M
HET VOLKOMEN
VLEESBOEK: EEN
„Wie sjoen" is Limburg
Huisvrouw
klaagt haar
nood bij
Albert Hep
-OVERAL RONDNE
iALLERHANDE NIEUWTJES
Winci Bom schreef speciaal
voor AH uniek kookboek
V
Fondue-set*
6 fondue-
bordjes*
Kinderzitje
De kinders
novem
Kenwood chef*
keukenmachine
Clubprijs 179.-
Clubprijs 44.-
Clubprijs 16.-
Clubprijs 40.-
V
Xaast volledige receptuur ook
encyclopedie-van-het-vlees
Geschiedenis
van het vlees
Lotharingse
biefstuk
Chileense
stoofschotel
Wina Born
uitmuntend
auteur
Holsteiner
schnitzel
Vakmanschap
is
meesterschap
want alle waar
is naar zijn geld!
Eigen land
is mooi
JtUGDKRftNI
Kritischer
Fantasierijk
Ook voor scholen
Compleet
Voor iederee
ook met de
feestdagen
ALLERHANDE
Geweldige hulp in dekeuken.
Met deeghaak, garde, k-arm
en mengkom. Vele hulpstuk
ken (vruchtenpers, vlees
molen, koffiemolen etc.)
apart verkrijgbaar. 2 jaar
garantie.
Bestelnr. C-1000R
waarvan f42.-in
PMC-cheques
Premie-van-de-Maand Club
Fondue eten... een unieke
combinatie van gezelligheid
en culinair genoegen. Deze
zwartmetalen réchaud op
roodkoperen onderblad is
dus een uitgelezen premie
voorde komendefeestdagen.
Koperen pan met krasvaste
nikkelen binnenwand. Met
folder vol fonduetips en
recepten. Erbij: 6 fondue
vorken
Bestelnr. F-845
in PMC-cheques
Praktisch onbreekbaar, reuk
loos en gewoon in heet
water af te wassen. Elk
bordje is verschillend gede
coreerd naar stijlvolle ont
werpen van de kunstenaar
Wiederkehr.
Bestelnr. F-235
in PMC-cheques
Premie-van-de-Maand Club
Veilig autozitje en kinder
stoeltje tegelijk. Solide, ver
chroomd frame. Bekleding
van zwarte en bruine kunst
stof. Veiligheidsriemen met
handige sluiting. Geheel op
vouwbaar. Weegt slechts 3,6
kg.
Bestelnr. H71
in PMC-cheques
*Zie voor nadere gegevens
over deze premies de PMC-
catalogus
Premie-van-de-Maand Club
Weinig leer- of informatieboeken zijn zo aantrekkelijk om te lezen als een kookboek.
In een kookboek kun je, ook zonder dat je per se iets wilt koken, uren snuffelen. Je
maakt de meest verrukkelijke culinaire reizen en als je het tenslotte dichtklapt blaak
je van ondernemingslust.
Nu is het met „Het Volkomen Vleesboek" van Wina Born, dat wij op de voorpagina
al onder uw aandacht brachten, ook eigenlijk maar beter er vóór het kookuurtje al
vast wat in te lezen. Dit boek is namelijk zo uitmuntend geschreven en zo aantrekkelijk
samengesteld, dat het naast de normale honger ook een enorme leeshonger opwekt.
Pakt u het pas als u de pannen
by wyze van spreken al op het
aanrecht hebt staan, dan kon
het wel eens gebeuren dat u
twee uur later nog met rood
gloeiende oortjes zat te lezen
terwfjl man en kinders om de
biefstuk brullen.
Dit boek heet- wel zeer terecht
„Het Volkomen Vleesboek", om
dat het niet alleen maar wat
recepten geeft, maar ook de
geschiedenis van het vlees be
handelt. In de vroegste oudheid
werd er al vlees gegeten en
Wina Born vertelt ons hoe de
verandering in de wijze van
vlees bereiden gelijke tred
houdt met het uitvinden van de
kookpot en later het verkrijgen
van allerlei gereedschappen uit
brons en ijzer.
