'In de 24-uurs-economie zitten
rustmomenten'
26 AllerHande
'Producten hebben tijd nodiq
om hun smaok te ontwikkelen
dan moet er toch weer herwaardering
voor eten kunnen ontstaan. Ik ben er best
optimistisch over.'
Huisje, boompje, beestje
Jon vindt dat de generatie 17- en 18-jari-
gen de toekomst heeft. Daar valt volgens
hem nog wel wat aan eer aan te behalen,
maar Ton heeft het idee dat mensen zich
pas zorgen gaan maken over hun eten als
ze meer op hun gezondheid gaan letten:
'en dat is niet rond hun 18de, maar pas
rond hun 24ste. Jonge ouders en oudere
jongeren.' Carin bevestigt: 'Wij merken in
onderzoeken dat jonge mensen zeggen
enorm in te zijn voor alles wat nieuw is,
maar op het moment dat ze huisje, boom
pje, beestje krijgen, slaan ze helemaal
door en gaan bij wijze
van spreken naar de
natuurvoedingswin-
kel.'
Andrea: 'Ook een
belangrijke doelgroep QCCYl
voor slow food zijn
mensen die &lles wil-
len: sporten, naar
film en theater, veel sociaals doen en
daarnaast ook nog allebei een drukke
baan. Nou die mensen komen helemaal
niet toe aan gezond koken en eten. Die
kopen prefab eten. Die hebben geen tijd.'
'Ja, maar je kan ook niet zomaar tijd heb
ben voor alle geneugten van het leven',
voegt Ton ironisch toe.
Keuken als rustpunt
Volgens de tafelgenoten moet je tijd
maken voor slow food. Jon: 'In zekere zin
staat de 24-uurs economie haaks op de
principes van slow food. Want in de 24-
uurs hectiek zit geen ritme. Neem de boer
vroeger, die stond heel vroeg op, was om
6 uur aan het werk tot 12 uur en ging dan
gerust twee uur naar huis om te lunchen
en aansluitend een uiltje te knappen.
Daarna ging hij weer terug naar het land.
Hij ging niet dood aan z'n hart. Hij had
een ritme, hij had rustmomenten. Wer-
ken, leven, eten. A1 onze zuiderburen, te
beginnen bij de Belgen, doen het zo; daar
moet je tijd nemen voor je lunch.'
Andrea vindt dat er toch wel wat aan het
veranderen is: 'Kinderen van Italiaanse
vrienden zijn jaloers op ons omdat wij om
5 uur klaar zijn met werken, zo lekker
vroeg. Terwijl wij jaloers zijn op hen
omdat zij tussen de middag lekker twee
uur zitten te eten en te praten.' 'Toch kun
je zeggen dat dat niet bij ons past', zegt
Carin. 'Wij nuchtere Hollanders zijn er de
mensen niet naar om uitgebreid te gaan
zitten eten. En dan vind ik dat je dat ook
niet geforceerd moet willen introduceren.
Want dan krijg je daar niet het juiste
gevoel bij. Je moet het hebben of niet. Bij
ons thuis kan het wel, maar puur omdat
we daar ook achter staan. Twee drukke
banen, twee drukke kinderen, maar's
avonds toch de rust nemen om even de dag
te laten passeren. Flesje wijn erbij, lekker
kletsen en lekker koken. Heerlijk dat rust
punt in de keuken.'
Jon: 'Als je oud wilt worden, hoort slow
cooking erbij, dan zul je rust en aandacht
aan je eten moeten geven.'
'Chemie' in de pan
Slow food heeft ook met planning te
maken. Jon: 'Eigenlijk hoor je woensdag-
ochtend te denken: wat ga ik donderdag-
avond eten en niet pas om vijf voor zes
op donderdag te vragen wat gaan we over
10 minuten eten? Als je met je karretje in
de winkel rondrijdt, hoor je in je hoofd
een planning te maken. Dat koop je, dat
zet je vast klaar en dat ga je marineren.'
Bij de filosofie van slow food hoort dat
degene die kookt ook deel moet kunnen
nemen aan de gesprekken aan tafel. 'Wat
mij betreft zit slow food in de teelt, in de
bereidingstijd en in de tijd om het op te
eten,' voegt hij toe.
'Producten hebben
nu eenmaal tijd
nodig om hun
smaak te ontwikke-
len; kijk maar naar
wijn.' 'Slow zit in
het hele traject',
aldus Andrea. En
Ton stelt ten slotte:
'Ja, en het ontwik-
kelen van smaak
gebeurt op twee
momenten, tijdens
de teelt, maar ook
tijdens de berei-
ding, door de che
mie in de pan. En
om dat te weten
heb je de basisken-
nis nodig waar
Carin steeds zo op
hamert.'