LUCHTBEDDEN N" ?i\r SLAPEN EN NIET-SLAPEN. KLEINE AVONTUREN MET SCHOENEN EN BEDDEN Van slapen komt niet veel ALLERHANDE BEDDEN De twijfelaar die duwde MALLER HANDIGHEDEN Het jaar daarna: 't Kon best in de auto door HARRIET FREEZER door Eric van der Steen door JOOST DE KLERK A. Roekoe ■jbhb» door -a-M-tn» ELINE CAPIT N' ...hèl leven... ...totaal..,* onm-— ....omlammmn ...Atmtfc,-. 1ir door JOPPE AUGUSTUS 1960 ALLERHANDE Mailer /E BED IS HET HEER L1JKSTE als je er eigenlijk uit moet. Ik lig nog warm en horizon taal, terwijl zij allemaal al vertikaal in de zorgen steken. Maar tijdens de vakantie, als je in 't een of andere va kantieoord logeert, wordt die zaligheid je door de neus ge hoord. Iedereen is vrij, en iedereen, je zelf inbegrepen, kan blijven liggen tot de avond toe. En om te begin nen bederft dat al veel van de slaappret. Maar bovendien lig je niet in je eigen bed maar in een huurbed. Enkele jaren geleden huur den we een huisje met drie grote •bedden, waar we met ons zessen in moesten slapen. Dat werd bij de kinderen natuurlijk een grote duw- en vechtpartij, want hun bedden bleken één grote kuil te zijn, waarin ze bovenop elkaar ten slotte van uitputting insliepen. Onze matras lag wel vlak, maar ik merkte dadelijk dat dat nu zo'n matras was, waar de kostmevrouw al haar waarde papieren en juwelen in bewaar de. De bundels bankbiljetten voelden we duidelijk in schou ders en rug, en met mijn heup lag ik op een juwelenkistje. Dat was zó ongemakkelijk dat we het jaar daarop gingen kam peren met luchtbedden. Met zware hoofdpijn van het blazen sliep ik in; niet ontevreden want ik lag zacht. Helaas, ik werd midden in de nacht wakker met een beurse rug. Mijn matras was langzaam aan het leeglopen; ik was op een speld gaan liggen. Ik had het ding misschien nog op kunnen blazen, als ik de kracht maar had bezeten om er de stop uit te trekken. Maar ik heb 's nachts slappe wollen slaaphanden zonder enige fut. Dat was dus ook niets. Het jaar daarop leenden we uitklapbare bedden, die je als stoel, tafel, bed, bank en bar gebruiken kon. Niet dat je 's nachts veel hebt aan die veel zijdigheid. maar ik moet zeggen: als bed was het best, het klon terde niet en liep niet leeg. He laas had ook dat bed één fout: het wipte. Als je je gewicht ver plaatste. ging het bed in zijn ge heel rechtop staan, en je gleed op de grond. Je gleed wel heer lijk zacht, maar ik vond het toch niet prettig. Dit jaar hebben we weer een huurbed. Er zitten geen juwelen in het matras, en het bed heeft geen kuil, maar dit keer heeft het matras geen enkele vorm. Lakens en dekens vinden ner gens houvast, en we worden iedere ochtend in ordeloze hopen textiel wakker. Nooit eerder had ik beseft hoe hard het is om iedere dag maar weer opnieuw wakker te worden in een onopgemaakt bed. En na al die bedden-zorgen besef ik zo langzamerhand dat het beste bed, het enige ware bed, ons eigen bed thuis is. des winters zijn vakantieplannen zit te beramen bij de warme kachel en het pitje van radio en televisie (nog gezwegen van het theelicht), heeft de mooiste dromen: „Van de zomer gaan we er fijn op uit en dan komen we als een ander mens terug Men glimlacht tegen de huisgenoten en tegen zichzelf en vouwt vervolgens de kaarten op en de foldertjes met de mooiste kleurenfoto's van fraaie landschappen en badende schonen in helblauwe meren en men gaat heer lijk naar het eigen warme bed. En vergeet totaal dat dat zelfde warme bed een der belangrijke zaken is die