C R U S B D U E N E DEN DE TIEN GULDEN De absolute top IbrouillyI beaujolais Wie Beaujolais zegt, denkt vaak meteen aan de Pri- meur. Aan de grore opwin- ding als de derde donderdag van november nadert, wan- neer de nieuwe oogst in de winkels verschijnt. 'Hij is er weer!' Iedereen popelt om hem te proeven. En het gaat hard met de voorraden - zowel thuis als in de win- kel - want de Primeur is geen bewaarwijn. Daar moet je meteen van genie- ten. Maar met de Primeur is het Beaujolais-verhaal niet uit! Het is eerder een begin, want er komt nog zo onge- lofelijk veel meer uit die streek: prachdge wijnen die wel bewaard kunnen wor- den. Sommige moeten zelfs een paar jaar rijpen, maar over het algemeen - en zeker in vergelijking met wijn uit andere gebieden - wordt Beaujolais nogal jong - en koel - gedronken. De tien Crus du Beaujolais vormen de top van wat er in dit gebied gemaakt wordt. Maar laten we bij het begin beginnen. Het betrekkelijk kleine wijngebied van de Beaujolais vormt de zuidelij- ke punt van de Bourgogne- streek, tussen Macon en Lyon. Wie in de vakantie naar Zuid-Frankrijk of Spanje rijdt, komt erdoor of erlangs. Kijk voorbij Macon even naar rechts als u op de Autoroute du Soleil zit (A6) en u ziet de wijngaarden van de Beaujolais, gelardeerd met fraaie, oude Romaanse kerken en andere overblijf- selen uit de Romeinse tijd (maar ook uit het Stenen Tijdperk). Hier begint het Franse zuiden. Drie kwaliteitsklassen Het hele Beaujolais-gebied is maar 50 km lang en 23 km breed en nogal bergach- tig. Er wordt bijna uitslui- tend rode wijn gemaakt (99,5% rood en 0,5% wit en rose) en dan vooral van de daar volmaakt florerende Gamay Noir, een rode druif met wit sap, waarvan de wijn betrekkelijk licht en heel fruitig is. Prettig drink- baar dus en met een relatief laag alcoholgehaite (9%). Dit betekent echter niet dat alle Beaujoiais-wijnen op elkaar lijken. Integendeel! Binnen dat kleine gebied is er zoveel variatie in bodem en klimaat dat elke wijn z'n eigen karakter heeft. De Appellations d'Origine Controlees worden in deze streek in drie officiele cate- gorieen verdeeld. De eerste is voor 'gewone' Beaujolais en de Beaujolais Superieur (1% meer alcohol dan de gewone), die van de kalk- houdende klei uit het hele gebied kunnen komen, maar vooral uit het zuiden. Ze zijn heel licht en fruitig en op hun best als ze binnen een jaar na de oogst koel gedronken worden (circa 11 °C). Een deel van deze wijnen wordt als Primeur op de markt gebracht. In de tweede categorie komen we de appellations 'Beaujolais Villages' tegen, die in 39 dorpen gemaakt worden, vooral in het mid den en het noorden van het gebied. Deze kersenrode wijnen hebben iets meer body, een iets krachtiger smaak en zijn de zomer na de oogst het lekkerst. Maar ook een of twee jaar later staat hun kwaliteit nog recht overeind. Ook uit deze categorie verschijnt een deel in de primeurtijd, maar dan onder de naam 'Beaujo lais Villages Primeur'. De derde categorie omvat slechts tien appellations, de Crus du Beaujolais, en deze tien vormen de absolute top van de streek. Ook geogra- fisch gezien, want ze komen uit tien met naam en toe- naam genoemde gemeenten in het heuvelachtige noor den van het gebied. Onder- ling verschillen ze nogal, van charmant en verfijnd tot vlezig en vol. Chiroubles is de lichtste van de tien; Morgon, Julienas en Moulin-a-Vent zijn het krachdgst. Vooral deze laat- ste drie moeten enkele jaren rijpen, zodat hun smaak en aroma zich volledig kunnen ontplooien. Anders dan de lichtere types worden de relatief 'zware types' niet zo koel gedronken. Omdat we ze alle tien in de winkels hebben en ze bepaald niet over &n kam kunnen wor den geschoren, stellen we de Crus du Beaujolais stuk voor stuk aan u voor, in alfabetische volgorde. Brouilly De druiven voor deze Cru groeien aan de voet van de Mont CRU DU BEAUJOLAIS LESRAPIERES Brouilly waar de bodem vooral uit graniet en oude zandlagen bestaat. Ze leveren een robijn- rode wijn, die doet den- ken aan rood zomer- fruit, pruimen, perziken en in de verte: minera- len. Een stevige, voile wijn die goed past bij rood vlees en wild en bij 12 °C het best tot z'n recht komt. Drink hem het liefrt als hij twee jaar oud is. Chenas Dit is het betrekkelijk onbekende buurmeisje van de fameuze Moulin-a-Vent (zie verder). Een guile robijnrode bewaarwijn (tot vijf jaar) van de gra- niethoudende zandgron- den. De geur doet den- ken aan bloemen en houtgewassen. De ideale CHENAS APPELLATION CONTROLS Chiroubles Deze Cru is letterlijk de 'hoogste' van alle tien, want de drui ven groeien op 400 meter hoogte op hellin- gen van graniet en por- fier (een fijnkorrelige granietsoort). Een ele gante, helderrode wijn, waarin u pioenrozen, lelietjes van dalen en viooltjes zult herkennen. <2eu CHIROUBLES 13W o a J5d Heel fruitig, heel Beau jolais. Drink deze wijn als hij nog jong is op 12 °C bij licht vlees (vleeswaren, gevogelte, blank vlees) en voorge- rechten. Cote-de-Brouilly De wijngaard waar deze Cru vandaan komt ligt op de zonnige, steile hellingen van eerdergenoemde Mont de Brouilly, een vulkaan die is uitgeblust, maar met z'n blauwe serveertemperatuur is ongeveer 14 °C. Heerlijk bij allerlei rode vlezen (en in sauzen) en pittige kaassoorten. IfOMt AllerHande 39

Allerhande | 1992 | | pagina 41