Zij vertelt over onvoorstelbaar
oude recepten als hachee en
goulasch, de Frahse pot-au-feu
en de Spaanse olla podrida,
maaltijden die wij thans nog
maar al te graag klaarmaken.
De vleespotten van Egypte ko
men in dit boek ter sprake en
de „zwarte soep" van de Spar
tanen.
U kunt er echter ook allerlei
andere grappige wetenswaar
digheden in lezen, bijvoorbeeld
hoe de Tournedos aan zijn naam
komt. Naar het verhaal wil, is
deze naam ontstaan toen een
maïtre d'hotel in een Parijs'
restaurant zich zo geneerde
voor de kleine afmetingen van
dit bief^tpkje, dat hij het „ach
ter de rug" van de klant op een
bord legde met saus en garni
tuur om het meer te doen lijken.
We zeiden al dat Wina Born in
dit boek maar liefst twaalf re
cepten geeft voor het klaar
maken van zo'n „gewone" bief
stuk. We zullen er hier één'
laten volgen. We kiezen Lotha
ringse biefstuk. Hiervoor hebt
u nodig: 4 biefstukken van 100
gram, zout, peper, ca 130 g bo
ter, 4 hardgekookte eieren, eet
lepel gehakte peterselie, 2 sja
lotten, takje tijm, enkele blaad
jes dragon en 2 theelepels
citroensap.
Wrijf de biefstukken in met zout
en peper en bak ze snel aan
weerskanten bruin in het groot
ste gedeelte van de boter. Wrijf
de hardgekookte eieren fijn en
vermeng ze met de peterselie,
de zeer fijngehakte sjalotten,
fijngewreven tijm, fijngehakte
dragon, citroensap en wat zout.
Strijk dit mengsel uit in een
vuurvaste schotel, leg de bief
stukken er op en op elke bief
stuk een klontje boter. Zet de
schotel in een goed voorver
warmde oven en laat enkele
minuten bakken. Hierbij geeft
men aardappelpuree en sla.
We zeiden al dat de recepten
van stoofschotels zéér oud zijn.
Wat dacht u van deze Chileense
stoofschotel? U hebt er voor
nodig: 500 g magere riblappen,
3 lepels olie, 1 grote ui, 1 teen-
glijden. Leg kruiselings over de
eieren telkens 2 ansjovisfilets
en garneer de schotel verder
met parten tomaat. Bij Holstei-
ner Schnitzel serveert men
meestal aardappelpuree en dop
erwten. Soms legt men als gar
nituur bij het vlees ook nog
driehoekjes gebakken brood,
belegd met gerookte zalm.
U ziet het, recepten waarbij
je het water in de mond
loopt en die toch zo een
voudig te maken zijn. Het
Volkomen Vleesboek zal de
jonge huisvrouw in staat
stellen de meest verrassen
de gerechten op tafel te
brengen, de meer gerouti
neerde kookster zal ideeën
opdoen waar ze nog nooit
aan gedacht heeft en zelfs
voor een man kan dit boek
een aanmoediging zijn nu
ook eens met de vleesvork
te experimenteren. Kortom
een boek voor het hele
gezin.
tje knoflook, zout, peper, ]A 1
bouillon, 250 g worteltjes, 25Ö g
doperwtjes, 250 g sperziebonen,
klein bloemkooltje, 1 grote pa
prika en 3 tomaten.
Snijd het vlees in dobbelstenen.
Verhit de olie en bak daarin
snel het vlees aan alle kanten
bruin met de gesnipperde ui en
knoflook. Voeg zout en peper
toe. Giet de bouillon erbij en
laat het vlees een half uur
stoven.
Voeg de verschillende groenten
toe, de worteltjes in reepjes ge
sneden, de sperziebonen gebro
ken, de bloemkool in roosjes
verdeeld, de paprika in ringen.
Laat dit nog een half uur zacht
jes stoven. Voeg er dan de to
maten bij en laat nog tien mi
nuten sudderen. Dien dit ge
recht op in diepe borden met
kleine schaaltjes gebakken
aardappelen erbij.