men, tijdens die gedroomde vakantie, heel erg zal missen. Wie denkt er aan slapen en aan bedden als hij vakantieplan nen maakt Hoe onverstandig en onjuist dat is, kan blijken uit de vrolijke stukken die op deze bladzijde staan. Wij hebben een aantal bekende vaderlandse schrijvers uitgenodigd ons enkele herinneringen te vertellen over hun (en haar) ervaringen met slapen en met bedden tijdens de vakantie en ziehier het resultaat. Alles bij elkaar genomen blijkt slapen tijdens de vakan tie veel moeilijker te zijn da'n men zich voorstelt als de kachel snort en men zijn plannen maakt. Geen der her inneringen namelijk spreekt erg verrukt over de vakantie bedden. Een der schrijfsters op deze bladzijde zegt dan ook terecht: „Zoals het bed thuis kraakt, kraakt het nergens". Waarom niet ook zulke opblaasbedden? door s~-]LAPEN IN EEN VREEMD BED blijft altijd een moei- LJ lijke opgave. Zo'n bed ver- schilt zozeer van het eigen vertrouwde mandje, dat men er, meestal na een nacht onrustig woelen en dromen, ge broken uit opstaat. Het ergste zijn de zich verplaatsende bedden. BEDWANDELEN JA bedden verplaatsen zich des nachts. Dat wil zeggen: v r e e m- de bedden verplaatsen zich in het donker. Dat is algemeen bekend. Die bedden wandelen. Wij hebben het talloze malen meegemaakt. Des avonds ging men. met een glaasje warme melk of iets straffers, opge ruimd naar bed en dat stond, zonder twijfel gewoon op zijn plaats: links in de kamer. En het raam was rechts, en de deur daar en het lichtknopje hier en het tafeltje er onder en alles heel ordelijk en ge woon. Juist! Maar des nachts schiet men ineens wakker door een onbe kende oorzaak. Het hart bonst. Men schrikt vreselijk. Want! Want waar is het raam geble ven? Waar is dedeur? Waar is het lichtknopje? Waar het tafeltje? Het is pikdonker. Hoevaak zijn wij niet met een ijle kreet uit bed gekropen en hebben minuten lang, in steeds groeiende paniek, rondgetast in zo'n kamer, geheel nat van het zweet en geneigd om elk ogenblik luid te gaan roe pen. Nu is het merkwaardige: ter wijl toch duidelijk was, dat het bed zich had verplaatst en oor zaak was van onze noodtoestand, bleek het zich, heel sluw en ge luidloos weer naar de juiste plaats begeven te hebben zodra het licht opging WORSTELING VREEMDE BEDDEN hebben vaak te weinig dek. Men wordt er al tijd koud in. Dat betekent dat men. daar men niet meteen zijn meege nomen reserveondergoed wil ge bruiken. uren lang met de knieën tegen de kin opgevouwen ligt en de koude langzaam voelt winnen. Pas tegen de morgen slaapt men dood vermoeid in en men wordt geheel verstijfd wakker vanwege de moei lijke lig. In Duitsland werpt men vaak een enorm donzen matras over de gast. Het is een ding als een er>g, vreemd dier en ofschoon het in het begin tamelijk licht lijkt, blijkt het in de loop van de nacht een groot ge wicht te krijgen en liet dreigt dan de slaper te verstikken. Wie het, met een gil. van zich afwerpt, krijgt het onherroepelijk koud en wie het op zich houdt stikt. Wijzelf zijn eens, in een lage hotelkamer die uitkeek op een nauwe straat, met zo'n verschrik kelijke. rochelende schreeuw over eind gekomen vanonder het mon ster, dat de voetstappen beneden (wellicht van een agent) minuten lang doodstil bleven en aan alle kanten lichtknopjes begonnen te knippen; wel een half uur lang hoorden wij nerveuze personen op de gang heen en weer lopen ..schrecklich, schrecklich" zeiden ze maar. Wij zaten intussen hijgend op een kaal stoeltje in de