Ze gaf Jan Bom een stevige hand, een
treinbiljet en de envelop met geld.
"Goeie reis, Bom!" zei ze hartelijk.
"Ga je mee, Anna?" vroeg Jan Bom. Ze
zag er zo leuk uit, met 'r mollevelmuts.
"Naar de stad? Ja, ik ben daar mal,
ik ga liever gewoon dood!" lachte ze.
"Mieters, neef Jan!" riep neef Hugo
vanuit de metropool, toen Bom hem
belde, dat-ie naar de stad kwam. Ze
spraken af dat Jan terecht kon op de
avond voor KersL Zich verkneukelend
keek Jan Bom uit de trein naar het
sneeuwland- schap. Ha, naar Hugo
ft en Penny! Dat waren
de ware stede-
lingen, zo modem
als de muziek
van Jack Hyiton en het
boudoir van Marlene Dietrich.
Daar kon je wat van leren. Hij was
er nog nooit geweest, maar hij had
al gehoord van tante Jeanne-
die twee waren helemaal
up-to-date. Bij het Centraal
Station nam Jan Bom zo'n
felgele, ultramodeme taxi naar de
buitenwijk. Voorin bij de chauffeur zat
een zwart kastje waarin cijfers voorbij-
snelden, rikketikketikketik, oef, 12 pie-
termannen te betalen. Nou ja, vooruit,
man van de wereld.
De taxi snorde weg. Jan Bom was nu
even moederziel alleen in de stad.
Maar daarboven in het grote flatge-
bouw wachtte zijn neef op hem, geluk-
kig. Jan waadde door de sneeuw naar
de ingang. Hoe modem alles! Een wit-
stenen hall met een bewonerspaneel.
Je drukte op de bel naast de gewenste
naam, zo moest dat natuurlijk.
"Wie daar?" neusde een stem door
een soort radiotoostertje. "Jan! Jan
Bom!" schreeuwde hij vrolijk met zijn
mond er tegenaaa "Au! niet zo hard!"
riep tapdanseres Penny P&rker; de
vrouw van Hugo.
Er ging een zoemer en de tussendeur
sprang open. Daarachter was de lift
Jan keek door het glaspaneel in de
deur en zag kabels hangen. Hij drukte
op de knop naast de deur De kabels
bleven stil en bewegingloos. Jan drukte
nog maareens.
Tenslotte bleef hij met de muis van zijn
hand tegen de knop aanleunen, het
bosje razen voor Penny in zijn andere
hand. Er kwam geen lift "Jammer','
mompelde Jan Bom. Hij had dat nu
wel eens mee willen maken. Hij sjokte
de happen op, naar de vijfde verdie-
ping. "Er kwam geen lift',' hijgde hij,
toen neef Hugo opendeed.
"Dan heeft die druif van de zesde de
deur weer open laten staan',' wist Hugo.
"Kom gauw binnen, mieters dat je er
bent!' Jan hing zijn besneeuwde win-
terjas aan de plexiglazen kapstok. Met
een zachte plof viel de mantel op de
vioet "Knop afgebroken',' zei Hugo,
een beetje nors, "je hebt ook zo'n
belachelijk zware boerenjas aan!'
Sony!' zei Jan, "ik uh..!'
Maar daar kwam Penny Parker al de
gang in. "Mieters dat je er bent! Ik
ben nog in werkplunje, geeft niet, he?"
Ze was in shorts, haar schoenen klik-
klakten op het parket "Ik was de
Ticker Tape Tapdance aan het oefenen.
Come in, boy!"
Ze ging voor naar de kamer Jan keek
zijn ogen uit Dat was pas modem!
Geen behang, maar creme gesausde
muren. Meubelen van glas en staal.
Onder de tafel een creme kleed, met
een dessin van cirkels, driehoeken en
vraagtekens.
"Sit down, Jan!" zei Hugo. "Even iets
regelen, de draaiknop reageert niet'
Hij schopte een paar keer stevig tegen
de radiator "Die centrale verwarming
staat roodgloeiend, het wordt hier
steeds heter?
Jan Bom nam plaats in zo'n buizen-
stoeL Het zitmeubel was dermate veer-
krachtig dat Jan geruime tijd op en
neer wipte als een gummibal. Hugo
trapte nog eens flink tegen de radiator
Nu deed zich een sissend geluid horen.
"Ha',' zei Hugo, "ik heb hem klein ge-
kregen!' Penny had inmiddels de razen
van Jan in een modeme blokvaas ge-
zeteen plexiglazen kubus met een
klein openingsrondje bovenin. De
bloemen staken opeengeperst kaars-
recht de lucht in.
