WAT BETEKENI DIEfeiOPDE VERPAKKING? Neem er eens een verpakking van AH's Huismerk bij en bestudeer de ingredientenlijst. Daar staan, HHB tussen de gewone ingredienten, soms ook een of meer E's met een nummer erachter. Wat betekent dat? En wat heb je als consument aan die informatie? Dat leggen we hier uit. De laatste jaren wordt steeds meer informa tie over een produkt op het etiket vermeld: wat het voor een pro dukt is (belangrijk bij levensmiddelen met fantasienamen), de netto-inhoud, de houd- baarheid en ook een in- gredientendeclaratie. Naast de hoofdingre- dienten moeten de ge- bruikte hulpstoffen, zo- als geur- en smaakstof- fen, kleurstoffen, con- serveermiddelen, emulgatoren en derge- lijke worden vermeld. Steeds vaker staat ach- ter deze soortnamen ook een E met een nummer. Dit zijn de zogenaamde E-num- mers. Goedgekeurde hulpstoffen Nog niet zo lang gele- den hadden alle landen van de Europese Ge- meenschap een andere wetgeving ten aanzien van de informatie op voedingsmiddelen. Dit maakte het in- en uit- voeren van levensmid delen er niet gemakke- lijker op. Om meer op een lijn te komen is er een lijst samengesteld met bijna alle hulpstof fen (behalve geur- en smaakstoffen), die in de Europese Gemeen- schap zijn toegestaan. Het is een zogenaamde 'positieve lijst': alleen hulpstoffen die na toxi- cologisch onderzoek (onderzoek op het eventueel giftig zijn van die stoffen) zijn goedgekeurd en dus veilig zijn, staan op de lijst. Elke hulpstof op de lijst heeft een E-nummer. De lijst ziet er globaal zo uit: E 100 tot E 200 kleurstoffen E 200 tot E 300 conserveermiddelen en voedingszuren E 300 tot E 322 anti-oxydanten E 322 tot E 400 emulgatoren, stabilisa- toren en zuurterege- laars E 400 tot E 500 verdikkingsmiddelen en geleermiddelen Bij hulpstoffen wordt vaak meteen aan kunstmatige stoffen gedacht. Op de lijst met E-nummers staan echter ook veel natuur- lijke hulpstoffen. Bij- voorbeeld citroenzuur (E 330) dat van nature in citrusvruchten zit. Het voorkomt verkleu- ring van fruit en de af- braak van vitamine C en bevordert het gele- ren van jam. Ascorbi- nezuur is de officiele naam voor vitamine C. Dat is behalve een goede voedingsstof ook E-NUMMERS DIE VAAK OP ETIKETTEN VOORKOMEN een anti-oxydant. Dit is een stof die voorkomt dat levensmiddelen gaan reageren met zuurstof uit de lucht en daardoor rans worden. Lecithine is een be- langrijke voedingsstof, maar ook een emula tor. Lecithine komt van nature voor in eigeel. Ook caroteen, de kleur- stof die worteltjes zo mooi oranje maakt, heeft een E-nummer. Overigens geldt zowel voor natuurlijke als voor kunstmatige hulp stoffen dat niet de stof op zich veilig of giftig is, maar dat de hoe- veelheid die er van ge- geten wordt, bepaalt of deze stof schadelijk voor de gezondheid is. Daarom is van de meeste hulpstoffen vastgesteld wat een aanvaardbare dage- lijkse inname (ADI) zou zijn. De ADI wordt aangegeven in milli- grammen per kilo gram lichaamsge- wicht. Om te voorko- men dat de ADI wordt overschreden, mogen hulpstoffen slechts in beperkte mate worden toegevoegd aan be- paalde levensmiddelen die in de Warenwet staan vermeld. HALVARINE Nederland is een van de weinige landen in de EG waar het vermel- den van de E-nummers (nog) niet verplicht is. Toch staan ze steeds vaker op het etiket. Fabrikanten die hun produkten ook exporte- ren, vermelden de E-nummers en ze staan op veel buiten- landse produkten. Op artikelen van het AH- Huismerk staan de E-nummers van kleur stoffen en conserveer middelen op de ver pakking. E-nummers en allergische reacties A1 zijn de hulpstoffen met een E-nummer in principe onschadelijk, er zijn mensen (in Ne derland zo'n 100.000) die overgevoelig zijn voor bepaalde hulp stoffen. Zij vertonen een allergische reactie als zij produkten eten waarin die hulpstof is verwerkt. Door alle etiketten te bekijken op de E-nummers kun- nen deze mensen voor- komen dat ze iets eten waar ze allergisch voor zijn. E-nummers staan dus niet voor iets engs. In- tegendeel, het zijn goedgekeurde hulpstof fen en het vermelden op de verpakking is vooral nuttig voor mensen met een voed- selallergie. Meer informatie over de eigenschappen van de hulpstoffen, waarin ze gebruikt worden en over de ADI vindt u in de volgende boeken: E eetbaar?, Dr. J. Kamsteeg/Ir. M.I.A. Baas ISBN 902306135 De E in je Eten, Mau rice Hanssen ISBN 902101212X Weet watje eel, Quint publikaties ISBN 9050520014 WAT BETEKENT WAT? Nummer Naam Toepassing Kleurstoffen E 102 E 160 tartrazine (geel) caroteen (oranje-geel) in tal van produkten, o.a. in kant-en-klaar gerechten o.a. boter, margarine, cake Conserveer middelen E 200 E 210 E 220 sorbinezuur benzoezuur zwaveldioxide o.a. vruchtprodukten o.a. garnalen o.a. wijn en jam Anti-oxydanten E 300 ascorbinezuur o.a. aardappelprodukten Overige additieven E 322 E 330 E440 lecithine citroenzuur pectine als emulgator in o.a. chocoladeprodukten als zuurteregelaar in tal van produkten als geleermiddel in jam en vruchtenconserven enSLASAUS lnh.250g Bevat 40% vet E 200 en E 160a nti-oxydant E 300 E 102-E 110 en E 202 Geleermiddelen: hulpstof fen om voedingsmiddelen te verdikken en te verstevi- gen. Voedingszuren: hulpstoffen die de zuursmaak verho- gen. Worden toegepast als smaakstof, conserveermid- del of als synergist. Dit is een hulpstof die de werking van andere hulpstoffen ver- sterkt. Emulgatoren: hulpstoffen die water en olie (vet) tot een vloeistof of vaste stof (emulsie) laten vermengen. Stabilisatoren: hulpstoffen die de stevigheid, duur- zaamheid en opslagmoge- lijkheden vergroten. Zij worden aan emulsies, zoals slasaus, toegevoegd om het ontmengen te voorkomen. AllerHande 19

Allerhande | 1987 | | pagina 19