1Z
te-
TODEKOOL
EIZOENSKALENDER
'Kool groeit langzaam, elke plant levert na
vier maanden één kool. Die snijden we met
de hand heel voorzichtig los en leggen 'm
met beleid op de transportband. "Behandel
de kool alsofje een vers ei vasthoudt", zeg ik
altijd tegen mijn werknemers. Vanafjuli
oogsten we en slaan we de goed houdbare
rassen op in koelcellen. Zo kunnen we het
hele jaar verse kool leveren aan Albert Heijn.'
Op de kleigrond
'Alleen al om de kool te zien groeien aan
de plant, fantastisch', vertelt Gert Jan trots.
'Planten, beesten, eigenlijk vind ik alles wat
buiten leeft prachtig. Dat is heel belangrijk
voor me, buiten zijn. 's Ochtends op de
kleigrond staan en de zon zien opkomen
boven het veld. Daar doe ik het voor.
Hier in Oudkarspel heeft de grond de ideale
zuurtegraad voor de groei van biologische
kool. Het regent hier genoeg en op deze
kleigrond in de buurt van de kust kunnen
smaak, structuur en kleur zich perfect
ontwikkelen. Dit is dé streek waar de
koolsector ooit begonnen is. Mooi toch?'
De buitenste koolbladeren hebben van nature
een waslaagje, dat het gewas beschermt.
Deze bladeren kun je ook gewoon eten.