hoek en hielden de adem geheel in: het monster lag slap op de grond. PING-PONG ERZIJN vele bedden met vreemde geluiden. In hst in nerlijke van deze slaapplaatsen bewegen zich kleine levende we zens. Zij bespelen met vaardige hand de veren van de zogeheten springbak (een vreemde naam eigenlijk). Men ligt doodstil en daar beginnen de kleintjes. Ping! hoort men. Dat is het stemmen. Pang! iets harder. Dan volgen reeksen tonen; ping, pang, peng. Even is het stil. Dan ineens: pong! Och, 't is allemaal wel aardig, maar de echte slaap wil toch ook hier niet komen. Dit komt pas weer in september, wanneer de avonden guur zijn en de kin deren moe van de school en de wind door de kieren van de ra men loeit en de regen tegen de ruiten klettert E vakantie, leert men ons, is voor onze rust. Voor ons herstel, naar lichaam zowel als naar geest. Niet haasten, niets doen dat ons tegen de vleug instrijkt en vooral lekker lang slapen. Lekker lang slapen, lekker lang sla Ik zou zo graag eens iemand ontmoeten die dat gelukt is. Waar en wanneer moet een mens lekker lang slapen? Thuis? Laat me niet lachen. Die vakantie waarin de kin deren niet vroeg naar school moeten en het ontbijt niet. gezamenlijk behoeft te wor den gebruikt en de werkster niet komt, dat is nou precies de periode, waarin de kinde ren 's morgens om kwart voor vijf door de stralende mor genzon al zijn wakker ge schenen. Dat is nu juist de periode waarin ze om half zes op zol der de spoortrein hebben aan gelegd en die dan met een hol, onheilspellend gerommel boven de slaapkamer laten rond bron kelen. Wat kan je daar tegen doen? Hen zeggen dat zij niet wakker mogen zijn? Verduiste ringspapier voor hun ramen plakken. opiumpillen ingeven? Neen, men kan ze soebatten om ermee uit 'te scheiden. En als ze dat hebben gedaan en stille tjes in de huiskamer koekjes zitten te eten, dan kunt u einde lijk zachtjes indommelen en zoetjes heenzweven op een ein deloze zee van niet-naar-school, niet-naar-kantoor, niet-naar- school, niet-naar-kantoor, niet- naar-school, niet-naar. Om dan plotseling met een dubbele hartslag van schrik overeind te vliegen, als er be neden een daverende slag weer klinkt, begeleid door een orkaan van porseleingerinkel. gegil en geschreeuw van „Gappert! Ik zal 't zeggen!Mammié, PappiéIk zegt 't lekker tochAu-au-au Ach, en later, wanneer u weer op de slaapkamer terug bent en het bloed u in de oren bonkt, en er in twee vertrek ken luidkeels geweend wordt en uw vrouw u verwijt een beestmens te zijn geworden, och, dan komt er van slapen in de eigenlijke zin des woords niet zoveel meer. bi HOTEL een hotel, zonder alle beslommeringen van thuis om u heen en de kinderen veilig aan zee bij Hans en Ellen een onmetelijk ruim en donzig hotelbed om het weeldezieke lijf. ja, dan zou een mens kunnen slapen. Dan zou hij zich hele maal kunnen ontspannen en weer die legendarische ,,oude" kunnen worden wie geen zee te hoog gingIndien uw hotelkamer niet juist bij de trap naar een dienstgang was gelegen. Wat ten gevolge heeft dat u om half zes wakker schrikt doordat de huisjongen een paar wandel schoenen uit zijn handen laat vallen van de stapel die hij moet gaan poetsen. En dan is het één moeite om te gaan liggen luis teren naar de werkvrouw en het derde kamermeisje, die op ge dempte toon maar dat klinkt dóór die op gedempte toon een gesprek voeren, waarvan u flarden kunt horen. Zo van: Oh, nee, nééé helemaal nietDie is toch bij die gescheiden nicht van d'r die