Janos Balogh vond
in Nederland zii
tweede vaderland
f
98
fl
f
1500 Castor-wasautomaten
dagelijks de wereld in
'Hamburgers^
Varkenslever
158
Kwaliteitsnrod ukten uit Italië
Bedrijfsleider van een YH-SiiperMart
GOED
BEKEKEN
Cfl Koffiefilter
zakjes No.2
Macaroni
Luncheon Meat
Tomatenketchup
Parmesaanse
Kaas
V
Tomatensoep
Haarborstel
schoonzuigen
Francesco
Casarini
..De Commen
datore"
ANUARI 1969
ALLERHANDE
3
Wam! De machine net
zo sterk als een tweehon-
derd-tons hamer geeft
een klap en in een plaat
staal zit het ronde gat,
waardoor straks mevrouw
Withamer in Emmen de
pyjama's van haar kinde
ren en de keukendoeken zal
stoppen. Een lachende Ita
liaan,* die de verwondering
op het gezicht van de be
zoeker al meer zag, legt een
tweede plaat staal onder de
pers. Wam! Opnieuw dat
ronde gat in dat metalen
karkas, dat straks een was
machine zal zijn. Vijftien
honderd keer per etmaal
valt die klap in het Ita
liaanse Rivoli, tien kilo
meter van Turijn en vijf
tienhonderd wasautomaten
rollen er elke dag uit de fa
brieken van Castor. Op weg
naar een keuken een kel
der, een waskeuken of een
badkamer ergens in de we
reld.
Ik wilde dat ik een opvouw-
f iets je had meegenomen, naar
dit zonovergoten Rivoli, in
Noord-Italië. Niet om te pedde
len tossen de bergen en de
heuvels, maar gewoon, om door
de fabrieken van Castor te rij
den. Het heeft niet zo mogen
zijn en daarom ben ik nu, na
drie uur tippelen in die im
mense fabriekshallen, blij dat
mijn gids, "meneer Pietro
Costamagna, even stopt en ik
de kans krijg op een kist uit te
rusten. Mensen, wat een hallen.
Ik denk dat ik al zo'n zeven
kilometer heb gewandeld en
meneer Costamagna zegt: „Nu
zijn we bijna op de helft".
Huisjes maken
„Ik zal het je laten zien",
heeft hij me tevoren aangekon
digd, „van het ruwe materiaal
van de rollen roestvrij staal
tot en met, de klare wasma
chine, waarin je zo je over
hemd kunt stoppen".
Bij Castor in Rivoli doen ze
alles zelf Ze halen niet de
kant-en-klare witte huisjes om
het 'vasapparaat naar binnen,
ze maken ze zelf. Dikke rollen
metaal-plaat worden de fabrie
ken ingewenteld. met enorme
.messen" geknipt, dóór machi
nes plat gedrukt, gestanst, van
gaten voorzien, gebogen, gelast
en, kijk, daar staat dat huisje,
waarin straks de luiers van
Pietje, Pietro. Pierre of Peter
weer zo schoon zullen worden,
als waren ze net in de winkel
gekocht.
Mannen en vrouwen, jonge
meisjes en jongemannen,
tweeduizend Italianen bij el
kaar werken hier in Rivoli dag
in dag uit aan de produktie van
die wasmachines
„Bedenk even dat we in 1952
een paar wasmachines per
maand maakten en dat het er
op dit moment vijftienhonderd
per dag zijn", zegt de heer Pie
tro Costamagna. ..In 1952 be
gonnen we met onze produktie,
nn staan onze machines over
letterlijk de hele wereld hem
den en lakens schoon te was
sen. We hebben internationaal
nu zo'n naam gekregen, dat we
ons geen fouter kunnen per-
miteren en vandaar ons zeer
uitgebreide controlesysteem.
Men moet van Utrecht tot Los
Angeles gewoon zeker weten:
ik koop een Castor en dus koop
ik iets goeds. Onze naam geeft
de koper zekerheid, maar ons
daardoor zeer grote verplich
tingen".
