149 aan wensen formuleerde. In 1968 installeerden wij een Centrale Ondernemingsraad, ruim voordat daartoe een wettelijke verplich ting bestond. Mijn broer Gerrit Jan zei: “Ik heb de Ondernemings raad niet uitgevonden, maar nu het instituut er is zal het een toe gevoegde waarde moeten hebben.” Aansluitend richtten we in 1968 een Stichting Administratie Personeelsaandelen op, via welke werknemers aandelencertificaten konden kopen, zodat ze finan cieel in het bedrijf geïnteresseerd zouden raken; de belangstelling ervoor was matig. Verder haalden we in de raad van commissaris sen mensen van buiten de traditionele kring. We kregen een com missaris van de koningin en lid van de PvdA (mr. Dick Gaarlandt), een directeur van het gak (mr. Goos van ’t Huil), een hoogleraar bedrijfseconomie (dr. Jan Kreiken) en drs. Willemien Visser, hoog leraar huishoudwetenschappen in Wageningen, waarschijnlijk de eerste vrouwelijke commissaris in Nederland. Om de klanten meer bij het bedrijf te betrekken lanceerde Dirk Vethaak in 1971 superobligaties van honderd gulden, waarvan er binnen anderhalf jaar 500.000 werden afgenomen. Dat was mooi voor de klanten, want zij kregen er een rente op van gemiddeld tien procent; maar ook voor ons, want die vijftig miljoen stopten wij in een aparte nv, waarmee we onroerend goed konden aanschaffen. Ook anderszins kwamen we de klanten tegemoet. De Consumen tenbond dateert uit 1953 en wij hebben daar altijd een prettige ver houding mee gehad, zonder dat we vrienden van elkaar zijn gewor den, wat ook niet hoort. Onderwerpen die de Consumentenbond aankaartte, regelden wij zo snel mogelijk, als we ze niet al zelf had den geregeld. ‘Niet goed, geld terug’ was zo’n onderwerp van de Conusmentenbond, maar een dergelijke garantie kenden wij sinds de jaren vijftig. Vrij vroeg begonnen we ook met de vermelding van de ingrediënten van onze huismerken en met open codes voor de houdbaarheid van verswaren, wat in 1973 zou resulteren in de ‘uiterste verkoopdatum’. Wij stelden er een eer in met zulke zaken het eerst te komen. Het kritiese konsumentisme, zoals dat uit Amerika kwam over waaien, verraste ons wel. Wij hadden laat door dat de klanten van ons eisten dat we onze positie daadwerkelijk gebruikten en als

Albert Heijn - De memoires van een optimist | 1997 | | pagina 167