LUCHTBEDDEN
N"
?i\r
SLAPEN EN
NIET-SLAPEN.
KLEINE AVONTUREN MET
SCHOENEN EN BEDDEN
Van slapen komt niet veel
ALLERHANDE BEDDEN
De twijfelaar die duwde
MALLER HANDIGHEDEN
Het jaar daarna:
't Kon best
in de auto
door HARRIET FREEZER
door Eric van der Steen
door JOOST DE KLERK
A. Roekoe
■jbhb» door -a-M-tn»
ELINE CAPIT
N'
...hèl leven...
...totaal..,*
onm-—
....omlammmn
...Atmtfc,-.
1ir door JOPPE
AUGUSTUS 1960
ALLERHANDE
Mailer
/E BED IS HET HEER
L1JKSTE als je er
eigenlijk uit moet.
Ik lig nog warm en horizon
taal, terwijl zij allemaal al
vertikaal in de zorgen steken.
Maar tijdens de vakantie,
als je in 't een of andere va
kantieoord logeert, wordt die
zaligheid je door de neus ge
hoord.
Iedereen is vrij, en iedereen, je
zelf inbegrepen, kan blijven liggen
tot de avond toe. En om te begin
nen bederft dat al veel van de
slaappret.
Maar bovendien lig je niet in je
eigen bed maar in een huurbed.
Enkele jaren geleden huur
den we een huisje met drie grote
•bedden, waar we met ons zessen in
moesten slapen. Dat werd bij de
kinderen natuurlijk een grote
duw- en vechtpartij, want hun
bedden bleken één grote kuil te
zijn, waarin ze bovenop elkaar ten
slotte van uitputting insliepen.
Onze matras lag wel vlak,
maar ik merkte dadelijk dat dat
nu zo'n matras was, waar de
kostmevrouw al haar waarde
papieren en juwelen in bewaar
de. De bundels bankbiljetten
voelden we duidelijk in schou
ders en rug, en met mijn heup
lag ik op een juwelenkistje.
Dat was zó ongemakkelijk dat we
het jaar daarop gingen kam
peren met luchtbedden. Met zware
hoofdpijn van het blazen sliep ik
in; niet ontevreden want ik lag
zacht. Helaas, ik werd midden in
de nacht wakker met een beurse
rug. Mijn matras was langzaam
aan het leeglopen; ik was op een
speld gaan liggen. Ik had het ding
misschien nog op kunnen blazen,
als ik de kracht maar had bezeten
om er de stop uit te trekken. Maar
ik heb 's nachts slappe wollen
slaaphanden zonder enige fut. Dat
was dus ook niets.
Het jaar daarop leenden we
uitklapbare bedden, die je als
stoel, tafel, bed, bank en bar
gebruiken kon. Niet dat je
's nachts veel hebt aan die veel
zijdigheid. maar ik moet zeggen:
als bed was het best, het klon
terde niet en liep niet leeg. He
laas had ook dat bed één fout:
het wipte. Als je je gewicht ver
plaatste. ging het bed in zijn ge
heel rechtop staan, en je gleed
op de grond. Je gleed wel heer
lijk zacht, maar ik vond het toch
niet prettig.
Dit jaar hebben we weer een
huurbed. Er zitten geen juwelen
in het matras, en het bed heeft
geen kuil, maar dit keer heeft
het matras geen enkele vorm.
Lakens en dekens vinden ner
gens houvast, en we worden
iedere ochtend in ordeloze hopen
textiel wakker.
Nooit eerder had ik beseft
hoe hard het is om iedere dag
maar weer opnieuw wakker te
worden in een onopgemaakt bed.