Van het plafond
Vlak bij Rivoli maakt Castor
de motoren van zijn wasauto
maten en hier, in de grote fa
briekshallen, zie ik ze hangen
aan een lopende band, die
langs het plafond voert en tel
kens precies wanneer dat
nodig is één van die motoren
los laat om in een wasmachine
gemonteerd te worden.
Wonderlijk, hoe zoiets gaat:
een paar grepen van de ge
trainde vakman en zachtjes
schuift de machine verder op
de lopende band. De buurman
heeft een electrische schroe-
vedraaier. Telkens dat korte,
droge geluid: Rrrttt, rrrttt en
elk moment verdwijnt er een
schroef en zit de motor vast.
Een stukje verderop zakken
ook al van het plafond de
eigenlijke wastrommels naar
Practisch klaar: het pro-
dukt uit het Italiaanse Rivoli,
waaraan tweeduizend men
sen elke dag xperken mei als
resultaat: vijftienhonderd
Castor-wasautomaten per
dag.
beneden. Rappe handen zetten
ze vast met klemmen en bou
ten. Een ingenieus systeem
doet elke keer weer zo'n trom
mel verschijnen precies op het
ogenblik, dat er weer een vol
gende machine „aan de beurt"
is.
In had
Vierduizend geoefende han
den werken vijf dagen van el
ke week van zeven uur in de
ochtend tot vijf uur in de mid
dag, om daar tussendoor ander
half uur te rusten.
Maar wacht even, want die
wasmachines zijn niet zomaar
ineens wit! En voor er van die
wastrommels en motoren sprake
is, gebeurt er nog iets heel an
ders.
De grijze, metalen huizen
gaan in bad. En niet zo zuinig!
Eerst worden ze gedompeld in
fosforzuur, tegen roestvorming
en dan duiken ze in het eer
ste verfbad.
Een onafzienbare rij grijze
washuisjes hangt aan kettingen
en 6chuift langzaam voorbij.
Niets wordt hier in Rivoli aan
het toeval overgelaten. Het zou
kunnen, dat het verfbad ergens
een hoekje niet „meenam" en
Aangeland in het witte •'ras-
huis moet de trommel wor
den vastgezet en in de veren
worden opgehangen. Zacht
jesaan wordt het al een echte
wasautomaat.
daarvoor zorgen dan eerst
mensenhanden.
Verfspuiters staan in een
glazen kooi en grijpen stuk
voor stuk zo'n metalen huis bij
de poten en richten hun
verfspuit op alle hoeken en
tussen alle kieren. Langzaam
glijdt de rij weer naar buiten
en wordt de machine langs
elektronische weg bespoten om
ev^n later spierwit naar buiten
te komen. En o wee, het
washuis dat niet helemaal wit
is....
Onder de microscoop
Want ongenadig is de contro
le in Rivoli. Intens en zonder
mededogen.
Meneer Costamagna heeft me
als Ik 't wel heb zoiets
van twaalf controle-afdelingen
laten zien, maar 't kunnen er
ook meer zijn.
Het begint al in de labora
toria, waar elk onderdeel van
de Castor-wasmacljine aan on
derzoek wordt onderworpen.
Tot en met de microscoop
wordt daarbij gebruikt. Met de
regelmaat van de klok worden
stukken van het gebruikte me
taal geknipt en onder zo'n mi
croscoop bekeken.
Andere afdelingen doen niets
anders dan elke wastrommel
vol met water laten lopen,
druk er achter en dan kijken
of alles waterdicht is. Weer
wat verderwordt op proefta
fels elke motor eerst getest of
hij werkelijk aan alle eisen
voldoet voor men hem in een
machine plaatst.
Weer controle
En dan de „witte huisjes"
zelf. Denk niet dat er één naar
de lopende band gaat waar
trommel en motor worden ge
monteerd,' voor dat een grondi
ge inspectie heeft plaats gevon
den. De verf wordt gecontro
leerd, het verfbad, het fosfor
zuur. En dan later het wit ge
maakte product tot in alle hoe
ken en gaatjes bekeken. En zit
er ergens een exemplaar, dat
niet voldoet aan de eisen,
hup, eruit, en terug om op
nieuw onder handen te worden
genomen.