Ten slotte nog een recept voor
een pittige Schnitzel. Voor „Hol
steiner Schnitzel" hebt u nodig:
4 kalfsschnitzels, peper, zout,
100 g boter, 4 eieren, 8 ansjovis
filets en 2 tomaten. Wrijf het
vlees in met peper en zout en
bak de schnitzels snel bruin en
gaar in de hete boter. Leg ze
op een goed voorverwarmde
schaal.
Bak dan snel in de achter
gebleven boter 4 spiegeleieren
en laat op elke schnitzel een ei
Bierkenners
vragen
58 ct.
In opdracht van de „Nieu
we Limburger" onderzocht
het NIPO de provincie Lim
burg. Hoe komen de Lim
burgers er af en „wie sjoen"
wordt Limburg elders in het
land geacht? Het komt
er op neer, dat 80 procent der
Nederlanders Limburg een
aardig vakantieland vindt;
68 pet. vindt het een gebied
met een gezellige sfeer-, 57
pet. vindt het een mooi land
om te wonen en 49 pet. ziet
het als een gebied met veel
werkloosheid.
Wat de Limburgers zelf
aangaat: 37 pet. van de on
dervraagden achtte het een
drinkebroerachtig volkje; 41
pet. vond ze openhartig, 41
pet. vond ze chauvinistisch
en dat betekent volgens het
woordenboek „opgewonden
nationalistisch" 65 pet.
vond ze gastvrij en 80 pet.
vond het gezellige mensen.
42 Pet. van de 7,3 miljoen
niet Limburgers (dus 3.3
miljoen) zou best in Lim
burg willen wonen en dat
betreft dan voornamelijk
het niet-stedelijke deel van
Zuid-Limburg. 85 Pet. van
de niet-Limburgers boven
de achttien jaar is wel
De Ned. Stichting voor
Statistiek heeft onder
zocht hoe men in ons
land zijn vakantie dit
jaar zou gaan doorbren
gen en ook waar en
wanneer. Gebleken is
dat 46 pet. der Nederlan
ders in eigen land bleef;
de rest stoof uit naar
buitenlandse gebieden
(vooral Duitsland.
Oostenrijk, Spanje en
Italië). En aan welke va
derlandse gebieden dacht
men vooral? 17 Pet.
dacht aan de Veluwe
(terecht natuurlijk); 14
procent aan de Achter
hoek (ook juist); 14 pro
cent aan Zuid^Limburg
(wiedes); 13 pet. aan de
kuststreek (tuurlijk) en
-12 pet. aair-Zeeland (al
licht). De rest droomde
van een vakantie ergens
in de rest van ons land
(vanzelf).
eens in Limburg geweest: 55
pet. daarvan kwam met va
kantie.
En wat is het eerste
waaraan men denkt als men
de naam Limburg hoort? De
niet-Limburgers denken
voor 45 pet. aan kolenmij
nen (de Limburgers zelf
maar voor 17 pt.). De Lim
burgers-zelf kozen 46 pet.
voor „harde werkers"; voor
37 pet. voor „vooruitstre
vend" en voor 33 pet. voor
„gemakzuchtig". Dat zag de
rest van Nederland voor 32,
19 en 18 pet
Nog iets merkwaardigs:
bij de Limburgers zelt kre
gen Heintje, Toon Hermans,
de Heikrekels en de
Maastrichter Staar maar
heel geringe percentages.
Heintje zit het best in Gro
ningen en Friesland (met 3
procent). De Limburgers
zelf dachten zo weinig aan
hem dat hij niet eens (in
procenten uitgedrukt) voor
komt in de uitslag van het
rapport.
De modepers heeft weer
een periode achter de rug
van eindeloze aantallen
shows en showtjes: men
holde van het ene naar het
andere Modieuze Gebeuren
en uw Rondneuzer holde
mee. Hij zag shows van de
haute couture, van de con
fectie, van bontbewerkers,
van textielindustrieën, van
foundationfabrikanten, van
lingeriemakers en van bad
pakken zelfs al.