En na al die bedden-zorgen
besef ik zo langzamerhand dat
het beste bed, het enige ware
bed, ons eigen bed thuis is.
des winters zijn vakantieplannen zit te beramen bij
de warme kachel en het pitje van radio en televisie
(nog gezwegen van het theelicht), heeft de mooiste
dromen: „Van de zomer gaan we er fijn op uit en dan
komen we als een ander mens terug
Men glimlacht tegen de huisgenoten en tegen zichzelf
en vouwt vervolgens de kaarten op en de foldertjes met
de mooiste kleurenfoto's van fraaie landschappen en
badende schonen in helblauwe meren en men gaat heer
lijk naar het eigen warme bed. En vergeet totaal dat dat
zelfde warme bed een der belangrijke zaken is die men,
tijdens die gedroomde vakantie, heel erg zal missen. Wie
denkt er aan slapen en aan bedden als hij vakantieplan
nen maakt
Hoe onverstandig en onjuist dat is, kan blijken uit de
vrolijke stukken die op deze bladzijde staan. Wij hebben
een aantal bekende vaderlandse schrijvers uitgenodigd
ons enkele herinneringen te vertellen over hun (en haar)
ervaringen met slapen en met bedden tijdens de vakantie
en ziehier het resultaat.
Alles bij elkaar genomen blijkt slapen tijdens de vakan
tie veel moeilijker te zijn da'n men zich voorstelt als de
kachel snort en men zijn plannen maakt. Geen der her
inneringen namelijk spreekt erg verrukt over de vakantie
bedden. Een der schrijfsters op deze bladzijde zegt dan
ook terecht: „Zoals het bed thuis kraakt, kraakt het
nergens".
Waarom niet ook zulke opblaasbedden?
door
s~-]LAPEN IN EEN VREEMD
BED blijft altijd een moei-
LJ lijke opgave. Zo'n bed ver-
schilt zozeer van het eigen
vertrouwde mandje, dat
men er, meestal na een nacht
onrustig woelen en dromen, ge
broken uit opstaat. Het ergste
zijn de zich verplaatsende
bedden.
BEDWANDELEN
JA bedden verplaatsen zich des
nachts. Dat wil zeggen: v r e e m-
de bedden verplaatsen zich in het
donker. Dat is algemeen bekend.
Die bedden wandelen. Wij hebben
het talloze malen meegemaakt. Des
avonds ging men. met een glaasje
warme melk of iets straffers, opge
ruimd naar bed en dat stond, zonder
twijfel gewoon op zijn plaats: links
in de kamer. En het raam was
rechts, en de deur daar en het
lichtknopje hier en het tafeltje er
onder en alles heel ordelijk en ge
woon. Juist! Maar des nachts schiet
men ineens wakker door een onbe
kende oorzaak. Het hart bonst. Men
schrikt vreselijk. Want! Want
waar is het raam geble
ven? Waar is dedeur? Waar
is het lichtknopje? Waar
het tafeltje? Het is pikdonker.
Hoevaak zijn wij niet met een ijle
kreet uit bed gekropen en hebben
minuten lang, in steeds groeiende
paniek, rondgetast in zo'n kamer,
geheel nat van het zweet en geneigd
om elk ogenblik luid te gaan roe
pen.
Nu is het merkwaardige: ter
wijl toch duidelijk was, dat het
bed zich had verplaatst en oor
zaak was van onze noodtoestand,
bleek het zich, heel sluw en ge
luidloos weer naar de juiste
plaats begeven te hebben zodra
het licht opging
WORSTELING
VREEMDE BEDDEN hebben vaak
te weinig dek. Men wordt er al
tijd koud in. Dat betekent dat men.
daar men niet meteen zijn meege
nomen reserveondergoed wil ge
bruiken. uren lang met de knieën
tegen de kin opgevouwen ligt en de
koude langzaam voelt winnen. Pas
tegen de morgen slaapt men dood
vermoeid in en men wordt geheel
verstijfd wakker vanwege de moei
lijke lig.
In Duitsland werpt men vaak een
enorm donzen matras over de gast.
Het is een ding als een er>g, vreemd
dier en ofschoon het in het begin
tamelijk licht lijkt, blijkt het in
de loop van de nacht een groot ge
wicht te krijgen en liet dreigt dan
de slaper te verstikken. Wie het,
met een gil. van zich afwerpt, krijgt
het onherroepelijk koud en wie het
op zich houdt stikt.
Wijzelf zijn eens, in een lage
hotelkamer die uitkeek op een
nauwe straat, met zo'n verschrik
kelijke. rochelende schreeuw over
eind gekomen vanonder het mon
ster, dat de voetstappen beneden
(wellicht van een agent) minuten
lang doodstil bleven en aan alle
kanten lichtknopjes begonnen te
knippen; wel een half uur lang
hoorden wij nerveuze personen op
de gang heen en weer lopen
..schrecklich, schrecklich" zeiden ze
maar.
