IV 'Er koken er al genoeg zoals m'n moeder' OTOPRECEPT <1/ Kruiden en specerijen Eten zonder morsen ijk, mooie tarbot he? Heeft zijn ■slijmlaag nog, kun je zien dat hij vers is. Ik kom net terug van mijn leverancier. Allemaal mooie vis gekocht, heilbot, rode mulletjes. Mensen denken vaak dat je in de Arabische keuken alleen maar een beetje lamsvlees eet, met sla. Onzin. Wat dacht je, Tunesie heeft een kustlijn van duizend kilometer!' Abdessatar Tlili is chef-kok van restaurant Mamouche in de Amsterdamse wijk de Pijp. Zesentwintig jaar geleden kwam hij naar Nederland. Daarvoor volgde hij opleidingen tot agra- risch ingenieur en kok in zijn vaderland Tunesie en verbleef hij in Zwitserland, Frankrijk en Italie. Hier werkte hij zes jaar bij Dikker Thijs, totdat dit vermaarde restaurant zijn deuren sloot. 'Daarna heb ik bij veel verschillende bedrijven gestaan. 'Een jaar geleden opende Mamouche zijn deuren en dat bood Tlili de gelegenheid zijn culinaire vleugels uit te slaan. 'Ik wil de Arabische keuken een nieuw jasje geven. Ingredienten gebruiken uit de Maghreb, en daarmee nieuwe gerechten maken. De smaken moeten in harmonie zijn. De Fransen hebben hun hele elegante keuken gebouwd op een basis van stevige plattelandskost, traditionele gerechten. Dat doe ik ook. De klassieke keuken van Noord-Afrika is voor mij een vertrekpunt, geen eindbestemming. Ik gebruik tarbot, zeebaars, sint-jakobsschelpen. Natuurlijk! Net zo goed als fazant, eend of ander wild. Dat je dat bij zo'n klein Arabisch restau- rantje hier in Amsterdam niet krijgt, wil nog niet zeggen dat men het in Tunesie en Marokko niet eet. Mijn missie is niet al leen naar de Nederlanders gericht, maar ook naar de Arabieren. Wakker worden!' De namen van de gerechten verzin ik zelf, om te vermijden dat mensen gaan vergelij- ken met traditionele gerechten.' 'De Maghreb heeft een keuken die geba- seerd is op het gebruik van kruiden en specerijen. Maar er zijn ook verschillen. Marokkanen houden van zoete elementen 'Mijn dierbaarste keukengereedschap is mijn oude mes uit Tunesie. Hoe oud? Eh, dertig jaar wel. Het was ooit een echt koksmes, vijf centimeter breed. Nu is het nog maar een centi- metertje! Ik slijp het zelf, niemand anders mag er aankomen, en ik ge bruik het om vlees en vis te snijden. Het is een verlengstuk van mijn arm, ik kan ermee lezen en schrijven.' in hartige gerechten, tajines van vlees met pruimen en abrikozen. De Tunesische keu ken is pikanter. Waar zouden de Tunesiers zijn zonder de harissa, de scherpe saus van rode pepers en kruiden? Maar ik vaar mijn eigen koers. Bij Mamouche krijg je een verfijnd gerecht, mooi opgemaakt, lek- ker, compleet. Ik ben al zesentwintig jaar in Nederland. En ik kies ervoor om te ge bruiken wat ik in die tijd heb geleerd. Ik kook niet zoals mijn moeder - er zijn er al genoeg die dat doen.' 'Als recept voor AllerHande heb ik een brik uitgekozen, een echt traditioneel Tu- nesisch hapje. De basisbrik is een gefri- tuurde flap van zeer dun deeg, gevuld met gesmoorde ui, peterselie en een ei. Als het goed is, is de dooier nog vloeibaar en de kunst is de brik uit de hand te eten zonder dat je morst. Ik vind het lekker om er vis aan toe te voegen, mooie gamba's en wat tonijn, op smaak gebracht met kappertjes en een vleugje saffraan. En... meteen eten als hij uit de frituur komt!' C»

Allerhande | 2003 | | pagina 72