Het kerstdiner
I kerstverhalen
Dit is niet het klassieke kerstverhaal. Dit
is het verhaal van het kerstdiner. Eten
lijkt met Kerstmis een steeds belang-
rijkere rol te spelen; persoonlijk vind
ik de sfeer aan tafel van meer belang. Koken is niet
mijn grootste hobby. Ik houd meer van salades en
koude gerechten. Maar in december maakt de bui-
tentemperatuur dampende en geurende schotels
veel aantrekkelijker. Sinds jaar en dag probeer ik
een perfect kerstdiner samen te stellen en klaar te
maken. Zo eenvoudig is dat helaas niet. Mijn kinde-
ren - de jaarlijkse gasten aan dat diner - troosten
me door te stellen dat perfectie hoogmoedswaanzin
is. In een kostbaar Perzisch tapijt bijvoorbeeld, zit
altijd een - opzettelijke - fout. 'En het was toch
weer gezellig'. Ik zal deze oorlog wel nooit winnen,
hoogstens een enkele veldslag.
Enkele jaren geleden stond er, op verzoek,
kalkoen op het kerstmenu. Op de BBC-tv werd
stap-voor-stap uitgelegd hoe de Britten hun natio-
nale kerstgerecht klaarmaken. Ik knoopte alle tips
en trues in mijn oren. Alleen al het klaarmaken
van de vulling, volgens een AH-recept, nam een
halve dag in beslag.
Ik weet uit ervaring dat mijn familieleden goede
eters zijn, maar dit beest was toch wel erg groot.
Daags voor Kerstmis ging de vulling erin, de spek-
reepjes erover, de folie eromheen en de hele zaak in
de oven. Urenlang rook mijn keuken heerlijk naar
gebraden vlees. De volgende dag kwam er een bleke
maar gare vogel uit de folie. De experts op tv had-
den dat voorzien. Nog een klein uurtje de oven in
en goed heet en mooi bruin laten worden, zonder
folie.
Ik genoot van de verbaasde gezichten van mijn
gasten toen het hoofdgerecht op tafel kwam. Mijn
kalkoen was een plaatje: prachtig goudbruin en
onbeschadigd, na het vullen met chirurgische pre-
cisie dichtgenaaid, omringd door spruitjes en rode
kool. Men was unaniem van mening dat ik nu dicht
in de buurt van perfectie kwam. Totdat we begon-
nen te eten. De goudbruine, geurende vogel smaak-
te naar droge soepkip. De kruidige gehaktvulling
was het beste deel.
Afgelopen jaar werd er aangedrongen op een
herhaling van het kalkoenavontuur. Kennelijk was
de aanblik van het gerecht langer blijven hangen
dan de smaak. Mijn slager bood aan dit beest voor
me te vullen en panklaar te maken. Ik accepteerde
het aanbod met beide handen. Gevuld met gehakt
en kastanjes, bedekt met reepjes spek en groenten,
in een braadzak en ovenschaal compleet met ther
mometer, kon hij zo de oven in. De enige onzekere
factor was de kookduur. Als de thermometer 70 gra-
den aanwees zou het gerecht gaar en klaar zijn. Het
duurde een uur voor er beweging in het kwik
kwam. Ik begon het al warm te krijgen. Met dit
tempo zouden de kaarsen allang opgebrand zijn
voor we aan tafel gingen. Mijn zoon stelde voor
alvast een aperitiefje te nemen; dat idee vond alge-
hele bijval. Na het tweede glas bleek dat de start erg
traag was geweest maar dat de thermometer toch
gestaag opliep. Een schoonzoon kwam op het idee
een grafiek uit te zetten en een prognose te maken
van de eindtijd. Elk kwartier nam iemand de stand
op en hield de grafiek bij. Grote hilariteit. De prog
nose bleek juist. De kalkoen oogde iets minder dan
de vorige keer maar smaakte uitstekend.
Het is mogelijk dat het ongebruikelijk hoge aan-
tal aperitiefjes het oordeel licht be'invloed heeft.
Mijn gasten waren van mening dat het kerstdiner
zeer geslaagd was en dat koken heel 'entertaining'
kan zijn. En ik had het weer een jaar gered.
B. Baggen, Roermond
AllerHande 12-1999105