Wij zaten intussen hijgend op een
kaal stoeltje in de hoek en hielden
de adem geheel in: het monster
lag slap op de grond.
PING-PONG
ERZIJN vele bedden met
vreemde geluiden. In hst in
nerlijke van deze slaapplaatsen
bewegen zich kleine levende we
zens. Zij bespelen met vaardige
hand de veren van de zogeheten
springbak (een vreemde naam
eigenlijk). Men ligt doodstil en
daar beginnen de kleintjes. Ping!
hoort men. Dat is het stemmen.
Pang! iets harder. Dan volgen
reeksen tonen; ping, pang, peng.
Even is het stil. Dan ineens:
pong!
Och, 't is allemaal wel aardig,
maar de echte slaap wil toch
ook hier niet komen. Dit komt
pas weer in september, wanneer
de avonden guur zijn en de kin
deren moe van de school en de
wind door de kieren van de ra
men loeit en de regen tegen de
ruiten klettert
E vakantie, leert men
ons, is voor onze rust.
Voor ons herstel, naar
lichaam zowel als naar geest.
Niet haasten, niets doen dat
ons tegen de vleug instrijkt
en vooral lekker lang slapen.
Lekker lang slapen, lekker
lang sla
Ik zou zo graag eens iemand
ontmoeten die dat gelukt is.
Waar en wanneer moet een
mens lekker lang slapen?
Thuis? Laat me niet lachen.
Die vakantie waarin de kin
deren niet vroeg naar school
moeten en het ontbijt niet.
gezamenlijk behoeft te wor
den gebruikt en de werkster
niet komt, dat is nou precies
de periode, waarin de kinde
ren 's morgens om kwart voor
vijf door de stralende mor
genzon al zijn wakker ge
schenen.
Dat is nu juist de periode
waarin ze om half zes op zol
der de spoortrein hebben aan
gelegd en die dan met een hol,
onheilspellend gerommel boven
de slaapkamer laten rond bron
kelen. Wat kan je daar tegen
doen? Hen zeggen dat zij niet
wakker mogen zijn? Verduiste
ringspapier voor hun ramen
plakken. opiumpillen ingeven?
Neen, men kan ze soebatten om
ermee uit 'te scheiden. En als
ze dat hebben gedaan en stille
tjes in de huiskamer koekjes
zitten te eten, dan kunt u einde
lijk zachtjes indommelen en
zoetjes heenzweven op een ein
deloze zee van niet-naar-school,
niet-naar-kantoor, niet-naar-
school, niet-naar-kantoor, niet-
naar-school, niet-naar.
Om dan plotseling met een
dubbele hartslag van schrik
overeind te vliegen, als er be
neden een daverende slag weer
klinkt, begeleid door een orkaan
van porseleingerinkel. gegil en
geschreeuw van „Gappert!
Ik zal 't zeggen!Mammié,
PappiéIk zegt 't lekker
tochAu-au-au
Ach, en later, wanneer u
weer op de slaapkamer terug
bent en het bloed u in de oren
bonkt, en er in twee vertrek
ken luidkeels geweend wordt
en uw vrouw u verwijt een
beestmens te zijn geworden,
och, dan komt er van slapen
in de eigenlijke zin des woords
niet zoveel meer.
bi
HOTEL
een hotel, zonder alle
beslommeringen van thuis
om u heen en de kinderen veilig
aan zee bij Hans en Ellen
een onmetelijk ruim en donzig
hotelbed om het weeldezieke lijf.
ja, dan zou een mens kunnen
slapen. Dan zou hij zich hele
maal kunnen ontspannen en weer
die legendarische ,,oude" kunnen
worden wie geen zee te hoog
gingIndien uw hotelkamer
niet juist bij de trap naar
een dienstgang was gelegen. Wat
ten gevolge heeft dat u om
half zes wakker schrikt doordat
de huisjongen een paar wandel
schoenen uit zijn handen laat
vallen van de stapel die hij moet
gaan poetsen. En dan is het één
moeite om te gaan liggen luis
teren naar de werkvrouw en het
derde kamermeisje, die op ge
dempte toon maar dat klinkt
dóór die op gedempte toon
een gesprek voeren, waarvan u
flarden kunt horen. Zo van:
Oh, nee, nééé
helemaal nietDie is toch
bij die gescheiden nicht van
d'r die marau, marau, poelik-
toen nog dacht dat ze recht
op pensioen had, Jazeker,
mevrouw had eerst geschre
ven dat die Duikerdam van
twee huizen verder haar
valimp-valoemp gedaan had.
