ZUID-AFRIKA: LAND
VAN CITRUS-CULTUUR
SINAASAPPELS: GEZOND
VOOR LICHAAM EN GEEST
Goed Bekeken
Hier spant
men ossen
en paarden
uit
jy s
SINAASAPPEL-
QUIZZ-JE
„De Tulp"
Kwaliteit
Vraag
KOETSJES
Controle
KRING
OUTSPAN
KAST
BRON
STERK
Een gaaf huidje
wil niet alles
zeggen
VERS
BASIS
9 lC
SEPTEMBER 1962 ALLERHANDE
Onverstoorbaar staat een klant in „de grote zelfbedie
ningswinkel", die heel het plaatsje Houmt Souk op het
Tunesische eiland Djerba is, iets uit te zoeken en intus
sen schreeuwt een jeugdige koopman zijn kreten over
het plein. Iedereen kan er vrij rondscharrelen, aan de
produkten voelen en wel of niet kopen. En wie wél
koopt, zoekt persoonlijk uit wat hem of haar het beste
toeschijnt. Betalen „bij de uitgang".
door P. W. RUSSEL
meneer dacht dat het problemen schept
dan heeft meneer zich vergist. Meneer gaat
gewoon naar een kraam of een winkeltje, neemt wat
hij nodig heeft, doet dat in zijn tas of mand en bij
de uitgang betaalt meneer de eigenaar van de zaak.
Geen zorgen, Leen de Wild uit Capelle zegt het u
en Leen weet waar hij het over heeft: want bood-
schappen doen is voor mij een uitje".
TLTij WEEGT ongeveer
11 220 pond, die meneer
Leen de Wild uit Capelle
en hij is heibaas in Kai-
rouan, de stad met drie
honderd moskeeën (de
kleintjes ter grootte van
een keuken meegeteld),
ergens midden in het zand
van Tunesië. Helemaal al
leen zat hij er, hij sprak
Frans noch Arabisch en
hij had de leiding bij het
slaan van een paar dui
zend palen voor twee ho
tels. Maar Leen uit Capel
le, die in Engeland en
Nieuw-Guinea, in Rhodesië
en in Zuid-Afrika had ge
werkt maakte zich geen
zorgen.
„Ik vertel het ze in ste
vig Hollands en dan ver
staan ze me best; net zo
als in de winkeltjes en ik
heb nog nooit last gehad",
zei Leen de Wild.
Hij heèft gelijk
TK KAN niet anders zeg
gen dan: Leen had
gelijk. Het was even an
ders dan die zelfbedie
ningszaak in (mijn eigen)
Schiebroek. Daar weet ik
ze precies te staan: de
pakken groen-merk koffie,
de stukjes camembert, de
doosjes sigaretten en het
hondebrood. Altijd op de
zelfde plek, allemaal in
net geschilderde vakjes.
Neen, in dat Tunesische
Kairouan is zelfbediening
iets anders. De sinaasap
pelen niet in netjes van
tien stuks, maar in grote
zelfgevlochten manden; de
vijgen hoog opgetast en u
neemt er maar een pluk
van, net zoveel als u no
dig denkt te hebben. En
de vis? Och, pak er een
bij de staart en bij de uit
gang schat de koopman
het gewicht en noemt de
prijs. Geen kassa en niet
de vraag „Spaart u ze
gels?", gewoon een hand
jevol franken en de zaken
zijn gedaan. Daar in Kai
rouan, de heilige stad van
Noord-Afrika.
Oud idee
pOED, DE bromfiets is
„van ons", de televi
sietoestellen hebben wij,
Westerlingen, uitgevonden,
maar denk nu niet dat het
systeem van de zelfbedie
ning aan ons brein ont
sproten is. Pijnlijk om toe
te geven, misschien! Na
tuurlijk, wij hebben nette
winkels gebouwd en wij
hebben chefs benoemd en
juffrouwen die razendsnel
op de cijfers van de kas
sa kunnen tikken. Maar
het idee? Weineen, dat is
al zo oud, daar heeft u
geen notie van, zo oud.
