'Als Lotti thuis komt, staan de pannen dampend op tafel.' Het zijn allang niet meer de vrouwen die thuis de maaltijd bereiden. Op elke tien mannen zijn er al vier die regelmatig koken. Wie zijn dat, de mannen die het aanrecht en het fornuis veroverden? AllerHande sprak twee mannen die veel in de keuken staan. Bob Mulder is gaan koken toen hij zijn baan verruilde voor een studie. En vanaf het moment dat hij en zijn vriendin Lotti een kindje kregen, is hij gaan zor- gen voor zijn gezin. Een gewoon gezin in een gewone wijk in Delft met inmiddels drie kinderen. Het enige bijzondere is dat de vrouw het geld verdient en de man het huishouden doet. Bob doet het nu al twaalf jaar, sinds de geboorte van zijn oudste zoon. En inmiddels blijkt uit onderzoek dat er in snel tempo meer mannen komen zoals hij. Mannen die koken. Bob Mulder (nu 43 jaar) belde zijn moeder elke dag met vragen over de maaltijd. Zo leerde hij koken. Twaalf jaar geleden was hij pas afgestudeerd klinisch psycholoog, maar hij heeft gekozen voor het huishouden. Na zijn moeder kwam de slager. Hij ver- telde de slager dat hij bloemkool had gekocht en vroeg hem wat daar dan bij moest. Braadworst, suggereerde de sla ger. En Bob dacht dat de slager hem een exclusieve culinaire tip gegeven had. Een excellente combinatie van bloemkool met verse worst. Lotti heeft er smakelijk van gegeten, dat wel, maar ook smake lijk om gelachen. Exclusief? Nee Bob, hoogst traditioneel. Zij kan koken, het is zelfs haar beroep, ze is dietiste, maar ze laat het thuis over aan haar partner. Bob doet graag nieuwe ontdekkingen, maar stelt ook vast dat bij hem de tijd van experimenteel en zeer exotisch koken een beetje voorbij is. In zijn huishouden begint mogelijk dan ook de nieuwe oude mode: aardappels. Hij laat zijn kinderen - Boi (12), Nik (10) en Lis (8) - alles proe- ven, dat moeten ze, maar als ze iets niet lekker vinden, past hij het menu voor ze aan. En hij observeert ze goed. Zo ont- dekte hij dat ze aardappels veel lekker- der vinden dan rijst. 'Als ik ze aardap pels voorzet, zijn de bordjes zo leeg, maar misschien komt het door mijn jus hoor. Ze moeten echt alles proberen, vind ik, maar ze hoeven niet zoals ik vroeger te kokhalzen boven een bord andijvie a la creme. Lis lust geen vis. Dus krijgt ze een bordje risotto zonder vis en de anderen met vis. Dat kan makkelijk, want de vis moet pas op het laatst bij de risotto.' Hij laat zijn kinderen hun gang gaan. Met pasta bijvoorbeeld. De kinderen Mulder eten eerst de saus 'want die vinden ze niet zo lekker'. En dan begint het smullen. Pasta met geraspte kaas, meer niet. En vader vindt het best zo. Het gezin heeft het niet echt breed, maar Bob is dik tevreden over het huishoudbudget. Alleen moest hij leren om zich in toom te houden. 'We hebben geen auto, dus we lcunnen naar Albert Heijn hier vlakbij,' grinnikt hij. Hij vindt het leuk om boodschappen te doen. Maar een winkelwagen moet hij niet meer. Als hij zo'n kar door de winkel duwt is hij eerder geneigd royaal in te kopen. Hij pakt nu een mandje. Daar kan niet zoveel in. En op zaterdag? 'Twee mandjes!' Heel goedkoop inkopen heeft Bob ook wel gedaan. Hij leende een pasje dat toe- gang gaf tot een groothandel. 'Dan kocht ik zes kilo varlcenshaasjes, diepgevroren, maar ik kreeg daar geen feeling mee. Dat doe ik niet meer. Goedkoop is prima als het kan, maar soms gaat het niet. Alle pindakaas hebben we thuis al gepro- beerd, maar het moet uiteindelijk toch die van Calve zijn. Maar de lekkerste hagelslag is gelukkig ook de goedkoop- ste. Ja ik weet een nog goedkopere, maar die is te ver fietsen.' Bob Mulder heeft als stelregel dat het koken niet langer mag duren dan een halfuur. 'Ik koop op het halfuur in. Dus minder vaak rundvlees, hoewel soms toch wel hoor, dat touwtjes- vlees, maar dat moet dan in de snelkook- pan.' Want het maal moet niet alleen binnen een halfuur klaar, Bob wil het ook stipt op tijd op tafel. Zodra Lotti thuis komt. 'Dan staan de pannen dam- pend op tafel en dat is dan zo gezellig. Ja ik ben een burgermannetje hoor, maar op mijn eigen manier. De afwas? Nee die laat ik staan tot de volgende ochtend. Het is hier een huishouden van Jan Steen, maar er zit wel structuur in!' In opdracht van Albert Heijn onderzocht onderzoeksbureau NIPO op de drempel van de 2tste eeuw de stand van zaken omtrent eten en koken in de Nederlandse huishoudens. Aan het onderzoek 'Hoe eet Nederland', dat in juni en juli vorig jaar werd gehouden, werkten 761 mensen mee die min of meer regelmatig de warme maaltijd bereiden. Hiervan was 24% man en 76% vrouw. Een opvallende uitkomst is dat in vergelijking met twee jaar geleden mannen meer zijn gaan koken. In 1997 gaf bijna eenderde van de vrouwen aan dat ook de man weleens achter het fornuis stond. Nu, iets meer dan twee jaar later, is dat aantal gegroeid naar 41%. En dit beeld zal de komende jaren waarschijnlijk sterk doorzetten. AllerHande 2-2000 83

Allerhande | 2000 | | pagina 83