VIJF VAAK GESTELDE VRAGEN OVER IHoe weet ik wat voor mij een goed li- chaamsgewicht is? Wie een beetje te zwaar is, zoekt graag in tabellen na hoeveel te zwaar dat dan wel is. De praktijk leert dat de getallen in die lijstjes vaak ver van de werke- lijkheid liggen. Voor een deel is dat te ver- klaren doordat de bouw maar ook de spier- massa van mensen zo verschillend kunnen zijn. Er is ook niet een lichaamsgewicht dat preciesbij u past; uw gewicht mag tussen een aantal uitersten in liggen waarbij u nog steeds kunt spreken over een goed li chaamsgewicht. Daarom maken voe- dingsdeskundigen en artsen tegenwoordig liever gebruik van de Quetelet Index (QI). Dat is een goede maat om de hoeveelheid vet in het lichaam vast te stellen. Het is te inge- wikkeld om die QI zelf te berekenen. Maar u kunt het ook zonder re- kenen doen als u ge bruik maakt van het 'nomogram' dat door de Landbouwuniversi- teit is ontwikkeld. Daarvoor hoeft u niet meer te doen dan met een iineaal een (rech- te) lijn te trekken vanaf uw lengte naar uw gewicht. Als u de lijn doortrekt komt u uit op de as die de QI aangeeft. In het voor- beeld staat de lijn aan- gegeven van iemand die 1,69 lang is, 74 kg weegt en de QI is dan 26. Als u nu weet wat uw QI is, kunt u in dit lijstje nazoeken in welke categorie u thuishoort. De grens- waarden zijn geba- seerd op Amerikaanse sterftecijfers. Het laag- ste sterfrisico ligt bij Bent u bezig met lijnen, dat zit u vast met wat vragen. Goeie kans dat uw vraag hier bij staat... met het antwoord! mensen met een QI tussen de 20 en 25. Pas bij een QI boven de 30 beginnen de sterftekan- sen sterk te stijgen. 2 Wat is eigenlijk het 'jojo-effect' bij ver- mageren? En is het waar dat wie eenmaal haar of zijn streefge- wicht heeft bereikt, blijvend minder dan daarvoor moet eten? Het herhaald vermage- ren en daama weer aankomen wordt wel het 'jojo-effect' ge- noemd. Het is teleur- stellend dat van de mensen die af en toe een vermageringskuur volgen, over langere tijd bekeken 80 a 90% terug komt op het oude gewicht. Wie terug is op het te hoge gewicht, is in veel gevallen be- reid om met een nieuwe therapie te be ginnen. En als die 'nieuwe' therapieen nu maar waarmaakten wat ze beloven, dan was het fenomeen van het jojo-effect snel ver- dwenen. Veel kuren en dieten prijzen zichzelf aan met de garantie dat het gewicht levens- lang goed blijft, zonder dat het u veel moeite, inspanning kost! Maar 7i-» 15 die kuren bestaan (nog) niet. In de prak tijk blijkt dat wie stopt met een dergelijke aanpak na verloop van tijd terugkomt op het beginpunt. Maar ook wie zich niet laat ver- leiden door commer- ciele vermageringstips, maar met gewone Ne- derlandse voedings- middelen met minder Calorieen een gezond voedselpakket samen- stelt, merkt dat na ver loop van tijd het ge- vaar van toename in het gewicht op de loer ligt. Met alle hapjes en lekkemijen om ons heen, is het veel te ge- makkelijk om meer te eten dan nodig is om het gewicht in balans te houden. Kortom ook dan kan het jojo-effect optreden. En dat is ver- velend want het li chaam moet zich elke keer als de hoeveeheid opgenomen energie verandert weer aan- passen. Na 5 tot 7 da- gen minder Calorieen eten, gaat het lichaam veel efficienter met de energie om. De ener- giebehoefte daalt met circa 15%, dat betekent dat het steeds moeilij- ker wordt om het li chaamsgewicht te ver- lagen. De hoeveelheid Calorieen die iemand die is afgeslankt nodig heeft, is dus minder ge- worden dan voor het afslanken. Gaat u weer op dezelfde manier eten als voor die tijd, dan komt u geleidelijk opnieuw in de buurt van het niet gewenste gewicht. U moet dus in- derdaad minder dan voor het afslanken blij- ven eten. Omdat dit voor de rest van uw le- ven geldt, is het zo be- langrijk dat uw eetge- woonten blijvend ver- anderen. 3 Is het mogelijk om plaatseiijk te vermageren? Het antwoord is nee. De vetverdeling in het lichaam is bij mannen en vrouwen verschil lend. Mannen leggen vetreserves vooral op de buik aan, vrouwen doen dat meer rond de heupen en dijen. Waar- schijnlijk zijn voor een deel de geslachtshor- monen verantwoorde- lijk voor de aard van de verdeling. Wie een paar kilo kwijt wil, heeft vaak een duide lijk idee op welke plaats dat moet gebeu- ren. Slankheidsinstitu- ten, sauna's, massage- apparaten en verwar- mingstoestellen bewe- ren dat ze het vet op specifieke plaatsen la- ten verdwijnen. Maar apparaten die spieren laten samentrekken, kunnen die spieren wel verstevigen; ze laten echter geen vet ver dwijnen. Dat geldt ook voor de sauna of toe- stellen die plaatseiijk verwarmen, er ver- dwijnt vocht maar geen vet. Ook de ma nier van eten heeft geen invloed op de plaats waar het vet verdwijnt. U zult het dus moeten doen met een aanpak over de 'ge- hele linie'. 4 Kan lichaamsbewe- ging het afvallen versnellen? Meer lichamelijke acti- viteit kan u helpen bij het afvallen, want u verbruikt meer ener gie. Daarom is het voor veel mensen aantrek- kelijk om een gezonde, energiebeperkte voe- ding te combineren met meer bewegen. Bij voorkeur ingebouwd in het ritme van elke dag. Met eenmaal per week een uurtje hardlopen bereikt u relatief wei- nig. Om de (extra!) energie uit een glas frisdrank te verbran- den, moet u bij voor- beeld tenminste een half uur wandelen. 5 Hoe kun je de ver- zadigingswaarde van je maaltijden wat verhogen? Het is lastig dat vrij kort na een hoofdmaal- tijd het hongergevoel weer terug kan komen. Dat kan gebeuren ais de gerechten nogal licht verteerbaar zijn. Als u kiest voor voe- dingsmiddelen als bruine broodsoorten, roggebrood, zilvervlies- rijst en volkorenmaca- roni, zult u merken dat die langer een gevuld gevoel geven dan de vergelijkbare witte produkten. Omdat ze meer van het niet-ver- teerbare voedingsvezel bevatten, doen ze er langer over om te wor- den verteerd. Bedenk ook dat een flinke por- tie groente en rauw- kost wel veel vulling geeft maar niet veel Calorieen levert (maar let wel op het sausje!). AFSLANKEN Lengte (m) 1.76 1,64 1,60 Quetelet Index 40 Gewicht (kg) 132 128 124 120 116 112 108 -104 -100 96 92 72 68 64 60 56 52 48 Bron: dr. P. Deurenberg, LH Wageningen. overgewicht: duidelijk verhoogd risicoop ziekten 30 gewicht is tehoog: risicovoor gezondheid 25 gezond gewicht 20 te mager AllerHande 33

Allerhande | 1989 | | pagina 33