En toen dacht ze waar
achtig
OP ZEE
rvp ZEE IS HET ANDERS, maar
niet veel beter. Slapende in de
stalen buik van een jacht bijhor-
beeld gaat het wel. Nadat je de
eerste nachten hebt wakker gelegen
en je hebt voorgesteld hoe diep be
neden het oppervlak van de zee je
nu voortschuift en wat er gebeurt
wanneer er een aanvaring volgt en
nadat je in die enkele nachten je
erop hebt ingesteld je automatisch
met je knieën schrap te drukken
tegen de randen van je kooi, wan
neer het schip overhelt naar de
kant waar geen scheepswand is, zo
dat je moet zorgen niet op de grond
te rollen Wanneer je eraan ge
woon bent dat je door slechts vijf
of zes millimeter staal van zeewa
ter bent gescheiden, dan begin je
een gezond slaper te worden.
Totdat er iemand aan dek met
een enornffe houten hamer de slee
van het bakstag begint los te heng-
Hen en je, in die miljoenste seconde
die daaraan voorafging, juist be
gon te dromen dat een geweldig
groot passagiersschip de schoener
precies even achter de midscheeps,
waar jü ligt te slapen, in tweeën
voer. Dan kan je beter even uit je
kooi klimmen om een glaasje lauw
water te drinken uit het kraantje
met zijn armetierige watertank
straaltje.
EEN van de eerste keren, dat
ik voor mijn plezier in het
buitenland op reis was, her
inner ik me nog heel goed door
dat avontuur met mijn schoenen.
Het was geen groot avontuur,
gelukkig maar, want grote avon
turen kun je beter lezen dan
beleven, maar het was toch wel
zó, dat het in mijn geheugen is
blijven hangen. In o n s geheu
gen, moet ik trouwens zeggen,
Helen was mijn reisgezellin, óók
al gelukkig: zij spreekt de
vreemde talen vlotter dan ik,
en zij verstaat er eveneens meer
van.
Buiten de deur
YF/TJ waren die dag een heel eind
in Frankrijk doorgedrongen.
Tegen de avond vonden wc. na
enig zoeken, het gezellige, van
goed eten en smakelijke wijn voor
ziene hotelletje, dat wij ons tij
dens kille winteravonden in Ne
derland altijd hadden voorgesteld
als een voorbeeld van het goede
leven in Frankrijk. Ook de kamer,
die wij kregen aangeboden, mocht
er zijn: proper, ruim en voorzien
van een groot bed. waarop wij
onze zeer vermoeide ledematen
werkelijk in alle houdingen kon
den uitstrekken zonder gevaar
voor kouvatten.
En vermoeid waren we. Wij had
den een kleine twintig kilometer
wandelend afgelegd langs wegen,
die in 't geheel niets van de ge
bruikelijke Nederlandse vlakheid
vertoonden. Zij waren ook stoffi
ger dan die van ons vaderland.
Onze schoenen zagen er, mede
door een mals buitje, ontoonbaar
uit. Die van Helen reinigde zij
zelf. Over de mijne pleegden wij
enig overleg. Wat doe je met een
paar vuile schoenen in een klein
Frans hotelletje, als zij de enige
zijn, die je bij je hebt, en als je
de gewoonten in zo'n vreemd land
nog niet tot en met kent?
In ons geval deed ik gewóón,
ik zette ze ter poetsing buiten
de deur. gewoon alsof ik ergens
in-Nederland logeerde. Met het
gevolg dat zij de volgende mor
gen weg waren, en kennelijk
niet om gepoetst te worden,
want toen ik me gewassen en
geschoren had en Helen in aan
sluiting daarop gereed was ge
komen met haar toilet (vooral
in dat laatste gaat enige tijd
zitten) toen waren zij er nog
steeds niet. En ik zei u al. meen
ik, dat zij mijn enige schoenen
waren.