Kijk, twee, drie hallen ver
der na eerst langs honder
den werkers gewandeld te zijn,
komt het eindprodukt langzaam
aan te voorschijn. Het „voor
ruitje" zit er al in, de schakel-
klokken worden gemonteerd,
nadat zeer geoefende vrouwen
handen al die kleine draadjes
op de juiste manier gewonden
en gesoldeerd hebben.
We maken een flinke sprong
helemaal naar de laatste lopen
de band. Hier staan ze, de kla
re Castor-wasmachines zo klaar
om
Ho meneer, wordt me gezegd,
dat gaat zomaar niet De ma
chines zijn nog niet gecontro
leerd.
„Nog niet gecontroleerd",
vraag ik. „Man, ik heb al meer
dan tien mensen iets zien na
kijken."
Men glimlacht om zoveel le-
kenpraat. „Dit is de finale",
zegt meneer Pietro Costamag
na. „De machines zijn nu com
pleet en nu volgt dus ook de
eindcontrole: nog een keer kij
ken of alle onderdelen goed
functioneren en of het geheel
voldoet aan wat de vrouwen
overal ter wereld straks van
deze wasmachine verwachten."
Wasmachine-dokter
Is de uitslag gunstig, dan
hangt de „wasmachine-dokter"
Het was ijzig koud. die
novembermiddag in 1956.
Ik had nel drie Hongaarse
vluchtelingen afgeleverd
in hel Oostenrijkse op
vangcentrum en stond
weer aan de grensbomen
in Nickelsdorf. Samen met
twee Oostenrijkse grens
wachters keek ik de twee
kilometer lange asfaltweg
af, richting Boedapest.
Aan het einde zat een
bocht. Onze ogen zaten
juist op die plek vastge
prikt, want vandaar kon
den er nog een paar ko
men. Ja! Een oud autootje.
De Oostenrijkers draaiden
de bomen vast omhoog.
Piepend kwam liet wagen
tje tot stilstand en een
man, drie vrouwen en vier
kinderen kwamen naar
buiten. Huilend vielen de
vrouwen elkaar om de
hals. „We zijn vrij", gilde
er een, over haar toeren
heen.
Het is die dag geweest, dat
ook Janos Balogh bij Nickels
dorf zijn vaderland ontvlucht
te. Met vrouw, achtjarige zoon
en negen vrienden. Een brood
en een stuk worst had hij bij
zich, plus de kleren die hij
droeg; verder niets. Met hon
derden van zijn landgenoten,
die na de opstand in Boeda
pest zich een weg naar de vrij
heid baanden, werd hij onder
gebracht in een provisorisch
ingericht vluchtelingenkamp.
Een bed en eten, maar ook daL
grote, onbetaalbare goed „vrij
heid". Ik heb hem toen in Nic
kelsdorf niet gezien; een paar
dagen geleden h^b ik hem pas
ontmoet. Janos Balogh, be
drijfsleider van een AH-Super-
Mart in Breda.
TWEE KEER
GESTART
De heer Janos Balogh is nu
veertig jaar oud. Hij is het
voorbeeld van een man, die
twee keer in zijn leven een
start moest maken en die op
nieuw slaagde. De oorzaak? Ik
geloof dat het maar aan één
ding ligt: Janos Balogh was
bereid net zo hard te werken
als hij kon. Daarom staat hij
nu aan de boom om de vruch
ten te plukken.
Maar terug naar die moeilij
ke dagen van 1956. toen Janos
Balogh werd ondergebracht in
een Oostenrijkse kamer met
dertig andere Hongaren. Niets
had hij meer. Zijn huis en zijn
meubelen, alles was achter ge
bleven in Boedapest, waar de
heer Balogh sinds zijn vijftien
de jaar in een levensmiddelen-
bedrijf werkte en waar hij op
zijn 21ste bedrijfsleider was
geworden. Noch hij, noch zijn
vrouw of zoon hadden enig
idee wat de toekomst zou bren-
gen. t
„Maar we waren toch geluk
kig", zegt hij nu in zijn Breda
se flat. „Drie weken zaten we
in Oostenrijk, toen gingen we
op transport naar Nederland."
