10 Reken bij gestapelde lagen een iets langere stoomtijd. 11 Gebruik ingredienten van gelijke grootte, of leg kleinere stukjes bovenop. 12 Wissel twee gestapelde stoom- inzetten met gelijke vulling halverwege de stoomtijd om. 13 Vet bord, bakpapier of schaal in 14 Strooi geen zouf over groenten, dat spoelt er door de stoom toch maar af. 15 Kruiden en specerijen kunnen wel; hun aroma trekt door het stomen zachtjes in de ingredienten. Wie door het Verre Oosten heeft gereisd of graag in een authentiek Aziatisch restaurant eet, heeft ze vast wel eens gezien: de op elkaar gestapelde rieten stoom- mandjes. De etenswaren die erin worden bereid, zijn overheerlijk. Niet zo gek dus dat nu ook steeds meer Nederlanders zich op deze verras- sende en tegelijkertijd zo eenvoudige kook- techniek storten. Ook om andere redenen wint stomen steeds meer terrein. Eten moet volgens onze eigentijdse kijk op koken licht verteerbaar, gezond, lekker snel en makkelijk te bereiden zijn. Stomen sluit naadloos op al die wensen aan. HOEWERKT HET? Een stoompan is eigenlijk een soort Turkse sauna (stoombad) op het fomuis. De ingre dienten worden razendsnel gegaard in de hete, vochtige damp die in een afgesloten stoompan ontstaat. Ze hangen in een mandje minstens drie centimeter boven een laag borrelende vloeistof. Meestal is dat water, soms bouillon of wijn. Dat geeft de ingredienten meteen extra smaak. Sto men is een geschikte methode om snel groenten te garen, maar ook vis, vlees, gevogelte, aard- appels en rijst lenen zich er prima voor. Zelfs desserts (denk aan creme caramel, 'stoompeer- tjes' en Engelse plumpudding) kunnen in de stoompan worden bereid. VOORDELEN: GEZOND EN SNEL Veel vitamines en mineralen gaan verloren in kookwater, maar bij stomen is er geen contact tussen het water en de ingredienten. Groenten behouden daardoor beter hun voedingswaarde, frisse kleur, geur, knapperigheid en hun natuur- lijke smaak. Daardoor kun je met veel minder zout toe. Ook vet is nauwelijks nodig. Mager vlees of vis droogt bij bakken snel uit, maar blijft in de vochtige damp juist lekker mals en sappig. Dat maakt gestoomde gerechten vrien- delijk voor de lijn en licht verteerbaar. Een ander voordeel van stomen: het is niet moeilijk en bovendien een bijzonder praktische en snelle kooktechniek. Na een paar keer uitproberen heb je het in de vingers. Wie slim stapelt, bereidt een complete maaltijd in de stoompan. Pasta, rijst of aardappels in het stoomwater, vlees of vis in het eerste stoommandje en daarboven de groenten, met een deksel erop. De meeste gerechten staan - zonder veel afwas - binnen een kwartier op tafel. Vergeet niet om ovenwanten aan te doen. Stoom is heet en kan lelijke brandwonden veroorzaken. 2 Zorg voor minstens 3 cm ruimte tussen de borrelende vloeistof en de ingredienten. De juiste timing: zet de stoom- inzet op de pan zodra het stoomvocht borrelt. Dek de pan altijd goed at, om de stoom erin te houden. 5 Kijk niet te vaak onder de deksel, stoom ontsnapt daardoor en de garingstijd wordt langer. Zorg ervoor dat de pan niet droogkookt. T Verspreid de ingredienten in een enkele laag, zo kan stoom optimaal circuleren. Stop om dezelfde reden de stoominzet niet te vol. Leg ingredienten met een korte garingstijd in de bovenste stoom inzet, of zet de inzet later op de pan. de stoominzet in; dat voorkomt vastplakken van vis of vlees.

Allerhande | 2005 | | pagina 85