Gesticulaties
zoon van de hotelhoudster het
vertrek betrad. Hij deed o.a.
dienst als kelner, kok, gids. boek
houder en bagagedrager in het
bedrijf van zijn moeder, en hij
liep een beetje moeilijk, omdat
hij wel geen nieuwe schoenen
aanhad, maar toch schoenen,
hij nog niet eerder had gedra
gen. De mijne, namelijk.
Ik zag het met vreugde, maar
eerlijk gezegd ook met grenze
loze verbazing. Hoe kwamen die
Nederlandse schoenen (gister
avond nog vuil. maar nu keurig
gepoetst) aan de voeten van die
Fransman? Hoe was het te ver
klaren, dat hij zonder blikken of
blozen dit vertrek betrad, waar
van hij met aan zekerheid gren
zende waarschijnlijkheid wist, dat
hij mij, hun rechtmatige eigenaar,
daar zou aantreffen?
Nu, dat was heel gemakkelijk
te verklaren: je moest er alleen
wat Frans voor kunnen spreken
en verstaan. Helen deed dat voor
mij. Zelf vond ik het helemaal
niet om te lachen, maar zij had
er een uitbundig plezier om.
Afdankertjes
Moeder en zoon waren name
lijk niet op de hoogte van de
goede Nederlandse gewoonte, in
een hotel stoffige schoenen bui
ten de deur te plaatsen en die
dan later blinkend en wel weer
in ontvangst te nemen. Zij had
den mijn vuile, bemodderde,
goed-ingelopen, oude schoe
nen zien staan, en zij waren een
stemmig tot de conclusie geko
men, dat die schoenen nog veel
te goed waren om aan de vuil
nisman te worden meegegeven.
Zodoende.
A JAREN VAN ERVARING met hotelle
tjes, vakantiehuisjes, jeugdherbergen en
tenten ben ik tot de conclusie gekomen:
het eigen bed is niet te vervangen. Kijk,
het gaat helemaal niet om kwaliteit of
luxe. Het gaat alleen om het typisch eigene. Dat
krijg je niet van de ene nacht op de andere. Dat
is een kwestie van jaren. Pas na een lange, lange
periode van proberen, zoeken, experimenteren
en vooral een wederzijdse aanpassing dat
wil zeggen van het lichaam in al zijn vreemde
verhoudingen enerzijds en de vering van de
spiraal plus souplesse en weerstand anderzijds
verkrijgt men dat subtiele evenwicht dat het
slapen tot zo'n verrukkelijke
bezigheid maakt. In dit ver
band moeten ipe eens een
voorbeeld nemen aan zo'n
fraai ejigels gazon. Die nobele,
glooiende lijn is het resultaat
van op z'n minst a'rje eeuwen
dagelijks grasrollen. Ons bed verdiende een
soortgelijke zorgvuldige behandeling. Eerst dan
zou de hoogste staat van volmaaktheid bereikt
worden.
Enfin, terug naar ons vakantiebed. Wie het boven
staande onderschrijft zal toegeven, dat bii het hurer
van een vakantieverblijf het keuren van de bedden
een zaak van het hoogste belang is. En we zijn lang
niet altijd op onze hoede. Want hoe gaat het meestal
Na het vaststellen van het uitzicht en het inspec
teren van het toilet, word je uitgenodigd de zolder
trap te bestijgen voor een blik op het nachtverblijf
Onder de hanebalken staan twee, soms drie leger
steden naast elkaar, de matras opgerold aan het
voeteneind.
„Frisse lucht in overvloed!", prijst de verhuurder
aan, „en beste matrassen
Jaja, knik je. je hoofd wrijvend, want die balken
lopen lager dan je dacht. De gordijnen zijn zó fas
cinerend lelijk, dat je alleen maar afgeleid met
je arm op de spiraal drukt inplaats van er languit
op te gaan liggen, wat toch de zekerste weg zou zijn.
best vreemde talen, maar om
dat het m ij n schoenen waren,
ben ik toen op mijn sokken naar
beneden gegaan om te informeren
wat er van mijn schoèisel was ge
worden. -Ik sprak eerst de hotel
houdster. sprak" is wat. veel
gezegd, want het waren, althans
van mijn kant, in hoofdzaak ge
baren. waarmee ik mijn vragen
probeerde duidelijk te maken.