Kerstmis twaalf jaar gele
den vierde Janos Balogh in
een jeugdherberg in de Hars
kamp, samen met tweehon
derd Hongaren. „Het was, on
danks alles, een heerlijk kerst
feest", zegt de heer Balogh en
zijn vrouw knikt instemmend.
SPINNER WORDEN
Vluchten, alles achter laten,
maar de vrijheid krijgen
aan een apparaat zijn goedkeu
ring. Dan verdwijnt de spier
witte Castor in papier, karton,
houten krat en schuift de fa
briek uit, in een van de tiental
len vrachtwagens of spoorwa
gons, die elke dag die enorme
terreinen in Rivoli oprijden,
om af te halen wat tweedui
zend Italianen daar dagelijks
produceren. Op weg naar alle
landen ter wereld. Ook naar
Nederland.
P. W. B.
H.Tocke.
„Heeft u nog steeds geen PMC-wasmachine?"
u,
goed, maar dan komt het le
ven van alle dag zich melden
en dan moet er gewerkt wor
den om het brood op de plank
te zien.
Janos Balogh kon een baan
krijgen. In Sneek wilde een
touwfabriek hem wel hebben.
„Ik werd leerling-spinner",
vertelt de heer Balogh. „Dat
werk had ik natuurlijk nog
nooit gedaan en ik sprak op
een paar woordjes Duits na
alleen maar Hongaars. Maar
een mens heeft zijn handen en
voeten om mee te praten als
dat nodig is en ik probeerde
zo snel mogelijk mijn nieuwe
vak te leren."
Na zes weker werd hij al
leerling-af en na een jaar was
door
P. W. RUSSEL
Janos Balogh in Sneek spin
ner eerste klas. Drie jaar lang
heeft hij in de Friese touwfa
briek gewerkt. Hij had een
huisje, intussen. Hij had van
een hulpcomité tweedehands
meubeltjes gekregen, de slager
leverde hem een week vlees
voor niets, de bakker deed het
zelfde met het brood. „En onze
keukenkast stond ook ca
deau stampvol met AH-
spullen plus een woordenboek
Hongaars-Nederlands", vertelt
de heer Balogh.
MAGAZIJN
BEDIENDE
In 1959 had hij al bij Albert
Heijn gesolliciteerd „en in
1960 werd mijn wens ver
vuld", zegt de vroegere Hon
gaarse bedrijfsleider, die nu
Nederlander geworden is en
wiens thans achttienjarige
zoon in Breda de technische
school bezoekt en Engels,
Duits, Nederlands en Hon
gaars spreekt.
Janos Balogh kreeg een wo
ning in Zaandam, stapte elke
ochtend op de fiets en reed
naar het station. De trein
bracht hem naar Amsterdam
en lijn 24 naar de winkel van
Albert Heijn op de Stadion-
weg. Magazijnbediende was Ja
nos Balogh bij AH geworden
en van onder af aan leerde hij
het bedrijf kennen. „Acht
maanden deed ik dat werk,
toen werd ik assistent-bedrijfs
leider", zegt de vroegere Hon
gaar. „En de bedrijfsleider op
die Stadionweg blijf ik eeuwig
dankbaar vanwege het ontzet
tende geduld, dat hij met me
heeft gehad."
VRIJHEID
WAARDEREN
In Boedapest had de heer
Balogh zijn diploma's gehaald,
maar ze waren in Nederland
niet geldig. Bij dat feit is hij
niet lang blijven staan. Hij
heeft even geslikt en toen te
gen zichzelf gezegd: Jammer,
maar dan gaan we hier de Ne
derlandse diploma's halen.
