235 heeft gehad. Waar wij als oude garde voorzichtig opereerden om geen kritiek uit te lokken, durven de huidige bestuurders openlijk de confrontatie aan te gaan. Wij zouden nooit aan de Air Miles zijn begonnen, omdat dat een onvrijwillig spaarsysteem is: wie er niet aan meedoet betaalt er toch aan mee. (En zie: een geweldig succes.) Wij zouden nooit in Amerika hebben ingegrepen zoals dat nu gebeurt, eerst door synergie af te dwingen en vervolgens door bedrijven ineen te schuiven. (En zie: het Amerikaanse winstaan deel neemt alleen maar toe.) Ook zouden wij nooit de aandeel houders een nettogroei van de winst met vijftien procent per jaar hebben beloofd. (En zie: tot vier keer toe kreeg Ahold een prijs voor de beste ‘investor relations’.) Everaert maakte het in mijn ogen helemaal bont door pontifi caal tegen fabrikanten te verklaren: “Onze winkels zijn onze ker ken, onze kathedralen, dus daar kom je gewoonweg niet binnen.” Ik heb me afgevraagd of hier toch niet het oude gebrek aan zelfver trouwen sprak, want nadat Everaert drie jaar president was geweest kwam hij op een middag bij mij met de mededeling dat hij naar de raad van bestuur van Philips wilde overstappen. Waarom naar een fabriek, als wij kathedralen beheren? Nu was het ons opgevallen dat Everaert niet helemaal paste binnen de traditie van eenvoud en directheid bij Ahold. Tijdens etentjes liet hij wijnen van honderd gulden aanrukken en hij gaf bij dag en ontij langdurige uiteenzet tingen, terwijl kruideniers meestal aan een enkel woord genoeg hebben. Mogelijk voelde Everaert van zijn kant dezelfde afstand tot Ahold, al kan het ook zijn dat hij zich werkelijk uitgedaagd voelde door de problemen bij Philips, dat toen net aan zijn operatie Cen turion was begonnen. Wisse Dekker, die mij opbelde, kon ik toe voegen dat ik er trots op was dat hij een kruidenier nodig had om Philips uit de shit te halen, en verder lieten we het erbij zitten. Na Everaerts vertrek konden we Cees van der Hoeven als presi dent een kans geven, waar hij trouwens naar snakte, want bij de benoeming van Everaert was hij bij mij verhaal komen halen. Van der Hoeven begon een beetje onzeker. In interviews sprak hij de verwachting uit dat in de naaste toekomst de internationale krui- deniersbranche uit enkele grote spelers zou bestaan, waarbij het

Albert Heijn - De memoires van een optimist | 1997 | | pagina 253