54 naam ‘Piggly Wiggly’, wat zoiets betekent als het Waggelende Var ken, waarin alleen achterdochtige lieden een verwijzing zien naar de gang van sommige dames door de winkelpaden. Dat dit een revolutionaire daad was, laat zich raden. De hele samenleving, ook de onze, was destijds op dienstbetoon gericht. Wie in een winkel belandde werd met veel egards bejegend en hoefde geen hand uit te steken; zelfs de betaling mocht maanden worden uitgesteld. Voor levensmiddelen hoefde je trouwens je huis niet te verlaten. De melkboer, de groenteman en de bakker kwa men met een kar langs de deur en de kruidenier reikte bestelboek- jes uit, die door een knecht werden opgehaald, waarna de spullen desgewenst bij de klant op het aanrecht werden gezet. Trouwens ook binnenshuis bestond er veel dienstbetoon. Het fenomeen van het inwonende dienstmeisje was in de jaren veertig nog wijdver breid, zeker op het platteland, en bijna alle kinderen waren op een of andere manier bij het huishouden ingeschakeld. Toch werd de zelfbediening van Saunders populair, vooral toen zij werd gekoppeld aan een vinding uit de jaren twintig, de supermarkt, waarin zowel kruidenierswaren als vers vlees en verse groenten worden verkocht. De eerste supermarkten ontstonden in Californië in oude haciënda’s en verlaten fabriekshallen, waar boe ren en handelaren producten in kisten neerzetten {Pile it High and Sell it Cheap), zodat de klanten hun auto’s konden volladen met wat ze wilden kopen. Dergelijke markten bleven tamelijk obscuur, totdat een andere held binnen de branche, Michael Cullen, in het jaar 1930 in Jamaica, New York, zijn ‘King Kullen’ opende, de eerste supermarkt zoals wij die kennen. Vanwege de heersende depressie begon de supermarkt aan een zegetocht door Amerika, waarbij steeds voor krachtige winkel namen werd gekozen (The Whale, Big Bear, Giant Tigerom aan te geven dat er fikse voordelen te beha len waren. Het concept van de zelfbediening en de supermarkt werd vervolgens in 1934 min of meer voltooid door Simon Gold man, met de lancering van het eerste boodschappenwagentje. Goldman had ontdekt dat de draagbare mandjes die voordien gangbaar waren een grens stelden aan de hoeveelheid artikelen die werden ingekocht: ze werden gevuld totdat ze voor de klant te

Albert Heijn - De memoires van een optimist | 1997 | | pagina 56