Het Nederlands spreken
deed hij met de dag beter en
gemakkelijker, hij volgde de
verscheidene AH-cursussen en
het resultaat liet niet lang op
DE HEER JANOS BA
LOGH, tioaalf jaar gele
den in Nederland aange
komen, nu bedrijfsleider
van de AH-SuperMart
in Breda. „Machtig werk'',
zoals hijzelf getuigt, „altijd
in contact met mensen".
zich wachten. Na anderhalf
jaar werd Janos Balogh be
drijfsleider in de zelfbedie
ningswinkel van Albert Heijn,
achter het concertgebouw in
Amsterdam. Het was toen mei
1962.
„Mijn vrouw heeft er de eer
ste zes jaar ook bij gewerkt,
want dat extra konden we na
tuurlijk hard gebruiken", zegt
de heer Balogh. „Eerst in een
ziekenhuis in Sneek en later
in een ziekenhuis in Zaandam
Maar wat hebben wij die vrij
heid leren waarderen. Mijn
vrije tijd is nu van mij en als
ik 's avonds thuis kom zijn er
geen politieke vergaderingen
meer, maar wel mijn gezin."
OM ZES UUR OP
Een keer ln Amsterdam be
drijfsleider, was het eindpunt
voor de heer Balog niet be
reikt. „Ik ging naar het oplei
dingscentrum van AH in Hoog-
Soeren om er alles over de
SuperMarts te leren", vertelt
hij. Janos Balogh volgde de
uitgebreide cursus, studeerde
en deed intussen zijn werk.
Toen werd het 1964 en er
kwam een benoeming. De heer
Janos Balogh verhuisde naar
Breda en werd er bedrijfslei
der van de SuperMart aan
het Brabantplein. „Machtig
werk", getuigt hij.
We zullen het verhaal niet
te lang maken: twee jaar gele
den werd hij benoemd tot be
drijfsleider van de grote Su
perMart aan het Valkeniers
plein, ook in Breda.
En daar werkt hij nu. Elke
ochtend om zes uur op, om
kwart voor zeven voor al
het andere personeel in de
zaak. „Ik heb een geweldig
prettige groep van medewer
kers". zegt de heer Balogh.
„Mensen, die hun werk ge
woon prettig vinden en het
daarom met plezier doen."
NIET IN DE
KEUKEN
En als hij vrij is. wat doet
deze vroegere Hongaarse en
nu Nederlandse bedrijfsleider
dan? Hij is gek op schilderen
en de achtentwintig deuren
in zijn flat (inclusief alle
muurkasten) heeft hij zelf in
de lak gezet: spiegelglad en
glanzend! En zijn vrouw heeft
niet alleen alle gordijnen zelf
gemaakt, maar als echte Hon
gaarse kan ze borduren als
geen ander en dat is aan vele
kussens en tafelkleden goed te
zien.
„Van mijn vrouw mag ik
niet in de keuken komen", ver
telt de heer Balogh. „Dan zet
ik binnen een Hongaarse plaat
op, trek een flesje wijn open
en ga zingend aan mijn schil
derwerk." En als alles afge
schilderd is, dan bestaat er
voor de drie Balogh-en geen
groter genoegen dan Neder
land door te rijden. „Dorpjes
bekijken en door bossen lopen,
dat vind ik verrukkelijk", zegt
de bedrijfsleider.
Intussen is hij allang op
Texel en Schiermonnikoog ge
weest. Iets, dat niet zo
veel Nederlanders hem kun
nen na-zeggen.
pak A 80 stuks
(dubbele
inhoud)
WEEK A AN BIEDINGEN
(van 16 t/m 22 januari)
albert heijn
elleboogjes
pak 500 gram
"52
albert heijn
blik 340 gram
19»
Een lekker en tevens voor
delige maaltijd, die u nog
extra lekker kunt 'opsieren'
met
albert heijn
fles 340 gram
w 88
zakje 40 gram
49
vereer bij
3 stuks
samen
±240 gram
per 500 gram
In alle AH SuperMarts en in
een aantal AH Zelfbedienings
zaken. Geldig van 151 lm 18
januari.
