filialen werd gebracht.44 Een probleem begon de bevoorrading te vormen. Hoewel de chefs gedeeltelijk zelf inkochten - en met het oog op de lokale concurrentie tot op zekere hoogte ook zelf de prijzen bepaal den - moesten veel goederen uit Oostzaan komen, dat nog steeds geïsoleerd lag. Bovendien had hij wellicht genoeg van zijn leverantie-verplichtingen aan de Oostzaanse weduwezaakjes en ergerde hij zich aan de al te gemoedelijke sfeer waar in zijn eerste winkel moest worden gedreven. Albert zocht naar vestigingsmogelijk- heden voor een pakhuis in Amsterdam en in Zaandam. Het werd Zaandam, de bakermat van de nationale voedingswarenindustrie. In oktober 1899 kocht hij een huis aan de Zaan, Westzijde 30, en precies één dag voor de eeuwwisseling vertrok hij met vrouw en kinderen uit het dorp dat hem welvaart had gebracht. Overstelp de klanten niet met vragen en allerlei gepraat, maar zoek met eenige correcte vragen uit te vorschen wat hij verlangt. Prijs uw waren niet opdringerig en op overdreven wijze aan; de klant proeft daarin, dat ge twijfelt aan zijn eigen oordeel en verdenkt u allicht van een poging, om iets aan te smeren, waar ge gaarne van af wilt zijn. Verkoop een artikel nooit voor beter dan het is, want dat is moordend voor uw zaak. Zorg ervoor dat uw cliënteele nooit hoort: “niet voorradig” van het een of ander artikel, want dan is het een aanstaande klant van uw concurrent. Etaleer uw etalage elke week, plaats er artikelen in die voor dat oogen- blik gevraagd worden en vergeet de prijzen niet.’ (want de prijzen lagen uiteraard vast) Net als Lipton benadrukte Albert bovendien op alle mogelijke manieren de hygiëne en netheid. De winkel moest er, zoals hij merkwaardig werelds zei, ‘up to date’ uit zien. Het personeel mocht nooit de etenswaren met de vingers aanraken of zakjes met de mond openblazen. En voor wie nog niet alles duidelijk was, noteerde hij: ‘Vermijdt bij het verkoopen te hoesten, te schrapen, te snuiten en te spuwen.’43 38

Arm en rijk kunnen bij mij hun inkopen doen | 1996 | | pagina 43