marau, marau, poelik- toen nog dacht dat ze recht op pensioen had, Jazeker, mevrouw had eerst geschre ven dat die Duikerdam van twee huizen verder haar valimp-valoemp gedaan had. En toen dacht ze waar achtig OP ZEE rvp ZEE IS HET ANDERS, maar niet veel beter. Slapende in de stalen buik van een jacht bijhor- beeld gaat het wel. Nadat je de eerste nachten hebt wakker gelegen en je hebt voorgesteld hoe diep be neden het oppervlak van de zee je nu voortschuift en wat er gebeurt wanneer er een aanvaring volgt en nadat je in die enkele nachten je erop hebt ingesteld je automatisch met je knieën schrap te drukken tegen de randen van je kooi, wan neer het schip overhelt naar de kant waar geen scheepswand is, zo dat je moet zorgen niet op de grond te rollen Wanneer je eraan ge woon bent dat je door slechts vijf of zes millimeter staal van zeewa ter bent gescheiden, dan begin je een gezond slaper te worden. Totdat er iemand aan dek met een enornffe houten hamer de slee van het bakstag begint los te heng- Hen en je, in die miljoenste seconde die daaraan voorafging, juist be gon te dromen dat een geweldig groot passagiersschip de schoener precies even achter de midscheeps, waar jü ligt te slapen, in tweeën voer. Dan kan je beter even uit je kooi klimmen om een glaasje lauw water te drinken uit het kraantje met zijn armetierige watertank straaltje. EEN van de eerste keren, dat ik voor mijn plezier in het buitenland op reis was, her inner ik me nog heel goed door dat avontuur met mijn schoenen. Het was geen groot avontuur, gelukkig maar, want grote avon turen kun je beter lezen dan beleven, maar het was toch wel zó, dat het in mijn geheugen is blijven hangen. In o n s geheu gen, moet ik trouwens zeggen, Helen was mijn reisgezellin, óók al gelukkig: zij spreekt de vreemde talen vlotter dan ik, en zij verstaat er eveneens meer van. Buiten de deur YF/TJ waren die dag een heel eind in Frankrijk doorgedrongen. Tegen de avond vonden wc. na enig zoeken, het gezellige, van goed eten en smakelijke wijn voor ziene hotelletje, dat wij ons tij dens kille winteravonden in Ne derland altijd hadden voorgesteld als een voorbeeld van het goede leven in Frankrijk. Ook de kamer, die wij kregen aangeboden, mocht er zijn: proper, ruim en voorzien van een groot bed. waarop wij onze zeer vermoeide ledematen werkelijk in alle houdingen kon den uitstrekken zonder gevaar voor kouvatten. En vermoeid waren we. Wij had den een kleine twintig kilometer wandelend afgelegd langs wegen, die in 't geheel niets van de ge bruikelijke Nederlandse vlakheid vertoonden. Zij waren ook stoffi ger dan die van ons vaderland. Onze schoenen zagen er, mede door een mals buitje, ontoonbaar uit. Die van Helen reinigde zij zelf. Over de mijne pleegden wij enig overleg. Wat doe je met een paar vuile schoenen in een klein Frans hotelletje, als zij de enige zijn, die je bij je hebt, en als je de gewoonten in zo'n vreemd land nog niet tot en met kent? In ons geval deed ik gewóón, ik zette ze ter poetsing buiten de deur. gewoon alsof ik ergens in-Nederland logeerde. Met het gevolg dat zij de volgende mor gen weg waren, en kennelijk niet om gepoetst te worden, want toen ik me gewassen en geschoren had en Helen in aan sluiting daarop gereed was ge komen met haar toilet (vooral in dat laatste gaat enige tijd zitten) toen waren zij er nog steeds niet. En ik zei u al. meen ik, dat zij mijn enige schoenen waren. Gesticulaties zoon van de hotelhoudster het vertrek betrad. Hij deed