Gei'nspireerd door de hekken van
Lodewijk de Veertiende
M arc Delaunay, de ontwerper van het bestek
Ontwerper Marc Delaunay tekende de exclusieve Albert
Heijn-bestekken Versailles, Orleans, Nice en Cannes.
AllerHande zocht de Fransman op aan zijn tekentafel en
vernam dat onder andere de hekken uit de tijd van
Lodewijk de Veertiende als inspiratiebron fungeerden.
gens een mal gemaakt (foto boven)
waarin het bestek wordt geperst.
Marc Delaunay ontwerpt al 27 jaar bestek.
Een beetje verlegen opent hij voor AllerHande
de archiefkast in zijn atelier om zijn allereer-
ste ontwerp te laten zien: een met potlood
getekend dinercouvert. Dit ontwerp uit 1971
is nog steeds in productie. Hoe trendgevoelig
is bestek eigenlijk? Delaunay: 'Je moet
natuurlijk met je tijd meegaan. Zo verschilt
ons bestek van nu zeker met dat van vijf a zes
jaar geleden. Maar aan de andere kant is
bestek lang niet zo trendgevoelig als mode.
Dat kan ook niet, want mensen schaffen
natuurlijk niet elk jaar nieuw bestek aan.
Met mooi bestek doe je een heel leven lang.'
Liever een potlood dan een muis
Ook in dit tijdperk van computer en beeld-
scherm, hanteert Marc Delaunay bij het ont-
werpen van bestekken liever een potlood dan
een computermuis. Het creatieve proces vindt
vooral plaats in zijn hoofd. Hier gonzen de
ideedn en krijgen duizenden vorken en lepels
hun vorm. Het ontwerpen van de mal, waarin
het bestek wordt geperst, gebeurt wel vanaf
het beeldscherm, al zijn voor de finishing
touch nog altijd de handen van ervaren gra-
veurs nodig. Dat geldt in het bijzonder voor
couverts met gedetailleerde decoraties, zoals
het Versailles-bestek.
Waar haalt Delaunay zijn inspiratie
vandaan? Delaunay: 'Voor Cannes heb
ik me onder andere laten inspireren
door vormen die je in de natuur tegen
komt, zoals de rondingen van een ei. In
de lepel komt die eiervorm duidelijk
terug. Het Versailles-couvert is geba-
seerd op klassieke vormen. Dat geldt
Ontwerper Marc Delauney tekent welis-
waar nog met de hand, maar op een
gegeven ogenblik komt zijn ontwerp
toch in de computer terecht (foto
links). Van het ontwerp wordt vervol-
zowel voor het bestek zelf als voor de versie-
ringen in de steel. Wat dit laatste betreft heb
ik gekeken naar hekwerken uit de tijd van
Lodewijk de Veertiende. De vele krullen in dit
smeedwerk heb ik vervolgens gestileerd tot
een eenvoudig, maar nog altijd klassiek
relief.'
Een hele dag voor een
proefexemplaar
Van elk nieuw bestek maakt Delaunay altijd
verschillende schetsen, zodat de opdracht-
gever in dit geval Albert Heijn - een keuze
kan maken. Van de twee geselecteerde teke-
ningen worden in een werkplaats proefmodel-
len gemaakt. Dat gebeurt volledig
met de hand. Het maken van e£n
proefexemplaar neemt een hele
dag in beslag. Zodra de proef-
exemplaren door de klant zijn
goedgekeurd, krijgt Delaunay
groen licht om de andere onder-
delen van het bestek te ontwer
pen. Deze onderdelen varieren
van een aardappelopscheplepel en
vleeswarenvorkje tot een salade-
en viscouvert.
Delaunay: 'De vier Albert Heijn-
bestekken zijn zo compleet mogelijk samenge-
steld. Daarbij heb ik de vormen zoveel moge
lijk laten harmonidren met het dinercouvert.
De maten heb ik voor een deel trouwens moe-
ten aanpassen aan de Nederlandse markt. Het
ene artikel is in Nederland nameiijk groter of
juist kleiner dan in Frankrijk.'
Volgens Delaunay verschilt ook de Neder
landse smaak met die van zijn landgenoten.
'Fransen zijn over het algemeen wat traditio
neler in hun keuze en zullen sneller dan
Nederlanders geneigd zijn om voor klassieke
modellen te kiezen. Zelf zou ik kiezen voor
het moderne Cannes-couvert, vanwege zijn
eigenzinnige karakter.'