In de Westafrikaanse ne
gerrepubliek bestaat het
al zolang als de mensen
zich heugen kunnen. Mon
rovia, de hoofdstad, heeft
zijn winkels aan het Wa
terfront en daar liep ik
eens op zoek naar een
overhemd. Zoek niet naar
een textielzaak, dat is
fout. Ga maar een winkel
binnen, altijd goed. Kam
metjes, tubes tandpasta,
elektrische verlichtings
toestellen, broeken en ja
wel, tussen een stapel si
garetten en Nederlandse
Edammers, daar lagen ze:
overhemden. Stap maar
achter de toonbank, bevoel
en bekijk een hemd, de
hele stapel desnoods;
maak een keuze en betaal
aan een kleine negerjongen
die met een buidel geld
dwars door de zaak slen
tert en links en rechts af
rekent.
Klappen
J~)E naam Kapaloea zal u
op het eerste gezicht
niets zeggen. Deed het mij
ook niet, voor ik in dit
dorp van wat hutten op ze
ventig kilometer van Elisa-
bethstad in de Kongo was
geweest. Het plaatselijke
opperhoofd zat er in een
ligstoel zonder rode loper
voor zijn hut en ik had ge
leerd dat ik hem buigend
en in de handen klappend
diende te begroeten. Ik
deed het en het succes was
verzekerd: van dat moment
af kon ik in zijn dorp mijn
gang gaan, want de „chief"
had teruggebogen en ook
in de handen geklapt.
Bij een van de hutjes
leem en palmblaren
stonden de produkten van
de plaatselijke houtsnijder
en een beeldje dat „de
goedheid" voorstelde trok
mij bijzonder. Ik bekeek
het en besloot het te ko
pen. De koopman zat naast
zijn waren te slapen tegen
zijn hut en een buurvrouw
beduidde me hem vooral
niet wakker te maken. Hoe
ik dan betalen moest? „Als
u het beeldje niet mooi
vindt, geeft u weinig; vindt
u het wel mooi dan geeft
u meer. En het geld legt
u geiooon voor zijn voeten",
zei de buurvrouw.
Ik heb het geld bij de
stoffige tenen van de Kon
golees neergelegd en ik
hoop dat hij met het be
drag akkoord ging toen hij
ontwaakte>
Boeiend
"UN mag ik dan pu ver-
tellen hoe ik bood
schappen deed op die wit-
ommuurde openluchtmdrkt
van de stad Ehodos, vlak
om de hoek van het paleis
van de kruisvaarders; daar
waar de geschiedenis uit
elke spleet in de oude hui
zen barst.
Een nauw poortje had
me toegang tot die markt
gegeven en daar was di
rect een pope de Griek
se priester met baard en
knotje haar in de hals
die me aansprak. Engels
sprak hij en we waren al
le twee blij. Hij, omdat hij
zijn kennis van een ande
re taal kon luchten en ik,
omdat ik niet meer dan
vier woorden Grieks spreek.
Nou, zo kwam het dat we
samen boodschappen de
den. Wat ik kocht is niet
zo interessant: wat fruit,
een waterkruik en een rie
ten mand. Maar hoe de po
pe gebruik maakte van het
systeem van zelfbediening,
dat is niet alledaags.
Glimlachend
T^N een gloeihete zon
-Lj schreed hij glimlachend
van kraam naar kraam,
van winkeltje naar winkel
tje en overal vond de po
pe wel iets, dat hij kon
gebruiken. Links nam hij
een stevig trosje bananen,
rechts een mandje vijgen,
achter zich een visje en
voor zich een ondefinieer
baar stuk vlees. Overal
werd hij vriendelijk door
de eigenaars toegeknikt en
nergens zag ik de pope
zijn portemonnee trekken.
Toen vroeg ik: Doet u al
tijd zo boodschappen?
„Vriend", sprak de pope,
„een popein Griekenland
heeft geen geld, noch in
komsten. Hier bij ons geldt
nog de oude regel, dat de
burgers de priesters onder
houden. Ik weet precies wie
ik op de markt heb bezocht
en dezelfde koopman ziet
mij pas over twee weken
terug. Maar betalen kunnen
wij niet en dat zouden de
mensen ook niet willen."