o.a. dienst als kelner, kok, gids. boek houder en bagagedrager in het bedrijf van zijn moeder, en hij liep een beetje moeilijk, omdat hij wel geen nieuwe schoenen aanhad, maar toch schoenen, hij nog niet eerder had gedra gen. De mijne, namelijk. Ik zag het met vreugde, maar eerlijk gezegd ook met grenze loze verbazing. Hoe kwamen die Nederlandse schoenen (gister avond nog vuil. maar nu keurig gepoetst) aan de voeten van die Fransman? Hoe was het te ver klaren, dat hij zonder blikken of blozen dit vertrek betrad, waar van hij met aan zekerheid gren zende waarschijnlijkheid wist, dat hij mij, hun rechtmatige eigenaar, daar zou aantreffen? Nu, dat was heel gemakkelijk te verklaren: je moest er alleen wat Frans voor kunnen spreken en verstaan. Helen deed dat voor mij. Zelf vond ik het helemaal niet om te lachen, maar zij had er een uitbundig plezier om. Afdankertjes Moeder en zoon waren name lijk niet op de hoogte van de goede Nederlandse gewoonte, in een hotel stoffige schoenen bui ten de deur te plaatsen en die dan later blinkend en wel weer in ontvangst te nemen. Zij had den mijn vuile, bemodderde, goed-ingelopen, oude schoe nen zien staan, en zij waren een stemmig tot de conclusie geko men, dat die schoenen nog veel te goed waren om aan de vuil nisman te worden meegegeven. Zodoende. A JAREN VAN ERVARING met hotelle tjes, vakantiehuisjes, jeugdherbergen en tenten ben ik tot de conclusie gekomen: het eigen bed is niet te vervangen. Kijk, het gaat helemaal niet om kwaliteit of luxe. Het gaat alleen om het typisch eigene. Dat krijg je niet van de ene nacht op de andere. Dat is een kwestie van jaren. Pas na een lange, lange periode van proberen, zoeken, experimenteren en vooral een wederzijdse aanpassing dat wil zeggen van het lichaam in al zijn vreemde verhoudingen enerzijds en de vering van de spiraal plus souplesse en weerstand anderzijds verkrijgt men dat subtiele evenwicht dat het slapen tot zo'n verrukkelijke bezigheid maakt. In dit ver band moeten ipe eens een voorbeeld nemen aan zo'n fraai ejigels gazon. Die nobele, glooiende lijn is het resultaat van op z'n minst a'rje eeuwen dagelijks grasrollen. Ons bed verdiende een soortgelijke zorgvuldige behandeling. Eerst dan zou de hoogste staat van volmaaktheid bereikt worden. Enfin, terug naar ons vakantiebed. Wie het boven staande onderschrijft zal toegeven, dat bii het hurer van een vakantieverblijf het keuren van de bedden een zaak van het hoogste belang is. En we zijn lang niet altijd op onze hoede. Want hoe gaat het meestal Na het vaststellen van het uitzicht en het inspec teren van het toilet, word je uitgenodigd de zolder trap te bestijgen voor een blik op het nachtverblijf Onder de hanebalken staan twee, soms drie leger steden naast elkaar, de matras opgerold aan het voeteneind. „Frisse lucht in overvloed!", prijst de verhuurder aan, „en beste matrassen Jaja, knik je. je hoofd wrijvend, want die balken lopen lager dan je dacht. De gordijnen zijn zó fas cinerend lelijk, dat je alleen maar afgeleid met je arm op de spiraal drukt inplaats van er languit op te gaan liggen, wat toch de zekerste weg zou zijn. best vreemde talen, maar om dat het m ij n schoenen waren, ben ik toen op mijn sokken naar beneden gegaan om te informeren wat er van mijn schoèisel was ge worden. -Ik sprak eerst de hotel houdster. sprak" is wat. veel gezegd, want het waren, althans van mijn kant, in hoofdzaak ge baren. waarmee ik mijn vragen probeerde duidelijk te maken. Het was