Een verademing was wat
Barbara Farber ons toonde
aan eigen gecreëerde kinder -
mode voor jonge, jonge me
juffrouwen. Want deze Bar
bara werkt, voor het meisje
van 5 tot 14 jaar oud en zij
baseert haar activiteiten op
het feit dat tot nu toe te
weinig flatteuze en te veel
saaie kleertjes voor deze
kinderen werden vervaar
digd.
Zij ontwerpt kleren, die
in steeds variërende combi
naties bij elkaar gedragen
kunnen worden én de jonge,
jonge mejuffrouw telkens in
andere gedaante tonen.
Praktische draagbaarheid is
een der belangrijkste voor
waarden die zij aan kinder
kleding stelt. De foto toont
twee van haarj modellen ge
maakt van Draion in oud-
rose en antiek blauw-groen.
Het modesilhouet van dê
man berust, schetsmatig i
aangeduid, op de volgende'
punten: een smalle lijn met
natuurlijke schouderlijn
een korter jasje om de be
nen langer te doen lijken
een niet te strak aanslui-'
tende taille, hoog opgesne
den revers (de jaren dertig)
of ditzelfde maar dan met
een langgepand jasje dat
achter de drager aanwap.
pert.
Beide komen voorname
lijk in éénrijmodellen met
drie knopen en worden
vaak gedragen op bijpassen
de vesten. De overjassen
zijn ofwel zeer slanke,
aansluitende modellen met
vierkante schouderlijn en
vagelijke redingote-toetsen
of jassen met militante
trekjes, veel zakken erop,
knopen, kleppen en een
ceintuur.
De lengte varieert van 10
cm. boven de knie tot
koetsierlange kuit jassen (en
nog langer). De kleuren zijn
helder komende winter (dus
de grauwe muis is eruit!)
met veel beiges, licht brui
nen en khaki-tinten, ledertin.
ten en verder licht-blauw,
parelgrijs en grintgrijzen.
Alleen voor gekleed ge
bruik dienen de donkere
kleuren, waarbij de smoking
best diepblauw mag zijn.
Veel ruitmotieven in de des
sins, veel strepen ook en
veel effen stoffen, die dan
echter een duidelijke struc
tuur vertonen in de vorm
van noppluisjes en oplich
tende oppervlakte-heide-ef-
fectjes. Om een indrukje te
geven: zie de foto met een
Italiaans model in blauwe
Dacron-jersey.
(Vervolg van pag. 1)
Er is nog een tweede reden,
die tot de totstandkoming van
dit boek heeft bijgedragen. Met
Antwoord: gulden
moet meer
koopkracht krijgen
Bij Albert Heijn komen,
dat spreekt vanzelf, re
gelmatig brieven binnen
van consumenten. Brie
ven met kritiek en brie
ven met lof. Het is dui
delijk dat wij daarop in
AllerHande normaliter
niet in kunnen gaan,
maar voor één brief wil
len we thans een uitzon
dering maken.
Het is de brief van een
huisvrouw, die haar nood
klaagt over de geringe
koopkracht van het ge
middelde Nederlandse
gezin en die daarmee
stellig de gevoelens ver
tolkt van vele tiendui
zenden andere huisvrou-
We laten deze brief, die
gericht was aan AH's
president, de heer Albert.
Heijn, in haar geheel
volgen, waarna wij ook
het antwoord plaatsen
dat de heer Heijn haar
zond.
Geachte Heer Heijn,
Als huisvrouw met ma
nagersziekte (ménagerie-
ziekte?) zit ik hier op de
Veluwe en kom nu aan
lezen toe. Hier een reac
tie op het verslag van
uw gesprek met A. C. W.
van der Vet (Algemeen
Dagblad van 26.9.69) en
wel speciaal op het on
derdeel „koopkracht".
Alvorens een Neder
landse werknemer van
zijn salaris kan gaan
„kopen" is hiervan, dank
zij belastingen, sociale
lasten, (moreel) ver
plichte verzekeringen al
zoveel opgesoupeerd, dat
met het „schone" salaris
gegoocheld moet worden.
Het ontneemt je werke
lijk de moed, als een
salarisverhoging in wer
kelijkheid slechts voor
40 pet. in de gezinsporte-
monnaie terecht komt.
