Jongeren en alcohol Irie weleens wat /£r moet stre de cijfers iemand in mijn vriendengroep dronken is geweest, wordt hij daarop aangesproken.' Het is de vraag of de discussie over alcohol en jongeren ooit zal verstommen. Alcohol is zo ingeburgerd dat uitwassen er kennelijk bijhoren. Zowel Hans en Marjan als Jorien vinden dat de ouders de aangewezen personen zijn om hun kinde- ren de weg te wijzen. Jorien: 'Je moet er ook niet iets onbereik- baars van willen maken. Dat werkt averechts.' 'Mijn ouders drinken wel elke avond wijn bij het eten. Maar ik geloof niet dat dat invloed heeft op hoeveel ik drink.' Voorlichting op school Heeft de school een taak? Als dat al zo is, dan eerder een voorlichtende dan een corrige- rende. Hans: 'We organiseren geregeld voorlichtingsprojecten over alcohol, drugs of roken.' Jorien: 'Dat werkt niet. In de tweede klas kregen we voor lichting over roken. Iedereen zei: stom zeg, als je gaat roken. In de derde klas was driekwart aan het roken. Ik denk dat de invloed die jongeren op elkaar uitoefenen het grootst is. Als Leeftijdsgrens Toch vinden Hans en Marjan dat drank te gemakkelijk ver- krijgbaar is. Marjans oudste dochter heeft in Engeland ge- woond: 'Daar mag je onder de achttien geen cafe in.' Hans re- lativeert: 'Als er ergens gezopen wordt, is het daar. Ik geloof niet zo in een leeftijdsgrens. Je kunt moeilijk zeggen: je bent nu zestien, je mag drinken.' Jo rien gelooft er ook niet in: 'De enige manier om het probleem aan te pakken is jongeren op hun verantwoordelijkheid aan te spreken. Mijn ouders heb- ben me altijd het idee gegeven dat ik die verantwoordelijkheid aankon. Daardoor heb ik zelf zoiets van: dan ga ik het ook niet verkeerd doen.' In de ogen van veel jongeren zijn ouders te streng. Marjan: 'Maar ik ben er inmiddels wel achter dat je dat altijd bent in hun ogen, hoe soepel je ook bent.' Andersom gedacht zou- den ouders ook een voorbeeld- functie kunnen hebben. Hans: 'Als kinderen zien dat hun ou ders veel drinken, is misschien de neiging bij hen ook groter om het te gaan doen.' Marjan: 'Ik drink graag een glaasje wijn bij het eten, maar beperk dat meestal tot het weekend.' Hans: 'Bij ons komt door- deweeks geen drank op tafel. Niet uit principe, we hebben er gewoon geen behoefte aan.' Jo rien heeft andere ervaringen: Misschien alleen bij twijfel.' Hans en Marjan denken dat het door klanten gewaardeerd wordt als de supermarkt de verkoop van drank aan jonge ren controleert. Jorien: 'Jonge ren geven veel geld uit, onder andere aan drank. Ik denk dus niet dat een winkelier het aan zal durven om zo'n duidelijke daad te stellen, met het risico minder populair te worden bij jongeren.' Alcoholgebruik is gewoon in Nederland; 85% van de volwassenen drinkt. De meeste jongeren maken op hun 14deof15dekennis met alcohol. Bijna de helft van de jongens onder de 18 jaar zegt af en toe dronken te zijn (meisjes: 40%). Scholieren geven gemiddeld ca. 45 per maand aan drank uit (dit is een kwart van hun budget). Meediscussieren over dit onderwerp? Kijk op www.ah.nl AllerHande 9-2002 131

Allerhande | 2002 | | pagina 131