een aardige vrouw, maar zij begreep er weinig van. Mijn poetsende bewegingen zag zij voor broodsnijden aan; zij legde me uit, dat het ontbijt in het aan grenzende zaaltje klaar stond. Het wijzen op mijn ongeschoeide voe ten beantwoordde zij met een paar bewonderende gebaren over de kwaliteit van mijn sokken. ja. zij was welwillend en goedhartig genoeg, maar daar kreeg ik mijn schoenen niet mee terug. Die waren gestolen; daar twij felde ik langzamerhand geen mo ment meer aan. Ik zag me al op mijn sokken het dorp in gaan om een paar nieuwe te kopen. Ik kon Helen er toch moeilijk op uit stu ren om een half dozijn op zicht te halen? Schoenen moet je passen; daar moet je zelf bij zijn. M'n eigen schoenen ZO ver was ik al, om zo te zeg gen met zevenmijlslaarzen, in gedachten vooruitgesneld, toen de ..Alles nieuw: alles schuimrubber'", herhaalt de verhuurder en dan met deze comfortabele suggestie in de oren hap je toe. tegen beter weten in, want ie bed thuis is een voddenbaal: zo hard als een krib van een soldatenchambree en je slaapt nérgens beter HET MERKWAARDIGSTE VAKANTIEBED dat i ik ooit heb beslapen was een twijfelaar in een badplaatsje aan zee, waar ik een paar jaar geleden een regenachtige vakantie uitzat. Zo op het oog zag het er heel onschuldig, ja zelfs meegevend uit. maar je had de lichtschakelaar nog niet uitgetrokken of hij 'begon te duwen. Deze twijfelaar duwde even vast houdend als onmerkbaar tot je jezelf *s morgens als een vormloze hoop terugvond op het vloerkleedje, stijf als een plank. Onderzoekingen lever den geen enkel resultaat op. Vrienden, die op bezoek kwa men deden opmetingen met een peillood om te zien of de vloer misschien scheef liep. Een kernphysicus berekende de spanning van de spiraal en de verhouding tot mijn lichaamsgewicht. Het haalde niets uit. Bij het scheiden van de markt zei ik iets over boze mach ten tegen mijn verhuurder, maar die lachte, al tellende, mijn bezwaren weg. Dat je de eerste nachten in een vreemd bed neestal geen oog dicht doet is zó algemeen bekend, lat ik er verder niet over wil uitweiden. Lieden met een verfijnd zenuwgestel hebben geprobeerd dit euvel op te lossen door hun eigen bed op te sturen mét de koffers en de fietsen. Maar dat kun je gerust laten. De coupe van de matras en de kuil in het hoofdkussen mogen dan vertrouwd zijn, je mist toch iets: de zogenaamde bijgeluiden. De druppelende kraan van thuis. Het bewegen van dg gordijnen. Ja, zelfs het geritsel van de huismuis is een geluid dat je op den duur naar huis 'kan laten snakken. Een wijs mens drukte het onlangs zo treffend uit: „Zoals ons bed thuis kraakt, kraakt het nergensv De tiende trede OG een herinnering, nu heel lang geleden, en niet over schoenen, maar over een bed. Het was in de jaren dat ik als vrij gezel door het leven ging. Mijn vriend Mei en ik hadden besloten, in onze vakantie op de een of an dere manier een bezoek te gaan brengen aan de goede Frits, d:e in het verre Frankfort aan de Main sinds enige tijd bezig was, een bestaan op te bouwen. Frankfort was in die dagen nog ver, vooral wanneer je zoals wij over weinig middelen beschikte om treinen of auto's te betalen. Vliegtuigen lagen gehéél buiten onze gezichtskring. Wij liftten. Binnen drie dagen waren we in Frankfort, vlug. veilig en voor delig. Ik zie nog het verbaasde en ook wel opgewekte gezicht van Frlts, toen wij hem de hand kwa men drukken. Het was jaren vóór Hitier; Frankfort was een vro lijke. maar financieel-veeieisende