4
VOOR
ELK GERECHT
DE JUISTE
■I 1
X
v
V
i?
M
k
jm
v
Voor mooi droge en rulle rijst hebt
u andere rijst nodig dan voor
het koken van rijstebrij. De vorm
van de rijstkorrels heeft veel
invloed op de kookeigenschappen
van de rijstsoort.
V"
wk
Rijstsoorten met lan-
ge, smalle korrels, zo-
als Siamrijst en Suri-
naamse rijst, zijn
droogkokend en
daarom geschikt om
bij de warme maaltijd
te geven of in hartige
rijstgerechten (nasi
goreng, risotto, kerrie-
rijst) te verwerken.
Paprijst bestaat juist
uit ronde rijstkorrels,
die tijdens het koken
uit elkaar vallen en
binding geven. Uiter-
mate geschikt dus voor
het maken van rijste
brij, rijstepudding of
rijstevlaai.
Zijn de korrels gebro-
ken, dan zal de rijst
nooit echt mooi droog
worden, omdat de kor
rels aan elkaar blijven
kleven. Gebroken rijst
kan wel worden ge-
bruikt voor het maken
van rijstballetjes en
dergelijke of als bind-
middel (i.p.1
vermicelli)
in soep.
Bij zilvervliesrijst zit
het vliesje met vitami-
nes (van de B-groep)
en mineralen nog om
de korrel. Daarom le-
vert zilvervliesrijst
meer goede voedings-
stoffen dan gewone
witte rijst. Zilvervlies
rijst wordt eigenlijk al-
leen bij de warme
maaltijd gegeten.
Van alle rijstsoorten is
er tegenwoordig ook
een snelkookrijst. Snel-
kookrijst is voorbe-
werkt (o.a. door voor-
stomen), waardoor de
kooktijd korter is.
Bij parboiled rijst wor
den de ongepelde kor
rels geweekt en ge-
stoomd, waardoor vita-
mines en mineralen uit
de zilvervlies overgaan
in de korrels. Hierdoor
is parboiled rijst iets
geler van kleur en iets
pittiger van smaak dan
gewone witte rijst.
12
10
K
Wk.
n
RUST
f
f
k
vS"S^S-