sinaasappel was vroeger nog maar enhele millillHïHlMlIlllllilllllllllllllllllllllliimiiiiiiiiiiiiiiiiiii
m tientallen jaren geleden een vrucht die wij
kenden als een typische wintervrucht. In mei
was het ermee afgelopen. De laatste sinaasappelen zag J-vN
men op de Palmpasen-stokken. Zolang de sinaasappel, als r\ Wj
onderdeel van ons voedselpakket, een rol speelde was dat Jlilj
in de sfeer van het koude seizoen en daarom glansde hij
als versiering tussen het groen van de kerstboom, geurde \Q/
tussen dè overige vruchten van een fruitmand en elk
kinderfeestje in dit seizoen werd opgeluisterd met de f
sinaasappel als prijs voor een spelletje of als geschenkje. fry Y V Ml
Hij was in de vroege dagen van onze eeuw tamelijk zeld
zaam en daarom nogal duur.
T\AT is niet langer het geval. Niet alleen is de prijs zeer ge
daald, maar hij is overal in grote hoeveelheden verkrijgbaar
en(een voornaam punt) hij is veel en veel beter van kwali
teit dan voorheen. Dat is dan ook geen wonder: de moderne
kweekmethoden, de speciale zorg die besteed wordt aan struik
en vrucht, de snelle moderne verzendmethoden en de op het
gehele vlak wetenschappelijke aanpak van „de sinaasappel"
zijn oorzaak van het ontstaan van een volmaakt soort „paradijs
appeltje" dat, als smakelijk voedingsprodukt, een belangrijke rol
speelt en daarnaast een bron is van onmisbare vitamines.
En dan is er het grootste verschil met vroeger: de sinaasappel
is nu niet alleen in de winter te koop maar het gehele jaar door.
Dat geldt natuurlijk ook voor de „Outspan" die A.H. in zijn
winkels aanbiedt. Tijdens onze (eindeloze) winter rijpt aan de
Zuidafrikaanse sinaasappelstruiken de vrucht die wij, vanaf juli/
augustus zo ongeveer de gehele zomer door kunnen kopen. Het zijn
verse, frisse vruchten vol sap en zij doen in niets meer denken aan
de taaie, verdroogde „overblijvers" die vroeger nog wel eens te
koop werden aangeboden.
De tegenwoordige zomersi-
naasappel is nog blozend van
zon en dat is heel goed te be-
grijpen. Hij wordt geoogst in
het begin van onze lente en
dan, op de modernste manier,
verscheept zodat hij, zeer korte
tijd daarna al, oog en smaak
kan verrukken op de vader
landse dis.
^UID-AFRIKA is de leve-
'-1 rancier van de soort Out
span, een der fijnste soorten
ter wereld. In 1654 bracht
het Hollandse schip „De Tulp"
van de Oostindische Compag
nie de eerste vruchtenbomen
naar Zuid-Afrika dat een be-
voorradingsgebied was voor de
Indiëvaarders, die immers om
de Zuidpunt van Afrika heen
moesten varen, wilden zij de
Oost bereiken. Waarschijnlijk
kwamen de eerste citrusstrui-
ken of het zaad daarvan
van het eiland Simt-Helena,
maar ook werden, enkele ja
ren na die eerste aanplant, za
den meegebracht uit het Oos
ten.
Hoe het ook zij: de sinaas
appelstruik gedijde uitste
kend en in 1958 waren reeds
614 miljoen struiken of
bomen „ingezet" voor de
handelsproduktie. In 1965, al
dus verwacht men, zal dat
aantal zo uitgegroeid zijn dat
15 miljoen kisten zullen kun
nen worden verpakt en ver
zonden (nu is dat ongeveer
6bVz miljoen).
7UID-AFRIKA produceert
behalve sinaasappels ook
nog citroenen en grapefruits.
Er zijn 3.000 citruskwekers in
Zuid-Afrika, die grotendeels
lid zijn van coöperaties,
waar de vruchten gemeen
schappelijk worden verpakt.
Voorts biedt de coöperatie
technische bijstand aan de
kweker in de vorm van vak
kundige voorlichting gereed
schap, sproeiers, meststoffen en
dergelijke en vaak ook in de
vorm van werkkrachten bij het
plukken.
Het ministerie van Land
bouw (Field Department)
geeft adviezen voor de juiste
teelt, de beste methoden van
bemesting en dergelijke en
vooral ook voor het bereiken
van de beste kwaliteit.