stad en Frits dacht op het eerste gezicht, dat wij een soort welge stelde vreemdelingen waren. Zeer snel hebben wij hem uit die droom geholpen. Enig rekenen leerde ons, dat wij gedrieën een stuk of vier gezellige dagen zou den kunnen hebben, mits wij geen hotelkosten behoefden te maken. Frits vond daar een vernuftige oplossing voor. Hij woonde in een klein pension, waar hij een zit- slaapkamer rijk was. TK HAD op mijn hoede moeten 1 zijn, toen mijn vrouw op Goede Vrijdag voorstelde de Paas dagen in Parijs door te gaan bren gen. We hadden wel geen hotel kamers gereserveerd, zei ze terecht, maar we zouden dan toch wel in de auto kunnen overnachten Het ging tenslotte toch maar, zei ze, om twee nachtjes, en zo koud was het niet meer, vond ze, en als je voldoende kussens meenam, kon je het je bijzonder comfortabel ma ken, dacht ze. Het was ook heel goedkoop, want je spaarde ér het hotel mee uit. Dat laatste bleek waar en niet waar, want het hotel spaarden we bijna uit, maar na enig onderling overleg besloten we toch maar, alsnog twee goede slaapzakken aan te schaffen („die zijn nooit weg"), benevens twee paar extra dikke sokken, twee luchtkussens, een plastic waterzak (voor het ochtend- toilet), een electrisch keteltje voor zes volt 'voor wat warm water), een kampcerlichtje en een alarm pistool (tegen de misdaad). Voor het aldus geïnvesteerde be drag hadden we drie weken in ons gebruikelijke, eenvoudige Parijse ïotel in weelde kunnen baden maar die dingen, zei mijn vrouw, moet je economisch zien: je moet uitgave afschrijven over een paar jaar. want we zouden van die zaken nog jaren plezier kunnen hebben. In de nacht AL DIE voorbereidingen vroegen tijd, en we gingen daarom op die Paaszaterdag pas laat op weg, zodat middernacht reeds geducht had geslagen, toen wij, ietwat ge kneusd door de lange rit, Noord- Parijs binnen reden. Persoonlijk was ik graug be reid de auto maar in een stil straatje te parkeren en het moe de hoofd rust te gunnen, maar in de eerste plaats zagen die stille straatjes er adembenemend grie zelig uit, in de tweede plaats was er geen parkeerruimte, in de derde plaats wemelde het overal van duistere, crimineel uitziende figuren en in de laatste plaats wilden we iets eten. Slaapauto T\AT laatste was niet zo eenvoif- *-J dig, maar ik herinnerde me een 1 continu restaurantbedrijf in de omgeving van de Champs Elysées. I en op die vorstelijke avenue vonden we ook een parkeerplaatsje. Onder het eten overlegden we waar we zouden overnachten, en waarom niet op diezelfde velden van Elysium? Het was nu toch (tame lijk) stil. We betraden de auto gescheiden: het achtercompartiment zou de vrouwelijke afdeling zijn, en ik spreidde mijn slaapzak op de voorbank uit. Vervolgens zette ik mij aan de voorbereidingen voor de resterende nacht: het verwijde ren van de dagkleding en het aan trekken van het slaaptcxtiel. Dat vraagt de gehele mens, zo op de voorbank van een auto. en de gil, die mijn vrouw na vtff minuten gaf, kwam dan ook duchtig aan. De oorzaak was onmiddellijk duidelijk: dertien donkere piannen drukten hun nenzen plat tegen de achterruiten om een schouwspel te Geld sparen J?LKE nacht slopen wij, als al les sliep, de trap op, waar van de zevende en twaalfde tre de kraakten. Die vermeden we dan ook zorgvuldig. In Frit's ka mer aangekomen namen wij ge ruisloos het bed uiteen. Zelf mocht hij op de springbak sla pen; Mei kreeg de matras er gens op de vloer en ik trok in de zogenaamde gemakkelijke