n-> m
g, -t^f-. <2^£c^
Gevarieerd menu
Wie zit waar?
Opbouw van het menu
Timing
Menuvolgorde
-yt-
Een menu is al snel saai als in de verschillende gangen dezelfde
ingredienten voorkomen. Enkele voorbeeiden: een courgette-
soep gevolgd door een hoofdgerecht met daarbij geroosterde
courgette; een tomaten-vissoep gevolgd door een hoofdgerecht
met tomatensaus. Verwerk bijvoorbeeld ook niet in alle gangen
fruit. Probeer zo veel mogelijk af te wisselen.
Bij een diner met veel mensen is het handig om van tevoren na te denken over wie waar komt te zit-
ten. Zo voorkomt u het stuntelige gezoek naar een stoel. Bij een tafelschikking worden de 'paren'
meestal niet naast elkaar gezet. Een veel voorkomende combinatie is man-vrouw-man-vrouw. Zet
nieuwe mensen in het gezelschap in de buurt van diegene die ze heeft uitgenodigd. Verander tussen
twee gangen eventueel een keer de plaatsing.
Een goed opgebouwd menu gaat van licht naar zwaar. Begin
met een licht voorgerecht, daarna een niet al te vullende soep,
waarna een wat steviger hoofdgerecht met bijgerechten kan
volgen. Dien hierbij subtiel smakende gerechten op voor meer
uitgesproken gerechten. Na een uitgebreid menu is een fris
nagerecht in de trant van een fruitsalade of sorbetijs lekker.
Na een minder zwaar diner kunt u heel goed een stukje taart
of chocolademousse opdienen.
Wacht niet te lang met
aan tafel gaan, zeker niet
ais u een uitgebreid
menu gaat opdienen.
Laat tussen de gangen
een pauze van ongeveer
15 minuten vallen.
Een uitgebreid klassiek menu ziet er als volgt uit;
een koud voorgerecht, soep, warm voorgerecht,
hoofdgerecht met vlees of vis, kaasplateau, dessert
en koffie. Minder uitgebreid en toegankelijker is
het viergangendiner dat meestal bestaat uit een
koud voorgerecht, soep, hoofdgerecht met vlees of
vis en dessert of koffie. Serveert u vlees als hoofd
gerecht, dan is een voorgerecht met (gerookte) vis
lekker. Staat er als hoofdgerecht vis op het menu,
verwerk dan in het voorgerecht of in de soep vlees
of vleeswaren.
AllerHande 15-2004 45