En dan? De prijsstijgin
gen doen de rest met het
beklemmende gevolg,
dat de realiteit is: ach
teruit boeren. Zeker in
een gezin als het onze,
waar de 5 opgroeiende
kinderen, qua voeding,
kleding en last but
not least qua scholen
en leermiddelen, steeds
meer van het budget
vragen.
Het lef hebben om door
te zetten? Wat te doen
als na zo lange tijd van
doorzetten en doorvech
ten de resultaten, de
vooruitgang uitblijven en
de moed gaat tanen? Als
van lieverlee elke han
deling, elk plan, elke
aanschaf, uitgaaf, met de
hand op de knip gewikt
en gewogen moet wor
den? Is dat de reële op
brengst van een investe
ring, zijnde 10 jaar studie
(accountancy)? Wel
vaart? Voor wie? De
slager, de groenteboer,
de kruidenier met lef?
Ons leven is echter krab
ben en bijten en niet de
tientjes twee keer om
draaien, maar de guldens
wel tien keer vóór ze
misschien uitgegeven
worden.
Laat ik u vóór zijn en
meedelen, dat ik reeds
van 1955 af AH-klant
ben. Koopkracht valt pas
te vergelijken, als ook
het verschil tussen viiil
en schoon salaris met een
gelijke factor uitgedrukt
kan worden ten opzichte
van andere munteenhe
den.
Ik blijf mijn guldens om
keren en AH bezoeken,
tenzij de cash-and-carry
nóg voordeliger blijkt te
zijn.
ANTWOORD
AH's president-directeur,
de heer Albert Heijn,
antwoordde op deze brief
het volgende:
Geachte mevrouw,
Met meer dan gewone
belangstelling las ik uw
brief van 26 september
jl-, waarin u reageerde op
mijn uitlatingen over de
koopkracht, gedaan in
het gesprek dat de jour
nalist A. C. W. van der
Vet met mij heeft gehad
voor zijn boek „Per slot
van rekening".
Nu ik even rustig de ge
legenheid heb u te ant
woorden, moet ik meteen
zeggen dat ik uw betoog
heel goed kan volgen.
Mijn visie, die ik in het
genoemde interview in
enkele grote lijnen heb
ontvouwd, is daarmee
dan ook niet in strijd.
Om nog even iets aan te
halen:
„Wat mij enorm prikkelt,
waar ik bijzonder jaloers
op ben en wat ik op het
stuk van de koopkracht
centraal stel, dat zijn de
verhoudingsgewijze véél
lagere prijzen voor
levensmiddelen en ge
bruiksartikelen die in de
Verenigde Staten moge
lijk zijn. Als ik in een
Amerikaanse supermar
ket een blikje babyvoe
ding zie staan voor tien
dollarcents terwijl wij
dat blikje onmogelijk
voor minder dan zestig
centen kunnen leveren,
ja, dan krijg ik goed de
pest in. Het gaat mij om
de kóópkracht van het
geld: om wat het gemid
delde gezin te besteden
heeft."
In verband met de lonen
heb ik eveneens op de
Verenigde Staten gewe
zen, waar de gemiddelde
werknemer met de op
brengst van een uur wer
ken (met zijn loon dus)
meer kan doen, meer kan
kopen dan de gemiddelde
Europeaan. „Als een
Nederlandse werknemer
een uur overwerkt houdt
hij er een pakje sigaret
ten aan over, maar zijn
Amerikaanse collega een
slóf." En elders: „De
mensen moeten weten
dat werken lóónt, dat het
zin heeft om hard te wer
ken." Het spreekt van
zelf dat dit evenzeer
geldt voor studeren.
Behalve de forse „afro
ming" van de inkomens
in Nederland zijn er na
tuurlijk nog wel andere
oorzaken aan te wijzen,
die leiden tot het (vaak
zo moed-ontnemende) ge
voel in vele gezinnen, dat
er van materiële vooruit
gang ondanks hard
werken nauwelijks
sprake is. Ik doel bij
voorbeeld op de (op zich
zelf volkomen te billij
ken) neiging van de mens
om zijn levensstandaard
vlot aan te passen bij elk
hoger niveau van wel
vaart.
