159 De sfeer binnen het s m i was zalig. Men zat er echt om een klus te klaren. In Europa had je het Comité Internationale des Entrepri- ses a Succursales, waarvan ik eveneens in het bestuur zat, maar dat werd door Fransen overheerst en hield zich voornamelijk bezig met belangrijk doen en leuke uitstapjes. In de wandeling stonden de letters cies voor ‘Comité Internationale des Excursions Supé rieures’. Ik kapte voorlopig met die organisatie toen er een uitge breide discussie werd gevoerd over de plaats van de volgende jaar vergadering: Hamburg of Lissabon. Men koos voor Lissabon, omdat dat een aangenamer klimaat had, terwijl er in die stad geen winkel het bekijken waard was! Het s m i bood trouwens ook aardige uitstapjes. We hebben een weekje met fabrikanten en supermarktmensen doorgebracht op de Tryall Golf Beach Club in Jamaica, en ik leerde spoedig meer Amerikaanse leveranciers kennen dan Europese. Amerikaanse leveranciers bleken veel opener te zijn en dat is lang zo gebleven. Bij Procter Gamble heb ik binnen een minuut de president aan de lijn, bij Unilever kan het een kwartier duren. Dezelfde openheid zag je bij de winkelketens. Ik stuurde vaak medewerkers naar hen toe, waar ze alles te zien kregen wat ze wilden zien. Om niet de pest van mezelf te maken, moest ik me wel inhouden; ik kon ze niet voortdurend lastig vallen. Max Geldens van McKinsey vroeg tij dens de strategiebesprekingen: “Waarom kopen jullie daar niet een kleine keten, dan hoef je dat nooit meer te vragen.” Dit was de eer ste keer dat de Amerikaanse optie aan de orde kwam. Enige tijd later liet ik Van Meer een half jaar naar de Harvard Advanced Management Course gaan, nadat hij mijn kop daarover maandenlang had gek gezeurd. Eenmaal terug was Van Meer ook van mening dat we ons in Amerika moesten vestigen. Een paar dagen nadat hij Ahold Espana van de grond had getild, begonnen we een studie naar de mogelijkheden in Amerika. Er bleken argu menten te over te zijn om daar te beginnen. Amerika was een immens land, maar men sprak één taal en kende ondanks alle et nische verschillen, één keuken. Nergens heerste ook zo’n bedrijfs- vriendelijke sfeer, waarbij nog kwam dat Amerika in een iets ande re economische cyclus zat, zodat we ons enigszins konden

Albert Heijn - De memoires van een optimist | 1997 | | pagina 177