Het was een aardige vrouw,
maar zij begreep er weinig van.
Mijn poetsende bewegingen zag zij
voor broodsnijden aan; zij legde
me uit, dat het ontbijt in het aan
grenzende zaaltje klaar stond. Het
wijzen op mijn ongeschoeide voe
ten beantwoordde zij met een paar
bewonderende gebaren over de
kwaliteit van mijn sokken. ja.
zij was welwillend en goedhartig
genoeg, maar daar kreeg ik mijn
schoenen niet mee terug.
Die waren gestolen; daar twij
felde ik langzamerhand geen mo
ment meer aan. Ik zag me al op
mijn sokken het dorp in gaan om
een paar nieuwe te kopen. Ik kon
Helen er toch moeilijk op uit stu
ren om een half dozijn op zicht te
halen? Schoenen moet je passen;
daar moet je zelf bij zijn.
M'n eigen schoenen
ZO ver was ik al, om zo te zeg
gen met zevenmijlslaarzen, in
gedachten vooruitgesneld, toen de
..Alles nieuw: alles schuimrubber'", herhaalt de
verhuurder en dan met deze comfortabele suggestie
in de oren hap je toe. tegen beter weten in, want ie
bed thuis is een voddenbaal: zo hard als een krib
van een soldatenchambree en je slaapt nérgens
beter
HET MERKWAARDIGSTE VAKANTIEBED dat i
ik ooit heb beslapen was een twijfelaar in een
badplaatsje aan zee, waar ik een paar jaar geleden
een regenachtige vakantie uitzat. Zo op het oog zag
het er heel onschuldig, ja zelfs meegevend uit. maar
je had de lichtschakelaar nog niet uitgetrokken of hij
'begon te duwen. Deze twijfelaar duwde even vast
houdend als onmerkbaar tot je jezelf *s morgens als
een vormloze hoop terugvond
op het vloerkleedje, stijf als een
plank. Onderzoekingen lever
den geen enkel resultaat op.
Vrienden, die op bezoek kwa
men deden opmetingen met een
peillood om te zien of de vloer
misschien scheef liep. Een kernphysicus berekende
de spanning van de spiraal en de verhouding tot
mijn lichaamsgewicht. Het haalde niets uit. Bij het
scheiden van de markt zei ik iets over boze mach
ten tegen mijn verhuurder, maar die lachte, al
tellende, mijn bezwaren weg.
Dat je de eerste nachten in een vreemd bed
neestal geen oog dicht doet is zó algemeen bekend,
lat ik er verder niet over wil uitweiden. Lieden
met een verfijnd zenuwgestel hebben geprobeerd
dit euvel op te lossen door hun eigen bed op te
sturen mét de koffers en de fietsen. Maar dat kun
je gerust laten. De coupe van de matras en de kuil
in het hoofdkussen mogen dan vertrouwd zijn, je
mist toch iets: de zogenaamde bijgeluiden. De
druppelende kraan van thuis. Het bewegen van dg
gordijnen. Ja, zelfs het geritsel van de huismuis is
een geluid dat je op den duur naar huis 'kan laten
snakken.
Een wijs mens drukte het onlangs zo treffend uit:
„Zoals ons bed thuis kraakt, kraakt het nergensv
De tiende trede
OG een herinnering, nu
heel lang geleden, en niet over
schoenen, maar over een bed. Het
was in de jaren dat ik als vrij
gezel door het leven ging. Mijn
vriend Mei en ik hadden besloten,
in onze vakantie op de een of an
dere manier een bezoek te gaan
brengen aan de goede Frits, d:e
in het verre Frankfort aan de
Main sinds enige tijd bezig was,
een bestaan op te bouwen.
Frankfort was in die dagen nog
ver, vooral wanneer je zoals wij
over weinig middelen beschikte
om treinen of auto's te betalen.
Vliegtuigen lagen gehéél buiten
onze gezichtskring. Wij liftten.
Binnen drie dagen waren we in
Frankfort, vlug. veilig en voor
delig. Ik zie nog het verbaasde en
ook wel opgewekte gezicht van
Frlts, toen wij hem de hand kwa
men drukken. Het was jaren vóór
Hitier; Frankfort was een vro
lijke. maar financieel-veeieisende
stad en Frits dacht op het eerste
gezicht, dat wij een soort welge
stelde vreemdelingen waren.
