m ft 4444 44 44 44 444 44 44 4444 444 Een ontmoeting en met Cacaomijten met Thermometermannetjes S DE ARGUS-OGEN van het „lab" spieden OVERAL en ALTIJD HET ALVEOGRAFINNETJE en het ZUUROOG 1900 li 1910 1920 1930 1940 1950 1955 10 ALLER HANDE Kwaliteit ÉÉN", cacaomijten rillen van schrik als z\j horen dat zij naar het laboratorium moeten, want, dat be tekent, hun onherroepelijke einde. En hoe klein ze zich ook hou den, die toch al zo kleine krab- achtige wezentjes, die met het blote oog niet waar te nemen zijn, zo dra de lenzen van de machtige microscoop zich op hen richten, dijen zij uit tot verschrikkelijke voorwereldlijke gedrochten die met schokkerige haast, als pantser wagens, voortkruipen in het woeste maanlandschap dat een door schim mel en mijt aangetaste cacaoboon blijkt te zijn. Het betrappen van zo'n cacao- mijt is een van de talloze werk zaamheden die het laboratorium van Albert Heijn heeft; als zij betrapt wordt in haar steelse onzichtbaarheid, gaat de partij waarin zij werd aangetroffen onherroepelijk retour aan de af zender want men riskeert geen aantasting van de voorraden op de reusachtige voorraadzolders; alles wat daar ligt is immers de grondstof voor kwaliteitspro ducten en het begrip kwaliteit is zulk een kostbaar goed dat men er met bijzondere waak zaamheid over moet hoeden. Dat geldt niet alleen voor de cacao. Het geldt voor alle grond stoffen. Ook de zeker 20 soor ten bloem, de zeg-maar 12 soor ten vet en de ongeveer 15 soor ten suiker de grondstoffen die in de grootste hoeveelheden worden verwerkt bij Albert Heijn worden in het labora torium met Argusogen en -len zen bekeken en op allerlei ma nieren beproefd. Voor alles op kwaliteit, dan op eigenaardigheid, specifieke geschiktheid voor bepaalde pro ductie en geen leverancier zal «r in slagen een andere soort dan werd ingekocht te leveren. Duizenden analyses Het „lab" met zijn uitge breide staf analytische ex perts controleert onophoude lijk alle binnenkomende grondstoffen. Wie nu weet welk een enorme hoeveel heid producten Albert Heijn 2'J de analysten van het labo ratorium, waken over de onberispelijke kwaliteit van Albert Heijn's producten. Een lachje voor de foto graaf het kan er even van af. Straks wacht weer de ernstdie een verant woordelijk beroep oplegt. r door te verhandelt produceert begrepen (ca. 1500) (ca. 800), zal dat het labora torium voortdurend in de weer moet zijn met zijn apparatuur, zijn talloze branders en flessen, retor ten, reageerbuizen en haar dunne naalden die langs curvetrommels trillen: dui zenden en duizenden ana lyses zijn het resultaat. En bij dat controleren van de binnenkomende grondstoffen die aan de allerhoogste eisen moeten voldoen, blijft het niet. Ook het zgn. h a 1 f-f a b r i k a a t wordt met wetenschappelijk oog bespied. Want gedurende het fabri- catieproces van een der talloze producten van Albert Heijn houdt men vanuit het labora torium voortdurend een oog in het zeil. Immers elk product wordt ge fabriceerd aan de hand van een, ook alweer door het labora torium samengesteld fabricatie- schema, een grote kaart, waar op nauwkeurig aangegeven staat hoe er gewerkt moet worden en tijdens elke willekeurige faze van het productieproces kan men nu controleren hoe de za ken staan. Strenge, wijzende HIER treden dan ook de Thermometermanne tjes op. Zij zijn, bij wijze van spreken „de buitendienst" van het laboratorium. De hele dag dwalen zij rond en controleren aan de hand van het fabricatie- schema de thermometers. En er zijn heel wat thermometers in de fabrieken en opslagplaatsen van Albert Heijn. Aan de biscuitovens, de koek- ovens, de ovens van de beroem de Zaanse koeken, de beschuit ovens, de deegkneders, de si roopketels, de caramelketels, overal trillen de wijzers en hef fen de rode thermometerkolom metjes de strenge vinger tot een totaal van ruim 190, die alle vitaal belangrijk zijn. Behalve deze Thermometer mannetjes wandelt de Kwali teitscontroleur door de grote fabrieken, opslagplaatsen en voorraadkamers. Zijn titel geeft zijn functie al aan. Hij bekijkt het eindproduct zoals het verpakt en verzorgd wordt bij de expeditie om maar iets te noemen. Hij werkt nauw sa men met het laboratorium, waar ook het eindproduct opnieuw wordt bekeken. Dat is de nacontröle van het voltooide product en met de meest ingenieuze apparaten wordt het getoetst. W etenschappelijk recepl WIJ spraken daarjuist over het fabricatieschema. Eigen lijk is dat dus een wetenschap pelijk reeept-met-werkaanduï- dingen. Ook dit wordt samen gesteld door het laboratorium dat nl. ook een soort super-, of proefkeuken is. Als men een nieuw koekje wil gaan fabriceren begint het laboratorium in samenwerking met de afdelingschef van de bewuste productieafdeling, in dit geval de koekjesbakkerij dus, te zoeken naar de meest geschikte bloemsoort, de ge wenste vorm, het siermotief dat er op komt te staan en natuur lijk de smaak, etc. Zo experimenteert men op een klein „koekjesmachientje" een miniatuuroventje dus, vindt tenslotte een nieuw pro duct uit. Na keuring door de proefcommissie legt men alle receptverhoudingen vast, be paalt alle bakvoorschriften en het