zijn er overigens maar weinig
hoor, die zo denken.'
Sommige minpunten van de
stad kloppen wel, bijvoorbeeld
dat je er je auto nergens kwijt
kunt, erkent vooral Paul: 'Een
groot voordeel van Amstelveen
is dat ik altijd mijn auto voor
de deur kwijt kan.' Jack heeft
er om die reden voor gekozen
lekker te blijven fietsen en de
tram te nemen.
Een ander 'probleem' van de
stad is de drukte. Toen Paul
nog in het centrum woonde,
sliep hij zelden voor vier uur's
nachts: 'Niet erg als je jong
bent, maar met kinderen is
dat minder.' Toch mist hij
het bruisende, kosmopolitische
leven in de stad: 'Amstelveen is
doorgeslagen naar de andere
kant, daar gebeurt echt hele-
maal niets.'
Vis op het platteland?
Culinair valt er veel te beleven
in de stad, meer dan op het
platteland in ieder geval. Maar
Rob vindt dat geen gemis: 'Ik
hoef niet zo nodig uit eten,
mijn vrouw kookt net zo
lekker. En verse groenten ver-
bouw ik zelf, dat zal Yvon ook
wel doen.' Yvon aarzelt: 'Ehhh...
niet echt. Rodekool uit een potje
Paul over Amstelveen:
'Makkelijk parkeren en
meer nachtrust'
is wel zo makkelijk. Ik ben niet
zo'n culinair wonder.' Paul
gaat overigens ook nauwelijks
nog de stad in voor een hapje
eten: 'De kwaliteit is vaak heel
slecht. En net als bij Rob: mijn
vrouw kookt oneindig veel
beter.'
Paul en zijn Japanse vrouw rij-
den vaak op zaterdag naar de
Nieuwmarkt in Amsterdam om
verse vis te kopen: 'Vis is be-
langrijk in de Japanse keuken.
Daarvoor gaan we naar onze
vaste adressen.'
Jack heeft een ware culinaire
ontdekkingsreis achter de rug:
'Ik ben hier komen wonen met
zes dagen aardappelen en een
dag iets anders. Dat is volko-
men omgedraaid. Surinaams,
Thais, groenten, rijst, sauzen;
allemaal ontdekt in de stad. Je
komt hier met zoveel culturen
in aanraking.'
En zo maakt eenieder zijn keu-
zes. Maar in zekere zin is
het uitgangspunt voor iedereen
hetzelfde: waar je jezelf kunt
zijn en kunt doen en laten wat
je wilt, woon je toch het lek-
kerst. C»
Jack over Amsterdam:
'Het cultuur-
aanbod,de
sfeer; hier kan
ik mezelfzijn'
Waar wonen we?
Nederland telt 16 miljoen
inwoners, verdeeld over
ruim 6,8 miljoen huishou-
dens. Circa een half miljoen
huishoudens bevindt zich in
binnensteden, ruim drie
miljoen in buitenwijken en
aan de rand van de stad.
Nog eens dik drie miljoen
huishoudens zijn te vinden
in dorpen en op het platte
land. Acht procent van
Nederland is bebouwd, er
wonen 385 mensen per km2
(in Belgie 335 en in Frank-
rijk 109). Hoewel erzo'n
1,4 miljoen verhuizingen
per jaar plaatsvinden, blijft
de verhouding stedeling-
dorpeling redelijk stabiel,
grofweg fifty-fifty.
Opvallend is wel dat de ver-
grijzing van de bevolking
een trek naar dorpen en
platteland in gang heeft
gezet, en dat de groei van
het aantal eenpersoons-
huishoudens meer effect
heeft op (binnen)steden.
(Bron: Cijfers over Wonen 2002,
een uitgave van het ministerie van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Orde-
ning en Milieubeheer)
Meediscussieren
over dit onderwerp?
Kijk op www.ah.nl
AllerHande 7-2002 121