De cijfers wijzen uit dat
het reëel besteedbare in
komen (de koopkracht
dus) sinds 1955 aanzien
lijk is gestegen. Dat men
daarvan nauwelijks iets
merkt is voor een heel
groot deel te „wijten" aan
de omstandigheid dat
men dat meer-inkomen
ook werkelijk bestéédt,
voor een zeer belangrijk
deel aan zaken die al heel
gauw als normaal en on
misbaar worden ervaren:
een auto, een tv-toestel,
een wasautomaat, een
buitenlandse vakantie
(kijk eens hoe snel het
aantal vliegvakanties
groeit!) allerlei lekker
nijen, kortom, dingen die
onze ouders en grootou
ders de haren ten berge
(zouden) doen rijzen.
Het verheugt mij dat u
al sinds 1955 ervaart, dat
het Albert Heijn-concern
er (geheel in overeen
stemming met de filosofie
van de grondlegger, die
mijn grootvader was) op
gericht is de prijs van
het kwalitatief goede
levensmiddelenpakket zo
laag mogelijk te houden.
Uw sympathieke brief
heeft mij in de overtui
ging gesterkt, dat dit met
name ook in Nederland
een dringende noodzaak
U hartelijk dankend voor
uw reactie verblijf ik met
vriendelijke groet,
hoogachtend,
A. HEIJN
het verstrijken der jaren im
mers is men meer vlees gaan
eten (eenmaal per week vlees
mag nu toch wel als een uit
zondering worden gezien) en
daardoor is de huisvrouw kri
tischer geworden. Ze wil niet
iedere dag hetzelfde vlees op
tafel hebben, maar zoveel mo
gelijk afwisseling brengen.
Daaraan nu wordt in dit boek
ook tegemoet gekomen.
Een enkel voorbeeld: een
biefstuk is niet zomaar een
stuk vlees, maar kan op ver
schillende manieren worden
klaargemaakt. Het Volkomen
Vleesboek levert maar liefst
twaalf verschillende recepten
voor deze vleessoort met daar
naast nog eens acht recepten
voor gehakte biefstuk. Om aan
de „volkomenheid" van het
boek niet te tornen wordt er
voor alle vleessoorten eerst een
basisrecept gegeven als inlei
ding op de steeds fantasierijker
creaties, die met hetzelfde
vlees te maken zijn.
Ruim een jaar is er gewerkt
aan dit boek, dat in een oplage
van 70.000 exemplaren ver
schijnt. Het is bedoeld om de
huisvrouw wegwijs te maken
in die wonderlijke wereld van
het vlees, maar het is ook be
doeld als „leesboek", als werk
dus dat zomaar eens ter hand
wordt genomen om de geschie
denis en de bijzonderheden van
het vlees te leren kennen. Uit
dien hoofde is het dan ook uit
stekend geschikt voor gebruik
op nijverheidsscholen, omdat
het ook aanwijzingen en ad
viezen geeft met betrekking tot
het juiste gereedschap en er
gedetailleerd wordt ingegaan
op de juiste behandeling van
vlees en gehakt.
Compleet, volkomen com
pleet kan het boek worden ge
noemd. Er is zelfs een hoofd
stuk gewijd aan gerechten
waarbij soepen in blik en in
droge vorm als basis kunnen
worden gebruikt. Vanzelfspre
kend bevat hét ook een keur
aan buitenlandse recepten e
zelfs de zgn. vlugklaar-recepte
zijn erin vermeld al kan c
liefhebber ook het hart ophale
aan een altijd ingewikkeldi
Chateaubriant a la Béarnais
Ten overvloede: alle rt
cepten zijn voor iederee;
„bereikbaar", daar all
voor een bepaald gerech
noodzakelijke ingrediënte:
in Nederland verkrijgbaa
zijn. Het feit dat bij vel
gerechten tevens een suji
gestie wordt gegeven me
betrekking tot de te sei
veren groenten e.d. vorm
een onderdeel van dat a
eerder genoemde service
gebaar en is tevens ee:
extra aanbeveling voor di
volkomen vleesboek.
V.I.F. Heeze, (Nrd-Br.)