233
Eigenlijk werd alleen de band met Ahold losser. Ik had als af
scheidscadeau een beeld bij de ingang van het hoofdkantoor laten
neerzetten van de Zierikzeese kunstenaar Ad Braat. Het stelt een
vrouw voor die met boodschappentassen thuiskomt. Braat had mij
het beeld in verkleinde vorm toegestuurd en ik wilde er meteen een
levensgrote versie van hebben. Op de sokkel heb ik de tekst laten
zetten: “Opdat wij nooit vergeten voor wie wij werken.” Want op
zo’n hoofdkantoor, waar nooit een klant komt, denken mensen
gauw dat ze belangrijk zijn en dat moet koste wat het kost worden
vermeden. Dit was mijn enige boodschap aan het concern. Voor de
rest had ik me heilig voorgenomen mijn opvolgers niet voor de
voeten te lopen, zoals oom Gerrit voortdurend had gedaan. Ik wees
ook een kantoor af dat men mij aanbood. Per i januari 1990 trad ik
weliswaar toe tot de raad van commissarissen, maar tijdens de ver
gaderingen volgde ik als het ware met mijn vingertoppen tegen
elkaar wat er gebeurde. Meer hoefde ik ook niet te doen, want wat
Ahold na mij presteerde was zonder meer om groos op te worden,
zoals wij in de Zaanstreek zeggen.
Op 27 maart 1991 werd Tops Friendly Markets uit Buffalo over
genomen: zestig supermarkten, tien convenience stores, tachtig
buurtwinkels en drie drugstores, die samen een omzet van 1,2 mil
jard dollar hadden. Tops was een mondaine company, die de
grootste en wervelendste supermarkt ter wereld had gebaard: Tops
International in Amherst, nabij de Canadese grens, waar zestigdui
zend artikelen stonden opgesteld alsof ze aan een Broadway-show
meededen. De bedenker van Tops International was Armand Cas-
tellani, die als boerenjongen van Italië naar Amerika was gekomen
en door de Amerikaanse levensstijl was geïnspireerd zonder zijn
Europese gevoel voor smaak te verliezen. Bij die Amerikaanse
levensstijl hoorde in die jaren een financiering via junk bonds en
daar zat de zwakte van Tops. De renteverplichtingen slokten de
hele winst op, zodat er steeds nieuwe schulden moesten worden
gemaakt. Van der Hoeven zag kans al dit onkruid te wieden, en
Ahold kreeg voor 125 miljoen dollar een vierde dochter in Ameri
ka, die spoedig verlost was van een juk aan schulden.
Ook in Europa, waar wij jarenlang tevergeefs naar expansiemo-