vereer bijl
f WEEKAANBIEDING
(van 16 t/m 22 januari)
CD Reuzekoek
560 gram zwaar JfT 69
UI Engelss Cake
310 gram zwaar Uf L"
CT1 Rozijnen Cakebrood
heel brood (±690g)M<rl.19
CU Hele Augurkjes
zoetzuur1/3 potJE-78
01 Schuurpoeder
met bleekmiddel awt
plastic bus 600 gramW 47
Smeerleverworst
•tukje 250 gram J9* 69
Speciaal bij Albert Heijn
CALIFORNIA
Met balletjes aa
blik 0.46 liter J8-09
vereer bij
Rikje Buys uit Waalwijk
heeft prachtig lang haar dat el
ke dag wordt geborsteld. „Het
fervelende is alleen", schrijft
ie. „dat m'n haarborstel haast
niet schoon te krijgen is. De
karen willen er maar moeilijk
"it en hij moet vaak worden
lewassen omdat er nogal wat
»tof in achterblijft. Tenminste,
to was het tot nu toe. Toen
»'n moeder laatst met de stof
figer bezig was heb ik name-
■Uk geprobeerd of ik de borstel
"iet met het mondstuk schoon
ton zuigen. Tjee Ciska, het
Üng tof. Als ik niet thuis ben
tn mam doet m'n kamertje, is
te wel zo lief af en toe m'n
torstel uit te zuigen. Is dat
misschien een tip voor andere
pngharigen?"
ïk denk het wel Rikje. Het
"jkt me ook dat het borstels
iPUrt.
CISKA
V Trots, spierwit en kant-en-
I klaar poseren ze voor de
I fotograaf in een van de fa-
mhriékshallen van Castor: de
I witte knechten, die straus
I het werk van anderen over-
I nemen, óók dat van de
I Nederlandse huisvrouw.
COMM. FRANCESCO CA-
SARINI, niet 60 jaar aan het
hoofd van een wereldconcern.
MIDDEN in een van
de eindeloze fa
briekshallen van de
Castor-fabrieken in het
Noord-Italiaanse Rivoli
staat hij 's ochtends om
kwart voor elf bij de lo
pende band en kijkt naar
het vastzetten van een
wastrommel: de heer
Francesco Casarini. Voor
1 leder een hier is hij „De
Commendatore", nadat hij
door zijn regering is on
derscheiden vanwege zijn
f verdienste voor de Itali
aanse indxistrie en econo
mie.
Er gaat geen dag voorbij
of de heer Casarini, presi
dent-directeur van de
Castor-fabrieken, wandelt
door zijn bedrijf. Dan in
eens duikt hij op bij de
stansmachines, een andere
keer ziet men hem bij de
lokafdeling en een derde
dag stapt hij een van de
laboratoria binnen.
De zestig-jarige Com
mendatore, wiens dochter
trouwde met een van de
adjunct-directeuren van de
fabriek, is een man die in
alle publicaties over zijn
fabrieken op de achter
grond blijft. Op zijn eigen,
dringende, wens. „Het gaat
om het bedrijf en om ons
product, niet om mij", zegt
hij.
Hij is er trots op laat
hij weten dat reeds
tienduizenden van zijn
Castor-wasmachines in Ne
derland een plek vonden in
evenzovele huizen. En hij
is er van overtuigd, dat de
technische ontwikkeling in
zijn fabrieken nooit zo snel
zo'n grote vlucht had kun
nen nemen, wanneer Italië
niet beschikte over grote
ervaring bij de automatise
ring en het werk aan de
lopende band door de ei
gen auto-industrie.
Commendatore Fran
cesco Casarini lacht. „Kent
u het verhaal van die Ita
liaanse vrouw", vraagt hij.
„Zij zei: Ze kunnen me al
les afnemen, maar r>an
mijn icasaiLtomaat blijven
ze af. Ik geloof, dat dit een
beetje slaat op alle vrou
wen van de hele wereld,
die een keer een wasauto
maat gehad hebben."