RECYCLING
VAN GLAS
Wageningse studenten
op ijselijk avontuur
Poolspeurtocht naar milieu
Cirkelgang
natuur nog
ongeschonden
...en voor
uwliefste
kleding
Statiegeld
6.500.000 kilo
Eten in de wind
Niet eenzaam
Openingen
in september
en oktober 1972
Waarvoor?
Ons leefmilieu
Exclusief
voor
AllerHande
Geen tijd
Rendieren
NOVEMBER
AELEKIIANDE
3
werpglas een zware troef in de
strijd om ons milieu.
Nu kan men zich afvragen:
Waarom a! die omhaal? Waar
om heft men niet gewoon sta
tiegeld op de glasverpakking
zoals dat vroeger ging. dan is
die hele fabrikage van nieuw
glas uit oud glas ook niet nodig.
Dat lijkt wel een goede op
lossing, maar helaas: het kan
niet meer.
Ten eerste werd er vroeger
slechts een zeer beperkt aantal
levensmiddelen in glas verpakt.
Steeds meer produkten komen
in glas omdat glas een zeer hy
giënische vorm van verpakking
is.
Ten tweede kost het sorteren
en naar de verschillende fa
brieken terugzenden van glas
verpakking zoveel tijd en werk
dus geld dat de glasver
pakking gewoon veel te duur
zou worden.
Wat echter het belangrijkste
bezwaar is: bij het schoonma
ken van gebruikte glasverpak
king heeft men loog en zeer
veel water nodig. Dat veroor
zaakt een verontreiniging van
het oppervlaktewater, die in
onze tijd absoluut onverant
woord is.
Vier partijen kunnen samen
werken om alle vier van deze
samenwerking te profiteren en
om tevens te zamen het alge
meen belang te dienen:
1 De huisvrouwen blijven
niet langer met de on
bruikbare, waardeloze glas
verpakking zitten en zij
behoeven die niet langer
in de dikwijls dure plas
tic vuilniszakken te stop
pen.
O. De gemeentelijke reini-
gingsdiensten vinden min
der glas tussen het huis
vuil, waardoor het opha
len minder gevaarlijk
wordt en waardoor de hoe
veelheid huisafval belang
rijk kan worden terugge
bracht.
De detailhandel kan hel
pen bij het inzamelen van
glas.
De glasindustrie kan met
het scherfglas belangrijk
besparen op het gebruik
van grondstoffen.
De vraag is nu: hoeveel ge
smolten scherfglas kan aan het
mengsel worden toegevoegd om
een goede kwaliteit glas te
krijgen?
In de laboratoria zijn al vele
proeven genomen en than%zijn
de wetenschapsmensen zover
gevorderd, dat met een proef-
produktie kan worden begon
nen.
Voor deze proefproduktie
heeft men 6.500 ton scherfglas
nodig, dus zes-en-een-half mil
joen kilo lege flessen, potjes en
ander wegwerp-glas. Als alle
Nederlandse huisvrouwen wil
len meewerken, kan deze hoe
veelheid gemakkelijk worden
verzameld. Lukt de proefpro
duktie dan wordt het lege weg-
J^TEEDS meer deskundigen raken overtuigd van de noodzaak om gebruikte ma
terialen opnieuw in het produktieproces te brengen omdat bet grondstoffenver
bruik zó groeit dat bepaalde grondstofbronnen met uitputting worden bedreigd.
Bij de Verenigde Glasfabrieken in Schiedam is men momenteel bezig met een
uitgebreide proef op dit gebied.
Glas wordt gemaakt van
kalk, zand en cement, dat
tot 1.500 graden Celcius
wordt verhit. Aan dit door
de verhitting vloeibaar-ge
worden mengsel kan ge
smolten scherfglas worden
toegevoegd, .waardoor er
kan worden bespaard op de
andere grondstoffen.
Noord'Kaap
:SOWJET-
c" UNIE
FIN-
LAND
lor (ZWEDEN
Slockholf^l
i
- -s Berlijn
DUITSLAND.