fabricatieschema is gereed. De bakkers, de siroopma kers, de koffiebr anders, de zuurtjesmakers, de bonbon makers en verder al die an deren die de 800 eigen pro ducten van Albert Heijn ver vaardigen behoeven niet an ders te doen dan nauwkeurig de voorschriften van hun fa bricatieschema te volgen en IS NUMMER zegt de directie vaa A.H. en daarvan gaat men dan ook altijd onverander- Ik uit. Maar de „smaak" is óók iets heel belangrijks. De kwaliteit kan men door voort durende waak zaamheid van o.a. het labo ratorium feil loos handhaven, maar hoe komt men precies te weten welke smaak het beste zal voldoen bij de millioenen- clientèle? Eenvoudig proeven! En wie moet proe ven? Wel: een commissie van doorsnee-Nederlanders. Bij A.H heeft men een dagelijkse proef commissie samengesteld waar onder meer zitting in hebben een inkoper, een meisje van het kantoor, een boekhouder en een cantinehoudster. Pas als iedereen die proeft het lekker vindt, zon der één „maaltje", zet men door en dan krijgt de klant ook inderdaad iets dat lekker is. Voor het echter zover i« moet men dikwijls heel wat werk verzetten. Er zijn koekjes b.v. die ruim 100 proefnemingen gevergd hebben. En wat het verslagjaar be treft; de proefcommissie werd 302 keer bijeengeroepen ter con» tröle van de dagelijkse produc tie. Er werden 28 verschillende nieuwe producten per week ge proefd en 297 nieuwe soorten jams, limonades, koekjes etc konden in dat jaar de toets der critiek dorstaan. hun product zal volmaakt zijn. En dus geheel voldoen aan de hoogste eisen die men stellen kan ten aanzien van kwaliteit, smaak en voedingswaarde (en de prijs niet te vergeten!) En het zal derhalve een waar AH-product zijn!! EEN HALVE EEUW ALBERT HEIJN Elk huisje stelt 50 liliulen voor. Elk figuurtje 260 medewerkers. van het Laboratorium vin den voor een groot deel plaats met dusdanig ingenieuze machi nes dat het er wel lijkt op de robot-werkplaats van een pro fessor uit een beeldroman. Neem nu eens die machine die haarfijn op een scherm vaststelt de brosheid van een beschuitje, een biscuit je en een Zaanse koek; de elasticiteit van een ontbijtkoek en de stevigheid van een pud ding, alle ge gevens die van het grootste belang zijn; im mers geen pro duct met de merknaam „Al- bert Heijn" of het voldoet aan de hoogste kwa liteitseisen. Aan die ma chine nu zit een driftig knippe rend lichtje dat nerveus begint te knipogen als het een verhoogde hardheid in het baksel vaststelt. Het hele vernuftige proces draait om drie vlijmscherpe mesjes die gesta dig snijdend in het baksel, zodra zij de weerstand van hardheid ontmoeten, dat dóórgeven aan de wijzer die het aantekent. De zo ontstane lijn vertelt alles over de brosheid en de bak kers kunnen er hun conclusies uit trekken ten voordele van de klant. Zodat dus uw tanden zo prettig als maar mogelijk is door het baksel heen zullen gaan. Op een dergelijke manier onderzoekt men de elasticiteit van ontbijtkoek. En inplaats van mesjes gebruikt men bij het meten van de vastheid van pudding etc. een ander klein apparaatje op deze machine. In December 1954 was die machine op de kop af 2 jaar en 5 maan den aan het werk. werk. HOE MEET MEN de juiste dikte van een siroop? Met weer een ander slim ma chientje dat met een lange stalen vinger waaraan een schijf is bevestigd, door de vloeistof tast en alles wat het daarin ontdekt door middel van haar electronische brein weergeeft HEEL NEDERLAND kent ons „Ballonnen- meisje". Men zou haar even goed het „Alveografin- netje" kunnen noemen. Want zij staat aan de zogenaamde „Alveograaf", een uitermate scherpzinnig samengestelde ap paratuur welke de rekbaarheid van deeg meet. Want even min als alle hout timmer hout is, is elke bloemsoort ge schikt voor allei soorten baksel. Beschuit vraagt andere bloem dan biscuit en koek eist weer i een andere bloemsoort. Met de al veograaf kan men xn een ougwenk vaststellen welk meel het best geschikt is voor bepaalde baksels. Vroeger waren er wel bakkers, die de „hardheid" met de hand, op het gevoel, vaststelden. Men maakte toen nog wel eens een fout. Het Alveografinnetje" doet het met haar Alveo feilloos. Zij blaast een plakje met water gebonden bloemdeeg op tot een ballon netje en een ijverige stift geeft in een curve, een dun rood lijntje, weer wat er gebeurt. Tot het ballonnetje knapt. Het ene ballonnetje knapt eer der dan het andere, de ene bloemsoort heeft andere eigen schappen dan de andere. Zo wordt de beste en meest geschikte bloemsoort gebruikt voor elk baksel. Zo ook be reikt „Albert Heijn" het hoog ste kwaliteitspeil. WISX u dat uw smaak in Januari minder op zuur ge steld is in uw snoeperijen dan b.v. in Augus tus? De erva ring heeft dat geleerd en bij het samenstel len van een t recept voor zuurtjes, vruch tenkoekjes etc. houdt men er natuurlijk re kening mee. Op het labo ratorium staat een machine die door middel van een helder, oprecht, elec- trisch oog vertelt hoe zuur iets wel smaakt en tegelijkertijd hoeveel zuur ergens in is ge gaan. Met dit „zuuroog" bepaalt men haarfijn de juiste smaak. Hoe vaak dit zuuroog geknip oogd heeft in 1954 heeft nie mand opgetekend.

Allerhande | 1955 | | pagina 10