TUTEN HEEFT een water
dicht systeem opgebouwd
om de kwaliteit op het hoog
ste peil te houden. Maande
lijks doen de kwekers een op
gave aan de coöperatie waar
van zij lid zijn, van het aan
tal vruchten dat zij (naar
schatting) verwachten in de
komende vier weken. De co-
operatie meldt dan hoeveel
er elke week benodigd zijn
om aan de buitenlandse
vraag te voldoen of neemt
zelf de pluk in handen en
oogst zo wat nodig is.
Het fruit wordt afgeleverd,
gewassen en gedroogd. Ver
volgens wordt het gesorteerd
langs mechanische weg. Hier
vindt dan de eerste uiterst-
strenge inspectie plaats en
elk exemplaar dat niet vol
doet niet alleen t.o.v. de
exporteisen maar ook t.a.v.
bepaalde standaardnormen die
gelden voor de binnenlandse
consumptie wordt eruit ge
pikt. De vruchten worden ge
wikkeld en verpakt in kisten,
waarna zij naar de havens gaan
(Kaapstad, Port-Elisabeth,
llllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll
East-London, Durban en
Laurenco-Marques) waar
steekproefsgewijs opnieuw
gecontroleerd wordt of de
OUTSPAN is de naam
van de Zuidafrikaanse si
naasappel die ook in ons
land, in grote hoeveelheden,
wordt ingevoerd. Hier ziet
men een Zuidafrikaanse
pakster (in een charmante
uniform) bezig met het pak
ken. Outspan-sinaasappels
vormen een belangrijk ex-
portprodukt van Zuidafrika
en zij worden dan ook met
de grootste zorgen omringd.
Een zee van 'bloesem (oranjebloesem!) strekt zich
soms zo ver uit als het oog kan zien. Zuid-Afrika,
het land van de Outspan-sinaasappel, heeft een gro
te citrus-industrie; in 1957 werden meer dan 7 mil
joen kisten sinaasappels verscheept, bijna 400.000 kis
ten grapefruit en 150.000 kisten citroenen. Dit aantal
is de laatste jaren enorm gegroeid. In 1958 waren
er 6/% miljoen bomen (sinaasappel)in 1960 was dat
aantal al 9>/2 miljoen. Voor het vervoer naar Europa
zijn koelschepen een eerste voorwaarde. De vruchten
komen dan even vers aan als zij verzonden werden.
Vol zon, vol gezondheid!
WIE wat ouder is, kent het
woord „uitspanning" nog heel
goed. Het woord is verbonden
met prettige jeugdherinneringen,
met een speeltuin, met schom
mels, met kogelflesjes en prik-
limonade die zo heftig prikte
dat men ervan moest niezen en
dat het pijn deed in de neus.
Een uitspanning was een bui
tencafé waar de kinderen naar
hartelust konden „uitvieren" in
de speeltuin of op de vijver en
waar de ouders in de warme
uren van de dag die de zomers
vroeger nog wel eens brachten
bedaard en statig toe konden
zien, bij een theelichtje en een
rustig glaasje bier.
De uitspanning van toen was
eigenlijk al een beetje verwa
terd, ook al waren er in het
begin van deze eeuw nog
heel wat koetsjes met paarden
ervoor die de gasten aanvoer
den en wegbrachten; de paar
den werden in de tussentijd uit
gespannen. Vroeger was de uit
spanning een noodzakelijkheid.
De reiziger spande hier het
paard uit, vond er een goede
stal en kon er zelf voedsel en
een slaapplaats vinden. De
ouderwetse uitspanning was
wat nu voor de autobestuur
der het motel is. Er bestond
echter in onze taal nog een
ander soort „uitspanning".
kwaliteit aan
eisen voldoet.
de strenge
"TEN speciale rijksdienst die
zich uitsluitend bezig
houdt met de controle op be
derfelijke voedingsprodukten
die geëxporteerd worden, is
verantwoordelijk voor de
scheepsruimte en voor de
koelruimten in de schepen.
Bij aankomst in de haven
waar het fruit ontscheept zal
worden, volgt weer een con
trole; men stelt nauwkeurig
vast hoe de kwaliteit van de
vruchten is en hoe ze eruit
zien.
