Hollandse appeltaart
GEBAK - 10 PERSONEN - 1 UUR V/z UUR
OVENTIJD
11 grote jonagold appels
125 g boter op kamertemperatuur
extra om in te vetten
125 g piantaardige margarine op
kamertemperatuur
200 g suiker
1 zakje vanillesuiker
2 eieren
400 g zelfrijzend bakmeel
2 el kaneel
springvorm (0 28 cm)
bakkwastje
1 Verwarm de oven voor op 180 °C. Schil de
appels, verwijder de klokhuizen en snijd ze in
4 parten. Snijd deze in plakjes. Vet de spring
vorm in met wat boter. Doe de boter,
de margarine, de suiker, de vanillesuiker en
een mespunt zout in een beslagkom en klop
met een mixer tot een luchtige massa.
2 Voeg 1 ei toe en mix tot een egaal beslag.
Doe het zelfrijzend bakmeel erbij en mix tot
het deeg een bal vormt. Vervang de gardes
van de mixer eventueel halverwege door
deeghaken. Bekleed de springvorm met de
helft van het deeg en houd de rest achter.
3 Doe de helft van de appels in de spring
vorm en strooi er 1 eetlepel kaneel over. Leg
vervolgens de andere helft van de appels
erop en strooi ook daarover 1 eetlepel kaneel.
4 Rol het achtergehouden deeg uit tot een
lap van Vz centimeter dik en snijd er 8 stroken
uit van V/z centimeter breed en 1 lange strook
voor langs de rand van de springvorm. Leg
de deegstroken in een geruit patroon over de
appelvulling. Leg de lange strook in cirkel-
vorm langs de rand van de springvorm. Klop
het andere ei los en bestrijk met het kwastje
de stroken en de rand. Zet de taart V/z uur
in het midden van de oven en laat hem mooi
bruin worden. Controleer regelmatig of de
taart niet te snel bruin wordt; in dat geval zet
je de oven op 150 °C.
Bevat per eenpersoonsportie 475 kilocalorieen
6 g eiwit 22 g vet 63 g koolhydraten
Prijs p.p. 0.60