113 Hoe maak ik een goede kerstplanning? Dus waar moet ik allemaal rekening mee houden? albert heijn J. Schouten R. van der Veen Heleen Versluijs Alex van der Voort Onze kinderen raken bij een lang kerstdiner verveeld. Hoe zorg ik voor een gezeflige maaltijd met veel plezier voor ons en de kinderen? Hoe kan ik het eten warm houden voor een gezelschap van 10 tot 12 mensen? Waar moet ik aan denken als ik een wijnarrangement wil samenstellen voor het kerstdiner? Ico van Rheenen: 'Wanneer je de borden vooraf verwamt, blijven gerechten langer warm tijdens het eten. Dit kun je doen door de borden 5 min. in een voorverwarmde oven op 70 °C te plaatsen (kijk onderop je servies of dit geschikt is voor de oven). Schalen met warme gerechten kun je goed warm houden op een rechaud. Aardappelpuree, gekookte aardappels, pasta en groenten kun je heel goed au bain-marie warm houden. Zet een pan met water op en breng aan de kook. Doe het gerecht in een kom en hang deze in de pan met water (zorg dat de bodem het water niet raakt) zodat het geheel warm blijft.' Ico van Rheenen: Het blijft voor kinderen langer een feestje om aan tafel te blijven wanneer hun bordje mooi, leuk of grappig is opgemaakt. Maak bijvoorbeeld eens een gezichtje met aardappeltjes als ogen, haren van dunne reepjes wortel en een mond van een klein worstje. Het blijft op deze manier langer 'interessant' om te eten, omdat het gezichtje bij iedere hap verandert. Ook leuk: laat de kinderen tussen de gangen door een toneelstukje opvoeren, een kerstliedje zingen of hun kerstwens vertellen.' Ico van Rheenen: 'Een goede planning heeft een strak tijdschema. Tel de minuten terug vanaf het moment dat je aan tafel gaat, zodat je weet hoe laat je moet beginnen. Als bijvoorbeeld om 19.00 uur de gepofte aardappel met zure room op het menu staat, moeten de aardappelen om 18.00 uur de oven in. Zo kun je van alle gerechten precies uitrekenen hoe laat je moet starten. Denk ook aan het serveren van koude gerechten, bijvoorbeeld als voor- of bijgerecht, die goed voor te bereiden zijn. Dat kun je dan al 's ochtends doen. En wil je de zekerheid van succes? Organiseer dan een testavond en maak de gerechten op proef.' Gert Zwitser: Een algemene regel is dat je witte wijn voor rode wijn drinkt. Voor witte en rode wijnen geldt dat je eerst lichte wijnen en daarna krachtige wijnen schenkt. Een goed wijnarrangement ziet er dus zo uit: licht wit, dan zwaarder wit, dan licht rood, dan zwaarder rood en tot slot een zoete dessertwijn. Schenk bijvoorbeeld een droge, eventueel mousseren- de, witte wijn als aperitief. Bij het voorgerecht een droge, frisse, fruitige wijn, daarna een vol- lere, ronde of krachtige wijn en een zoete wijn bij het dessert. Bij het kaasplateau past port heel goed. Denk ook aan flessen speciaal water voor tussendoor. De smaakomschrijvingen van de wijnen vind je bij Albert Heijn op het schap.' alleitiande 13-2009

Allerhande | 2009 | | pagina 113