Zeer snel hebben wij hem uit
die droom geholpen. Enig rekenen
leerde ons, dat wij gedrieën een
stuk of vier gezellige dagen zou
den kunnen hebben, mits wij geen
hotelkosten behoefden te maken.
Frits vond daar een vernuftige
oplossing voor. Hij woonde in een
klein pension, waar hij een zit-
slaapkamer rijk was.
TK HAD op mijn hoede moeten
1 zijn, toen mijn vrouw op
Goede Vrijdag voorstelde de Paas
dagen in Parijs door te gaan bren
gen. We hadden wel geen hotel
kamers gereserveerd, zei ze terecht,
maar we zouden dan toch wel in
de auto kunnen overnachten Het
ging tenslotte toch maar, zei ze,
om twee nachtjes, en zo koud was
het niet meer, vond ze, en als je
voldoende kussens meenam, kon je
het je bijzonder comfortabel ma
ken, dacht ze. Het was ook heel
goedkoop, want je spaarde ér het
hotel mee uit.
Dat laatste bleek waar en niet
waar, want het hotel spaarden we
bijna uit, maar na enig onderling
overleg besloten we toch maar,
alsnog twee goede slaapzakken aan
te schaffen („die zijn nooit weg"),
benevens twee paar extra dikke
sokken, twee luchtkussens, een
plastic waterzak (voor het ochtend-
toilet), een electrisch keteltje voor
zes volt 'voor wat warm water),
een kampcerlichtje en een alarm
pistool (tegen de misdaad).
Voor het aldus geïnvesteerde be
drag hadden we drie weken in ons
gebruikelijke, eenvoudige Parijse
ïotel in weelde kunnen baden
maar die dingen, zei mijn vrouw,
moet je economisch zien: je moet
uitgave afschrijven over een
paar jaar. want we zouden van die
zaken nog jaren plezier kunnen
hebben.
In de nacht
AL DIE voorbereidingen vroegen
tijd, en we gingen daarom op
die Paaszaterdag pas laat op weg,
zodat middernacht reeds geducht
had geslagen, toen wij, ietwat ge
kneusd door de lange rit, Noord-
Parijs binnen reden.
Persoonlijk was ik graug be
reid de auto maar in een stil
straatje te parkeren en het moe
de hoofd rust te gunnen, maar in
de eerste plaats zagen die stille
straatjes er adembenemend grie
zelig uit, in de tweede plaats
was er geen parkeerruimte, in
de derde plaats wemelde het
overal van duistere, crimineel
uitziende figuren en in de laatste
plaats wilden we iets eten.
Slaapauto
T\AT laatste was niet zo eenvoif-
*-J dig, maar ik herinnerde me een
1 continu restaurantbedrijf in de
omgeving van de Champs Elysées.
I en op die vorstelijke avenue vonden
we ook een parkeerplaatsje. Onder
het eten overlegden we waar we
zouden overnachten, en waarom
niet op diezelfde velden van
Elysium? Het was nu toch (tame
lijk) stil.
We betraden de auto gescheiden:
het achtercompartiment zou de
vrouwelijke afdeling zijn, en ik
spreidde mijn slaapzak op de
voorbank uit. Vervolgens zette ik
mij aan de voorbereidingen voor
de resterende nacht: het verwijde
ren van de dagkleding en het aan
trekken van het slaaptcxtiel.
Dat vraagt de gehele mens, zo op
de voorbank van een auto. en de
gil, die mijn vrouw na vtff minuten
gaf, kwam dan ook duchtig aan.
De oorzaak was onmiddellijk
duidelijk: dertien donkere piannen
drukten hun nenzen plat tegen de
achterruiten om een schouwspel te
Geld sparen
J?LKE nacht slopen wij, als al
les sliep, de trap op, waar
van de zevende en twaalfde tre
de kraakten. Die vermeden we
dan ook zorgvuldig. In Frit's ka
mer aangekomen namen wij ge
ruisloos het bed uiteen. Zelf
mocht hij op de springbak sla
pen; Mei kreeg de matras er
gens op de vloer en ik trok in
de zogenaamde gemakkelijke
stoel (steeds ongemakkelijker
naarmate de uren vorderden)
tipee dunne dekens om mij heen.