Kvalpynten-
IGROEN-
I LAND.
ADVERTENTIE
In alle Palthe-winkels, Palthenettes
en bij de rijdende verkopers.
te»
FRMZ JOSEFS-
LAND
BARENTSZ ZEE
bijzonder weinig bekend: zo
weet men alleen bij benadering
hoe oud een Spitsbergen-ren
dier wordt.
De Poolvossen waren er wel:
kleine, doorgaans zeer magere
diertjes die zich voeden met
eieren en jonge vogels.
De heer Van Rijn vertelt:
..De Poolvos heeft geen natuur
lijke vijanden, behalve d.e hon
ger en die zorgt er ruimschoots
voor dat er geen vossenoverbe-
volking komt."
Ook het rendier wordt in fei
te alleen maar door de honger
in zijn groei geremd, maar die
honger kan 's winters schrikba
rend zijn en de winter duurt
op Edgepya acht maanden, ,,'s
Winters zoeken de rendieren de
plaatsen op waar de Poolwind
het. felste waait", aldus de heer
Van Rijn, „de wind jaagt daar
de sneeuw weg, waardoor de
rendieren toch nog wat mos en
andere planten kunnen be
machtigen".
Bijna alle dieren lieten zich
op het eiland tot zeer kort be
naderen door de studenten,
want zij hadden nog niet ge
leerd om de mens als hun
vijand te herkennen.
Met de ijsbeer 's winters was
dat tot voor kort anders, want
één pels leverde zo'n 1.500.
op en ook 'op Edgepya werd
flink gejaagd, totdat de ijsbeer
bijna uitgestorven raakte en
het jagen verboden werd.
De studenten hebben weinig
last van de eenzaamheid gehad:
„De hele natuur was springle
vend en je voelde je na korte
tijd een deel van die natuur
worden.
Bovendien was die natuur zo
afwisselend en verrassend, dat
we het best een tijdje zonder
de mensen konden stellen."
En dan komt er weer een
verhaal: Hoe hij en zijn vriend
een kloof binnenkwamen, waar
de vislucht als een dikke walm
tussen de rotswanden hing. Te
gen die rotsen hadden duizen
den drieteenmeeuwen hun nes
ten gebouwd, maar aan de ar-
chitectuur ontbrak zo het een
en ander want regelmatig rolde
er een ei of een piepklein vo
geltje naar beneden. De bodem
van de kloof was bedekt met
eierschalen en welgedane Pool
vossen hadden bij deze rijke
nen toen we in Noorwegen te
rugkwamen. Je hoorde weer
mensen praten en je hoorde
weer het monotone geluid van
motoren."
„Ontmoedigd, toen we de
verminkte natuur in Nederland
terugzagen? Ach, ik houd meer
van een positieve benadering.
De natuurlijke cirkelgang is
hier inderdaad op onverant
woorde wijze verstoord en dat
gaat nog dagelijks berg-af-
waarts.
Blauwe Kei 6, Veghel
20 september 1972,
Hoge Steemveg 1.
Weert 23 oktober
1972.
Gelukkig gaan steeds meer
mensen het belang van het
leefmilieu inzien; ook, dat er
iets aan gedaan moet worden.
Als de mensen er echt iets aan
willen gaan doen. hopen
wij als wetenschapsmensen,
mede dank zij ervaringen als
op Edgepya nog voldoende j
middelen te kunnen aandragen
om te redden wat nog te red- J
den is".
voorraadschuur hun bivak op
geslagen.
Dat alles is zeer boeiend,
maar de cabaretier Paul van
Vliet zong eens: „Als Hollander
zeg je dan al gauw: Leuk, maar
wat koop ik er nou voor?"
