Knapperige Broodbol Gevuld met Kalkoengehakt Kalkoen- GEHAKT ALS VULLING VOOR KIPFILET PlTTIGE KALKOEN- GEHAKT- BALLETJES wmm Zo maakt u binnen 30 minuten een heel bijzonder 'broodgerecht'. Bak voor 4 personen 100 g kalkoenge- hakt met 1 theelepel salie, 1 gepeld en uitgeperst teentje knoflook, zout en peper rul. Roer er van het vuur af 1 eetlepel zure room en 2 eetlepels oude geraspte kaas door. Snijd 4 kip- filets open, vul ze met het gehak- tmengsel, druk dit goed aan en steek de kipfilets met cocktailprikkers dicht. Bak ze in ca. 10 a 15 minuten aan weerszijden bruin en gaar. Meng voor een pittig borrelhapje voor 4 personen 250 g kalkoengehakt met 1 theelepel gemberpoeder, 1 eetlepel sojasaus, 1 theelepel sesamolie en 1 eetlepel paneermeel. Vorm er kleine balletjes van en bak ze in 1 eetlepel olie in ca. 3 minuten rondom bruin. VL0ERB0L GEVULD MET KALKOENGEHAKT (hoofdgerecht, 4 personen) 1 vloerbol wit (400 g), 2 sjalotjes, 2 eetlepels olie, 250 g kalkoengehakt, 1 theelepel salie (AH), 1 theelepel chilipoeder, 1 blikje ma'iskorrels (netto 150 g, Bonduelle), 1 zakje gemengde sla (200 g), 1 bakje kruidendressing (100 g, Johma), 1 pakje verse roomkaas met kruiden (125 g) Bereiden: Oven voorverwar- men op 150 °C of gasoven- stand 3. Van vloerbol kapje afsnijden en bol uithollen tot op ca. 2 cm van korst. Buitenkant besprenkelen met water. Vloerbol in ca. 10 minuten op rooster in mid den van oven verwarmen. Intussen sjalotjes pellen en fijnsnipperen. In koekepan olie verhitten. Sjalotjes zachtjes glazig ffuiten. Toevoegen: gehakt, salie en chilipoeder. Gehakt al omscheppend in ca. 5 minu ten rul bakken. Ma'is afgieten en erdoor scheppen. Afgedekt ca. 5 minuten zachtjes laten sudderen. Intussen sla met dressing ver- mengen. Roomkaas aan gehakt toevoegen en al roe- rend laten smelten. Vloerbol op schaal zetten en gehakt- mengsel erin scheppen. Serveren met sla. Bereiden: ca. 30 minuten Prijs p.p.: ca. f 3,50 Bevat per eenpersoonsportie: 630 kilocalorieen vet 40 g - eiwit 24 g - koolhydraten 439 g AllerHande 61

Allerhande | 1995 | | pagina 61