Zo spaarden we al slapende
geld.
Voor dag en dauw slopen Mei en
ik de trap weer at, even geruis
loos als wij waren gekomen.
Ja,, dat dachten we; we hoop
ten en vermoedden, neen, we wis-
tpn eigenlijk wel zeker, dat wij
wel is waar niet slapende rijk
werden, maar dat wij daar toch
geruisloos en voor niets logeer
den. Wij dachten het vier dagen
lang en ook nog de volgende drie,
die we nodig hadden voor de te
rugreis. Thuis lag echter een
brief van Frits op ons te wachten.
Hij verzocht ons vriendelijk maar
dringend, elk twaalf mark te
sturen.
De zevende en twaalfde trede
hadden wij vermeden, maar op
de tiende hadden we blijkbaar
minder goed gelet. De pension-
houder had terstond na ons ver-
1 trek de rekening gepresenteerd.
Het was slechts drie mark per
persoon, omdat het logies zón-
I der ontbijt betrof.
zien, dat hun daar geheel gratis
beloofde te worden geboden.
Cas op de plank
"TJE oplossing was duidelijk: on-
middellijk wegrijden. Ik wrong
mij tussen slaapzak en siuur en
startte de motor, hetgeen niet naar
de zin was van de dertien donkere
mannen, die mij vuistschuddend
beduidden dat dit een uiterst on
sportieve handeling was. Ik reed
echter toch weg, te voet achter
volgd door de donkere meute,
waarvan eerst bij de Are de
Triomphe het laatste lid de strijd
opgaf.
Ver voorbij dat punt zette ik de
auto weer langs de kant voor het
plegen van nader overleg. We be
sloten toen in een stille zijstraat
van de Champs Elysées de operatie
te herhalen, en kozen een uiterst
donker, stil rUe'tje uit. Ditmaal
overtuigd dat geen indiscrete Parij-
zenaars ons zouden storen, zetten
de slaapvoorbereidingen op
nieuw op, nóg weer iets ver
moeider. De gil van mijn vrouw
kwam daarom zeer hard aan: men
went aan zoiets toch niet.
Buiten stonden weer dertien
donkere mannen, met de neuzen
platgedrukt tegen de ruiten, en
met eenzelfde benieuwde blik in
de bruine ogen. Zij hijgden nog, en
het was vermoedelijk daardoor dat
nu reeds spoedig de achtervol
ging moesten staken: ik was weer,
zo snel als mijn gedeeltelijk ont
klede staat mij toestond, wegge
reden.
Toch hotel
1YTADAT wij, wat hokkerig, enige
L' kilometers hadden gereden
het gasgeven met een blote voet
moet eerst wennen was het mijn
vrouw, die smeekte toch een hotel
kamer te mogen betrekken. Dat
lukte eerst nadat wij de portier
van een luxe hotel ervan hadden
overtuigd dat wij de naaste familie
van de Aga Khan waren, en hem
als bewijs daarvan de tegenwaar
de van vijfentwintig gulden in
Frans geld hadden overhandigd:
wij sliepen voortreffelijk op veld
bedden, opgeslagen in de badkamer
van het personeel. Nadat wij de
volgende morgen de rekening had
den voldaan, stonden wij voor de
keus de aijto ter plaatse te ver.-
kopen en nog een dag te blijven of
opmiddelijk weer naar huis te ver
trekken. Hoewel ook de eerste op
lossing betekende, dat wij niet
meer in de auto behoefden te over
nachten. zijn wij toch maar weer
huiswaarts gegaan, omdat het ware
vakantieplezier eraf was.
J~iOOR deze gang van zaken is
U het mij met mogelijk met
voldoende gezag le schrijve
over het probleem „slapen in d
auto": het is echter wel zek<
dat als men dat wil doen. mi
daarvoor een rustige plek m<
kiezen. Het geïnvesteerde g
bleek overigens niet geheel w
gegooid: de poes heeft in een
de slaapzakken haar laatste L
van haar nageslacht ter w
gebracht, en moeder en kin'
maken het goed.