Ian en Francien Hanenberg boeren biologisch: 'Je schept de juiste omstandigheden om de natuur haar werk te laten doen' 'EKO-boeren vanachter de De stal van de familie Hanenberg in Puiflijk, vlakbij Druten, in het Land van Maas en Waal, is leeg. De koeien, zo'n zestig stuks in totaal, lopen buiten. 'In de herfst zijn ze meer buiten voor de lol dan voor het gras, want dan groeit er niet zoveel meer,' zegt Francien Hanenberg (37), die samen met haar man Jan (44) de boerderij bestiert. 'Maar het is natuurlijk heerlijk dat ze in het zonnetje kunnen lopen.' Het is eigenlijk allemaal begonnen met de 'potstal'. De vorige stal gaf veel problemen met de hoeven van de koeien, door het beton waar ze steeds over- heen liepen. Dat was aanleiding om een ander type stal te kiezen toen er een nieuwe gebouwd moest worden. Achter het voerhek ligt een betonnen roostervloer. Daarachter is een grote kuil te zien, bedekt met een dikke laag stro. Dit is de zogenaamde 'pot'. Daar in de pot, die zo'n drie meter lager ligt, kunnen de koeien rusten in het stro. Met de potstal begon het idee om over te schakelen naar biologisch boeren. Een potstal is een dure aangelegenheid, vo'oral omdat je veel stro nodig hebt, maar meer geld voor de melk krijg je er niet door. Tenminste, niet als 'gewone' boer. Een EKO-boer krijgt voorz'n inspanningen voor het welzijn van hetvee wel een hogere melkprijs. Jan Hanenberg: 'EKO-melk wordt beter betaald, zodat je het kunt volhouden om diervriendelijker te opereren. Je bent toch ondernemer, het moet wel rendabel zijn.' Sinds mei 2000 beschikt de familie over een Skal-Iicentie. Sindsdien mogen ze hun melk 'biologisch' noemen. Na een tijd op de wachtlijst te hebben gestaan, konden ze hun melk afzetten bij zuivelfabriek Ecomel in Limmen. Francien: 'Je moet wel op een wacht lijst staan maar dan weet je ookzeker dat je de melk kwijt kunt. Het aanbod wordt afgestemd op de vraag. De markt bepaalt of er meer biologische boeren bij kunnen komen of niet.' Natuurlijk is prettige, ruime huisvesting voor het vee niet het enige dat een rol speelt bij biologisch boeren. Jan Hanenberg: 'In plaats van kunstmest te strooien, gingen we klaver inzaaien in het grasland. Klaver haalt stikstof uit de lucht en siaat die op in de wortels waardoor de bodem vruchtbaarder wordt. Bovendien is klaver goed voor de koeien: er zit veel eiwit in.' En, weet Francien: 'Ze lusten het graag!' Ook hebben ze land bijgepacht, verteltze, om aan de norm voor veebezetting te voldoen. Afgelopen zomer zaten ze op 48 hectare en 60 melkkoeien. Want biolo gisch boeren is extensief boeren, met maximaal twee melkkoeien per hectare. Op die manier kan de mest van de koeien op het eigen land worden verwerkt, zodat er geen mestoverschot ontstaat. Ook mochten ze melkkoei en niet meer preventief spuiten met penicilline om uierontstekingen te voorkomen. In plaats daarvan wordt bij drachtige koeien de melkproduc- tie geleidelijker afgebouwd, zodat de kans op ontstekingen kleiner is. 'Dat was raar,' vertelt Francien, 'je moet dan maar afwachten of het ook goed gaat.' De grootste omschakeling zat'm dan ook niet zozeer in de bedrijfsvoering, als in het hoofd van de Hanenbergs zelf. Jan Hanenberg: 'EKO-boeren doe je met vanachter de computer. Je moet de controle los durven QOG JG niCt laten. Je schept de juiste omstandigheden, maar dan moet je de dingen op z'n beloop laten.' Het Computet loslaten van de controle betekent overigens niet dat er minder werk te doen is. Integendeel. Het onkruid tussen de mais bijvoorbeeld mag niet meer worden bespoten, maar moet worden verwijderd zodra het groot genoeg is. Machinaal, dat wel, want dat het er ouderwets aan toe zou gaan in de biologische land- bouw is een vooroordeel. 'Het is beslist met zo dat we teruggaan in de tijd,' benadrukt de boer. 'We gebruiken moderne machines, we doen onderzoek, we nemen monsters. Alleen de insteek is anders.' Gaf een koe bij de Hanenbergs gemiddeld 9000 liter perjaar, sinds er biologisch wordt geboerd ligt het gemiddelde op 7000 liter. Tegelijkertijd hoeft de veearts minder vaak langs te komen. Het aantal uierontstekingen is kleiner, koeien worden makkelijker drachtig. Francien Hanenberg: 'We stuwen koeien niet meer met allerlei hulpmiddelen, zoals medicijnen en krachtvoer, naar een productie die ze eigenlijk niet aankun- nen. En daar voelen ook wij ons wel zo prettig bij.' 32 AllerHande 2 2001

Allerhande | 2001 | | pagina 32