stoel (steeds ongemakkelijker naarmate de uren vorderden) tipee dunne dekens om mij heen. Zo spaarden we al slapende geld. Voor dag en dauw slopen Mei en ik de trap weer at, even geruis loos als wij waren gekomen. Ja,, dat dachten we; we hoop ten en vermoedden, neen, we wis- tpn eigenlijk wel zeker, dat wij wel is waar niet slapende rijk werden, maar dat wij daar toch geruisloos en voor niets logeer den. Wij dachten het vier dagen lang en ook nog de volgende drie, die we nodig hadden voor de te rugreis. Thuis lag echter een brief van Frits op ons te wachten. Hij verzocht ons vriendelijk maar dringend, elk twaalf mark te sturen. De zevende en twaalfde trede hadden wij vermeden, maar op de tiende hadden we blijkbaar minder goed gelet. De pension- houder had terstond na ons ver- 1 trek de rekening gepresenteerd. Het was slechts drie mark per persoon, omdat het logies zón- I der ontbijt betrof. zien, dat hun daar geheel gratis beloofde te worden geboden. Cas op de plank "TJE oplossing was duidelijk: on- middellijk wegrijden. Ik wrong mij tussen slaapzak en siuur en startte de motor, hetgeen niet naar de zin was van de dertien donkere mannen, die mij vuistschuddend beduidden dat dit een uiterst on sportieve handeling was. Ik reed echter toch weg, te voet achter volgd door de donkere meute, waarvan eerst bij de Are de Triomphe het laatste lid de strijd opgaf. Ver voorbij dat punt zette ik de auto weer langs de kant voor het plegen van nader overleg. We be sloten toen in een stille zijstraat van de Champs Elysées de operatie te herhalen, en kozen een uiterst donker, stil rUe'tje uit. Ditmaal overtuigd dat geen indiscrete Parij- zenaars ons zouden storen, zetten de slaapvoorbereidingen op nieuw op, nóg weer iets ver moeider. De gil van mijn vrouw kwam daarom zeer hard aan: men went aan zoiets toch niet. Buiten stonden weer dertien donkere mannen, met de neuzen platgedrukt tegen de ruiten, en met eenzelfde benieuwde blik in de bruine ogen. Zij hijgden nog, en het was vermoedelijk daardoor dat nu reeds spoedig de achtervol ging moesten staken: ik was weer, zo snel als mijn gedeeltelijk ont klede staat mij toestond, wegge reden. Toch hotel 1YTADAT wij, wat hokkerig, enige L' kilometers hadden gereden het gasgeven met een blote voet moet eerst wennen was het mijn vrouw, die smeekte toch een hotel kamer te mogen betrekken. Dat lukte eerst nadat wij de portier van een luxe hotel ervan hadden overtuigd dat wij de naaste familie van de Aga Khan waren, en hem als bewijs daarvan de tegenwaar de van vijfentwintig gulden in Frans geld hadden overhandigd: wij sliepen voortreffelijk op veld bedden, opgeslagen in de badkamer van het personeel. Nadat wij de volgende morgen de rekening had den voldaan, stonden wij voor de keus de aijto ter plaatse te ver.- kopen en nog een dag te blijven of opmiddelijk weer naar huis te ver trekken. Hoewel ook de eerste op lossing betekende, dat wij niet meer in de auto behoefden te over nachten. zijn wij toch maar weer huiswaarts gegaan, omdat het ware vakantieplezier eraf was. J~iOOR deze gang van zaken is U het mij met mogelijk met voldoende gezag le schrijve over het probleem „slapen in d auto": het is echter wel zek< dat als men dat wil doen. mi daarvoor een rustige plek m< kiezen. Het geïnvesteerde g bleek overigens niet geheel w gegooid: de poes heeft in een de slaapzakken haar laatste L van haar nageslacht ter w gebracht, en moeder en kin' maken het goed.

Allerhande | 1960 | | pagina 3