Jan Willem van Rijn weet
het antwoord: „Op eilanden als
Edgepya is de cirkelgang der
natuur nog intact. Planten en
dieren houden elkaar onderling
in balans en zijn elkaar tot
steun".
dan men doorgaans beseft. Als
bijvoorbeeld een rivier
zodanig vervuild is dat alle
planten- en dierenleven uit het
water verdwenen is, dan kun je
zo'n rivier wel schoonmaken,
maar het resultaat- is een lege
rivier.
Het biologische leven in een
rivier is vaak tijdens een ont
wikkeling van eeuwen tot
stand gekomen. Planten, dieren
en microben vormen letterlijk
een samenleving. Als door ver
vuiling een klein onderdeel van
zo'n samenleving verdwijnt,
kan dat een sneeuwbal-effekt
hebben: steeds meer vormen
van leven verdwijnen. Ten slot
te sterft de rivier".
We moeten dus erg voorzich
ting zijn met wat we doen en
ook is bet belangrijk dat we
weten wat er in de natuur om
ons heen is.
„In gebieden waar de natuur
nog vrij onbeschadigd is kun-*
nen we gegevens vinden die
ons in de bedreigde gebieden
wellicht kunnen helpen."
„Waarom dat dan helemaal
aan de Pool moet gebeuren?
Omdat het natuurlijke leven
aan de Pool een betrekkelijk
eenvoudige struktuur heeft, zo
dat de onderlinge verbanden
gemakkelijker zijn op te sporen
dan bijvoorbeeld in een tro
pisch gebied".
DEEDS jaren was het pool
gebied één van de streken,
die op Jaap Kuper een grote
aantrekkingskracht uitoefende.
Graag Wilde hij dit gebied,
waar het grootste deel van het
jaar de sneeuw en vorst het le
ven beheersen, van nabij bele
ven.
Doordat hij in Wageningen
bosbouw studeerde, kwam hij
in de gelegenheid voor een on
derzoek naar Spitsbergen te
gaan, een gelegenheid die hij
dan ook direkt aangreep.
In Wageningen ontmoette hij
Jan Willem van Rijn van Alke
made, die over enkele jaren
zijn studie in milieuhygiëne en
waterzuivering hoopt af te ron
den, en met hem werden de
nodige plannen gemaakt, die
voor een tocht als deze nodig
zijn. Steun kregen ze onder
meer van het Prins Bernhard
Fonds.
Van de zomer hebben ze sa
men het avontuur gewaagd:
een klein draagbaar tentje,
voedsel voor drie maanden, een
berg wetenschappelijk materi-
riaal en na 2Va dag varen be
reikten ze vanuit Noorwegen
het onbewoonde eiland: Ed
gepya: zo groot als de provin
cies Groningen, Friesland en
Drente samen en gelegen ten
oosten van Spitsbergen.
Als de heer Van Rijn aan het
vertellen slaat, lijkt het net een
avonturenroman: twee jongens
van half twintig zo overgestapt
van de woelige industriële we
reld naar een eiland, waar zij
twee maanden slechts de na
tuur als metgezel hadden.
Tijd om zich te vervelen was er
niet, want er moest een uitge
breid programma worden afge
werkt, dat over eindeloze toen
dra's voerde, dag en nacht door
de zon beschenen. Rivieren
moesten doorwaad worden cn
in zuigende moerassen moest
worden gezocht naar plantenfa-
milies en broedende vogels.
Een wetenschappelijke expe
ditie had vorig jaar op Edgepya
1.600 rendieren geteld, maar
een ijsbeer zijn ze niet tegen
gekomen, want die blijven tij
dens de korte poolzomer dich
ter bij de Pool. om daar tussen
het jj* de dartele zeehond als
voedsel tc vinden.
Over veel van die dieren is
„In de geïndustrialiseerde
wereld is het natuurlijk even
wicht doorgaans grondig ver
stoord. Dat is veel ernstiger
Met bergen materiaal zijn de
twee Wageningse studenten be
gin september in de bewoonde
wereld teruggekomen. De aard
appelpuree, het gedroogde vlees
en de gedroogde groente kon
den van het menu worden af
gevoerd.
„Ja, het was wel even wen-