"Mieters!' zei Penny. "Een cocktail?"
vroeg neef Hugo. "Alsjeblieff zei Jan
Bom, die na de lange reis wel een
slokje lustte. Neef Hugo hanteerde met
rumba-gebaren de cocktailshaker De
centrale verwarming siste nog steeds.
Het werd nu ijskoud in de kamer "Ik
doe de gordijnen wel dichf zei Penny,
"dan wordt het gezellig!' Ook de raam-
bekleding bleek gedessineerd met cir
kels, driehoeken en vraagtekens.
"Doe het licht aan!' zei Hugo, terwijl
toen ze opendeed, "zo laat nog, Bom?
Wht is er?" "Niks'," zei Jan. "ik ben naar
de stad geweest' Ze liet hem binnen.
"Hoe was het er?" "Heel modem',' zei
Jan, "het is geweldig, alles mechanisch
en hypermodem!'
"Dus toch!" zei ze, terwijl ze een glaasje
brandewijn voor hem inschonk op de
gepoetste deeltafel. "Zo meteen',' zei
Jan tegen het glaasje, en tegen haan
"Ik help je eerst met die boom. Die moet
in een emmer aarde. Dan staat-ie!'
Hij hielp haar; toen stond de boom.
Dennegroen vulde de kamer met heer-
lijke geuren. "Drink nou maar's uit
Bom',' zei ze, en keek hem aan met die
bruine ogen van 'r "Moet je ook worst?"
Ze had al gesneden. "Ha!' zei Jan. Hij
zette zijn sokkevoeten op de rand van
de buiskachel. "Mag wel, he?"
"Doe maar!' zei ze Ze stond 20'n beetje
naar hem te kijken. "Morgen is het
Kerst' zei ze. "Morgen is het Kerst;'
zei Jan Bom. Hij drank en at Na een
poos zei hij: "Heee'.'
"Dat klinkt tevreden'.'zei Anna "Ja','
zei Jan Bom. "Maar vertel nou eens
van de stad!' zei Anna, "dus alles is
heel modem?" "Hypermodem!' zei
Jan, "ze hebben daar kerstbomen, die
schuif je uit als een paraplu!'
Om een uur in de nacht zat Jan er nog.
"Het is Kerst!" zei Anna, en wees op
de klok. "Ja!' zei Jan, "gelukkig Kerst-
feest!" Hij stond op en gaf haar een
zoen op haar wang, en nog eentje hier;
en nog eentje daar..
"Da's zeker ook modem!" riep Anna
"Heb je dat in de stad geleerd? da's
wel een beetje al te modem!"
Maar ze zoende hem terug.
hij de violette cocktails in de glazen
schonk, "dan wordt het gezelliger'!
"Indirekt licht!" zei Penny met zekere
trots. Ze knipte de staande lampen aan.
De omgekeerde keiken kaatsten het
licht schijnwerpergewijs tegen het witte
plafond. "Hoe vind je't, Jan?"
"Uh..!' zei Jan. Het kaarslicht gaf een
kil en spookachtig effekt, dat nog ver-
sterkt werd door de kou die Jan z'n
botten besloop en het slangengesis
van de radiator
"Cheers!" riepen Hugo en Penny. Het
leek of hun stemmen holler klonken
dan eerst Jan nam een teug van de
violette mengdrank en moest toen zo
hoesten dat hij met stoel en al omviel.
Ze hesen hem overeind en klopten op
zijn rug. "Zo komen we nooit in de
sfeer? zei Hugo, en hij voegde er klap-
pertandend aan toe: "Zet de kerst-
boom op, Penny, dan heeft Jan nog
wat leuks tenminste'.'
"Oke!' zei Penny. Even later kwam ze
terug met een groen-rafelige staaf van
ongeveer 90 centimeter lengte. "Het
nieuwste van het nieuwste!' zei Hugo.
"Kan jaren mee',' zei Penny. Jan Bom
keek rillend toe, hoe ze in het spook-
huislicht het voorwerp uitschoof als
een paraplu. Floep: Dennetakken ont-
vouwden zich. "Baleinkonstruktie en
parafinepapier!' lichtte Hugo toe.
"Mieters, h6? Hypermodem!' Jan Bom
stond op uit de buizenstoel. "Ik stap
eens op!' hoorde hij zichzelf zeggen,
"morgen weer vroeg dag'.'
Diep in de avond was Jan terug in zijn
dorp. Hij keek zo hier en daar's naar
binnen. Anna, de jonge weduwvrouw,
zeulde een grote kerstboom haar ka-
mertje binnen.
Jan lietde kloppervallen. "Heuj' zeize,