vliegtuig naar de Bahamas, waar Van der Velden op vakantie was, en op 10 april 1972 werd Simon de Wit voor iets meer dan dertig miljoen gulden een onderdeel van Albert Heijn. Voor de echte Simon de Witters was dat een schok, zij zagen ons als de baarlijke duivel. Van de 2300 werknemers namen enkele tientallen zelfs spontaan ontslag, wat nogal wat is. Zij wisten niet dat er op direc tieniveau al heel vaak over samenwerking was gesproken. Er zit natuurlijk iets onrechtvaardigs in dat directies van bedrijven nor maal met elkaar omgaan, terwijl hun medewerkers tegen elkaar worden opgestookt. Maar kan het anders? Voor de medewerkers van Etos, dat we kort na Simon de Wit overnamen, moet hetzelfde hebben gespeeld. Etos (‘Eendracht, Toewijding, Overleg en Samenwerking’) was een Eindhovense coöperatie van levensmiddelenwinkels en drogisterijen, die uit Philips voortkwam. Vanwege die band deden ze het beter dan andere coöperaties, maar ook voor Etos gold dat ze geen antwoord op de discounters hadden. Ze hadden zich altijd geafficheerd als goedkoop en nu waren anderen goedkoper. Het bestuur van Etos, waaronder Philips-topman W.A. de Jonge, oordeelde dat de levensmiddelenwinkels moesten worden opgetuigd, maar daar voor ontbrak het geld. Etos wilde eerst met de Edah uit Helmond in zee, wat bleek uit hun gezamenlijke bod op Simon de Wit. Daar na vertilde de Edah zich aan de overname van Co-op Nederland, wat de Edah weer een makkelijke prooi voor Vendex maakte. W.A. de Jonge kwam bij mij met de mededeling: “Wij hebben nauwelijks verstand van supermarkten.” Wij hoefden niet lang na te denken. Vanwege Etos hadden wij nooit een positie van belang in de regio Eindhoven verworven en voor 23 miljoen gulden, wat werd ge vraagd, zou dat nu in één keer lukken. Bovendien beschikte het bedrijf over een drogisterijketen en dat paste in onze diversificatie- strategie. Voordat we Etos op 8 oktober 1973 inlijfden peilden we de reac ties van de klanten. Van alle coöperaties was Etos de minst ideolo gische, maar ook zij had zich geschaard achter de kreet: ‘Niet voor het gewin, maar voor het gezin’, alsof vrije ondernemers vuilakken waren. Die kreet had overigens bij het publiek zijn fleur verloren, 147

Albert Heijn - De memoires van een optimist | 1997 | | pagina 165