Dat betekent dat zowel de
handelaar als de klant er ze
ker van kan zijn dat de
vrucht die verhandeld wordt,
de best-mogelijke is. De
hechte samenwerking tussen
de Zuidafrikaanse kwekers
waarborgt een uitstekende
kwaliteit; er is ieder hunner
te veel aan gelegen dan dat
zij daarmede de hand zou
den durven lichten.
Hun Navelsinaasappelen en
hun Valencia's (zoals de
twee meestgekweekte soor
ten heten) zijn hun troetel
kinderen en Europa vaart
daar wel bij. Ook Nederland
waar ze via de winkels van Al-
bert Heijn op tafel komen.
ZUID-AFRIKA produ
ceert Valencia's en Na
velsinaasappels; hier ziet
men een knappe pakster
van een der grote coöpera
tieve oogst- en pakbedrijven
temidden van een partijtje
navelsinaasappelen.
Het was die van de Zuidafri
kaanse boeren die tijdens hun
„trek" des avonds de ossen uit
spanden en de huifkarren in een
kring zetten om zo gevrijwaard
te blijven tegen onverhoedse
aanvallen van vijandelijke in
boorlingen. Dit uitspannen des
avonds werd „Outspan" ge
noemd.
En deze naam is door de
Zuidafrikaanse citruskwekers
aan hun sinaasappels gegeven
Wie een sinaasappel eet die
Outspan heet (ze zijn in de
winkels van Albert Heijn te
koop) kan, wanneer hij een ro
mantische aard heeft, dromen
van het verleden toen de Boe
ren nog noordwaarts optrokken
in vijandelijk land en daarbij de
hevigste ontberingen moesten
doorstaan, elke dag hunkerend,
in de hitte van het „veld", naar
de koelte van de avond.
NAAR DE „OUTSPAN"
TV/TEN heeft eeuwenlang reeds begrepen dat sinaasappels
goed voor ons zijn. Men kende de vitamine niet maar
men wist dat gebrek aan bepaalde bestanddelen uit vers
fruit of verse groente scheurbuik veroorzaakte. Ook in de
schoonheidsverzorging nam de sinaasappel een plaats in. Men
had het oranjebloesemwater; het werd ongeveer zo gebruikt
als wij tegenwoordig de luchtverversers gebruiken.
Later gebruikte men oranje
bloesempoeder voor de ver
fraaiing van het gelaat. Nu
doen we veel verstandiger: we
eten sinaasappels. Niets name
lijk verfrist zo de teint en de
algemene „straling van het ge
laat" (om het eens mooi te
zeggen) als regelmatige toedie
ning van vitamine C. Een appel
elke dag, houdt de dokter op
een afstand. Dat is niet alleen
waar voor de gewone appel
maar ook (en meer nog) voor
de sinaasappel.
In de zeventiende eeuw hing
men vooral ten tijde van
pestepidemieën gedroogde
en met specerijen opgevulde
sinaasappelen in de klerenkast;
dit gold dan als een afweer
middel tegen de infectie die
men trouwens nog niet kende.
Men begreep dat er „iets"
was dat de ziekte van de een
op de ander overdroeg maar
wat dat was, was onbekend. Pas
toen in de vorige eeuw
de bacil werd ontdekt, ontdek
te men tevens de bron en de
„vervoerder" van infectieziek
ten. De tandarts is ook blij met
het gebruik van veel sinaasap
pels. Het verlicht namelijk zijn
zware arbeidwachtkamers
vol met patiënten met klach
ten.
De sinaasappel bevat be
halve vitamine C dus ijzer
en calcium, beide mineralen
die we nodig hebben voor ster
ke tanden en stevige beende-
deren, onbreekbare nagels en
tegen winterhanden en -voeten.
Vooral kinderen dienen op dit
terrein rijkelijk voorzien te
worden van de bewuste mine
ralen. Er zijn tegenwoordig in
richtingen waar men een ge
zondheidskuur kan doen die be
staat uit rusten, ontspannen en
uit het volledige reinigen van
SINAASAPPELS kunnen
heel smakelijk zijn on
danks een schoonheids
foutje, sproeten of een
vlekje. Verkleuringen en
zelfs groene plekken (bij
sinaasappelen althans) heb
ben geen invloed op de
smaak; ze hebben niets te
maken met kwaliteit; ze
zien er alleen beter uit
wanneer ze zulke foutjes
niet hebben.
JJET huidoppervlak kan
ruwig zijn of glad; dat
heeft niets te maken met de
kwaliteit. De bekende Jaffa
shamouties uit Israël heb
ben bijvoorbeeld een ruwige
schil. De heerlijke Out-
spans uit Zuid-Afrika heb
ben een schil met fijner
poriën. Die uit Spanje
vaak zgn. bloedsinaasappe-
len zijn bijna geheel glad.
Alle zijn heerlijk.
het lichaam van de opgehoop
te giffen en onschadelijkheden
die een gevolg zijn van te
zwaar en vooral te veel voed
sel.
Deze klinieken schrijven alle
voor de eerste weken een dieet
voor dat in hoofdzaak bestaat
uit massa's vers fruit en vooral
ook sinaasappelsap. Een der
beroemdste klinieken schrijft
voor een volle week en soms
voor veertien dagen een dieet
voor van uitsluitend verse si
naasappels en een dunne groen
tesoep. En niets meer. Natuur
lijk moet men gedurende die
tijd volledige bedrust houden
en voortdurend onder controle
staan van een dokter.
Zonder nu te willen zeggen
dat de sinaasappel een wonder
middel is, doet men er toch
verstandig aan regelmatig (dat
is de voorwaarde: regelmatig!)
ofwel verse sinaasappels of wel
sinaasappelsap in de een of
andere vorm te gebruiken.
De voortdurende aanvoer
van vitamine C en van de mi
neralen die het bevat, vormen
een uitstekende basis voor de
instandhouding en de opbouw
van een gezond lichaam.
appel waarmee
Eva Adam verleidde
misschien een sinaasappel?
De sinaasappel komt uit het
gebied van de Himalaya,
waar de geleerden menen
dat het paradijs eens lag.
o—
CINAASAPPELS kan men het
gehele jaar door kopen; dit
omdat zij zowel op het noorde
lijk als op het zuidelijk half
rond voorkomen en er dus al
tijd wel een seizoen is waarin
zij mooi kunnen rijpen.
A LGEMEEN advies: neem k
ne sinaasappels om uit te I
klei
ne sinaasappels om uit te per
sen: grote om uit de hand te
eten.
o—
TNE beste manier om een
sinaasappel te beoorde
len is het gewicht te voe
len. Groot of klein, een
verse sappige sinaasappel
voelt zwaar aan.
1 Wat
voor
nen,
is de familienaam
sinaasappels, citroe-
grapefruit?
2 Vanwaar kwamen de si
naasappelen die in Zuid-
Afrika groeien?
3 Wie brachten de eerste
zaden of plantjes van de
sinaasappel naar Zuid-
Afrika?
4 Hoe worden sinaasappels
geplukt? Worden ze van
de tak afgetrokken (zoals
een appel) of worden ze
afgesneden of geknipt?
5 Zijn sinaasappelstruiken
(of -bomen) groenblij-
vend, of zijn zij bladverlie
zend?
6 Gaan de sinaasappelen zó
van de boom in de kist?
Wat gebeurt ermee?
7 In wat voor soort schepen
worden sinaasappelen ver
scheept?
8 Aan welke vitamines zijn
sinaasappelen zeer rijk?
9 Waar groeiden de eerste
sinaasappelen (meent
men)?
•BiCeieunH op
fTH "6 'D ouiuieiiA "8 ^ua*
-unnjpojf pui uadaqog
Juajapios 'uago.ip 'uaguarq ai
ptnq ap do pas-jtvoabu gz
iaq) af-geet puauueqosaq uaa
uk) tapprutsguTArnpiiaA ;aui
uaa roop 'uadoj fuassBAV
-ag j9}bav ia ui 'paepfiAuaA
ipjo/A t?nA 'pjaatojjiioaag
uapjoAY az '9 ïiaiz afueqjets
-U9A ap do jjbb/ï uaui aip
safjnnjissnjip ajïjaaMq
-ag aurapt ap uee suaa
jeeui 3iüap JpuaAfixquaojg
uCtz uauioqstuixo -g Udnnj
-agjE uapjOM az :óiu
-gBduioo aqosxpuitsoo op
UB a saaruotd aspuBprapa^
agaoJA ad '8 ïBipui tin
jajBi ua BaapH 'tS uba
3t[t|uftqosJBBAv. z .'snJUD T