£iï3üü5EiD COR spreekt over nieuwe tekst grondslagen ondernemingsbeleid Ahold 40% belang in Jacques Borel Nederland Reglement individuele klachtenprocedure is een sterk stuk9 il Registratie ziekteverzuim in 1979 van start IDEEENORGANISATIE DISTRIBUTIE ONDERSCHEIDEN Schoolzwemmen in 't Wolfsbad Verslag commissie buitenlandse activiteiten pagina 2 FLITSEN De "Grondslagen voor het ondernemingsbeleid by Ahold N.V.", zoals die zyn opgenomen in het z.g. "zilveren boekje", zyn aan herziening en modernisering toe. Commissaris Prof. Dr. J. Kreiken: Personeelsblad Ahold N.V. Januari 1979 36ste jaargang no. 1 verschijnt 10x per jaar Oplage: 27.000 Redactiesecretariaat: Ankersmidplein 2, Kamer 1701 1506 CK ZAANDAM Tel. 075-593026 Hoofdredactie: Mevrouw T. Plooijer Redactieleden: J. Breeschoten W. Haeser Mej. T. Harder J. G. Jager B. van der Knaap M. Kohnstamm J. Kragten A. W. Kuipers H. Malag C. D. Menne A. de Roo D. Rövekamp Redactie en vormgeving in samenwerking met PR Bureau Van Hulzen, Voorschoten De Centrale Ondememings Raad (COR) wijdde in zijn vergadering van woensdag 22 november 1978 een eerste korte bespreking aan de voorgestelde nieuwe tekst. In de voorvergadering had men er niet over gesproken omdat het de bedoeling is er in de volgende COR-vergaderingen dieper op in te gaan. De heer A. Heijn (voorzitter van de COR) wilde wel stellen, dat naar zijn mening het nu- een "kort en bondig" stuk is geworden. In een eerste reactie vond de heer J.J.G. de Groot, dat enkele punten op hem - ten opzichte van de vroegere tekst - wat De commissie Buitenlandse Acti viteiten van de COR bracht in de vergadering van 22 november 1978 verslag uit. De commissie had een standpunt geformuleerd over de vraag in hoeverre het ondernemen van buitenlandse ac tiviteiten in een Centrale Onder nemingsraad ter sprake dient te worden gebracht. De heer A. Heijn wilde het verslag van de Commissie eerst in de Raad van Bestuur bespreken alvorens er een mening over te geven. De heer K. Fibbe, commissaris, merkte op dat een Nederlandse ondernemingsraad zich in feite behoort te beperken tot een "Ne derlandse agenda", daar een bui tenlands bedrijf - ook al behoort het tot een Nederlands concern - het recht moet hebben zijn eigen belangen te behartigen. "afgezwakt" waren overgekomen. Hij vond de bestaande tekst duidelijker. Indien echter de uitgangspunten Perso- neelbeleid als een onlosmakelijk deel van de grondslagen kunnen worden gezien dan kan deze reactie worden vergeten. De heer P. Maas was het wel eens met de zinsnede, dat het nodig is - wil Ahold zijn functie zinvol vervullen - de activiteiten voortdurend en tijdig aan te passen aan de wensen van de consu ment of aan steeds veranderende om standigheden, maar hij voegde er aan toe, dat dit voor de personeelsleden onzekerheden schept, waardoor mede werkers vaak niet ontvankelijk zijn voor op zich gewenste veranderingen. Hij koppelt daaraan, dat het bijzonder moeilijk zal zijn te realiseren wat in de grondslagen staat vermeld, t.w.: "aan medewerkers niet alleen bevrediging maar ook een uitdaging in het werk moet worden geboden". "Omdat het moeilijk is behoef je het nog niet te laten", bracht de heer Heijn daar tegen in. Commissaris de heer K. Fibbe - aanwe zig met mede-commissaris de heer prof. dr.J. Kreiken - wilde ook wel wat "filo soferen" over het onderhavige stuk. daarbij met nadruk stellende, dat hij niet de mening van de Raad van Commissarissen vertolkte, maar een persoonlijke visie gaf. De heer Fibbe bracht naar voren, dat een 20-tal jaren geleden de onderne mingsdoelstelling in hoofdzaak werd verwoord met "winst maken". Dat is steeds verder uitgewerkt. De samenle ving wil ook dat een aantal van haar doelstellingen wordt meegenomen in het ondernemingsbeleid. "In een stuk als dit zegt de onderneming welke onderwerpen in het beleid een rol spelen en op welke wijze", aldus de heer Fibbe, die zei te verwachten, dat ook in de komende jaren dergelijke "grondslagen" steeds moeten worden aangepast. Prof. Kreiken, ook voor zichzelf spre kende, onderscheidde drie onderdelen in het beleid: doelstelling, voorwaarden, middelen. Hij zag in het stuk een goede inleiding tot een verdere precisering van het be leid, waardoor men tenslotte tot een soort "grondwet" voor het onderne mingsbeleid zal komen. Op de vraag van de heer R.S. Cascone over de rol van de (C)OR bij dit alles zei de heer Heijn: "Onverschillig wat er in de wet staat, ik vind dat de COR er kennis van moet nemen en zonodig met suggesties moet komen tot wijziging en aanvulling." De heer F.J. Petra zou graag zien, dat er in de grondslagen - in het algemeen gesproken - vooruitgelopen werd op hetgeen er in de samenleving aan opvattingen onstaat en verandert. De heer Heijn vond, dat veel onderne mingen - zonder dat dit zo is geformu- Het streven is er op gericht per 1 mei 1979 te gaan starten met een "Regle ment individuele klachtenprocedure". Dit komt voort uit: uitwerking van een element van de UPB aandrang van vakbonden een te verwachten wet op dit terrein. Bij de Centrale Ondernemingsraad is het concept daarvan nu in behandeling. In één van de eerste vergaderingen van 1979 zal men het diepgaand bespreken. Woensdag 22 november kwam de heer J.C. Voskamp als "gast" in de COR-ver- gadering om een toelichting op het concept te geven. Hij merkte op, dat niet alles via dit reglement tot een oplossing zal kunnen worden gebracht. Het leek hem echter van groot belang er experi menteel mee aan de slag te gaan. Wanneer dit nodig mocht blijken, kun nen altijd wijzigingen worden aange bracht. Commissaris prof.dr.J. Kreiken sprak van "een sterk stuk". Naar zijn mening is er "zeer veel individueel klein verdriet in grote organisaties" en hij vond, dat leerd - vaak al verder gaan dan de voorschriften luiden. Dat is altijd zo geweest: Albert Heijn heeft al meer dan een halve eeuw'een eigen pensioenfonds en daar bestaat zelfs nu nog geen verplichting voor. De heer Kreiken vulde zijn opmerkingen nog aan met te zeggen, dat de grondsla gen als het ware een raamwerk moeten vormen waarbinnen alle werkmaat schappijen moeten kunnen werken. Op basis van de grondslagen kan de uitvoe ring van het beleid worden getoetst. Hij waarschuwde tegen een te veel vastleggen: dan kun je geen beleid voeren. Na nog enige discussie werd zoals gezegd besloten er een volgende keer dieper op in te gaan. men er bij Ahold erg gelukkig mee kon zijn, dat hier aandacht aan wordt geschonken. Het gaat soms om ogenschijnlijk onbe langrijke dingen, die voor de betrokke nen echter van groot gewicht kunnen zijn. van de Ideeënorganisatie distributie, uit handen van de heer J.G. Nolst Trenité, voorzitter van het Ideeën- centrum, de wisseltrofee in ont vangst, welke behoort bij de bedrijfs- onderscheiding 1977. Deze onderscheiding is in 1976 inge steld door het Hoofdbestuur van het Ideeëncentrum om de ideeënwerving in bedrijven en instellingen te propa geren en te stimuleren. Het Ideeën- centrum is een ledenorganisatie van het NIVE, Nederlandse Vereniging voor Management en stelt zich tot doel het Ideeënbuswezen in Neder land te bevorderen. De bedrijfsonderscheiding is ver deeld over drie sektoren. t.w. indus trieel, administratief en dienstverle nend en werd uitgereikt in de vorm van een wisseltrofee aan: Du Pont de Nemours (Ned.) B.V. (industrieel), A.B.N. N.V. (administratief) en Ahold distributie (dienstverlenend). Bij de beoordeling voor de toeken ning heeft men in het bijzonder gelet op het inzend- en bruikbaarheids percentage van ideeën over de perio de van een kalenderjaar, in dit geval 1977. Een in 1978 gehouden proef "registratie van het ziekteverzuim" is geslaagd. Op grond daarvan is besloten in 1979 te starten met de registratie van het ziekteverzuim voor alle Ahold-medewerkers, die in het computerbestand zijn opgenomen (derhalve niet: AC restaurants, Ostara, Meester en Sterovita). Afgesproken wordt dat in samenspraak met de Centrale Personeeldienst zal worden bekeken hoe informatie hierover zinvol kan worden doorgespeeld aan de (C)OR'en. Winstdelings- commissie geïnstalleerd De COR koos op woensdag 22 november 1978 een nieuwe winstdelingscommissie. Hierin kregen zitting de heren F.J. Petra, J.C.M. de Groot en N.H.J. Algcra. De commissie wordt nog aange vuld met één "deskundige" uit het bedryf. Op woensdag, 22 november j.l. nam de heer M.H.J. Franken, secretaris Eind december hebben Jacques Bo rel Nederland B.V., Ahold N.V. en OGEM in principe overeenstemming bereikt over een samenwerking op het gebied van bedrijfscatering. Hiertoe zal Ahold via haar restau- rant-/recreatiegroep voor 40% en OGEM via een dochtermaatschappij voor 10% deelnemen in het kapitaal van Jacques Borel Catering Neder land (tot voor kort Générale de Restauralion Sutcliffe Catering ge noemd). De omzet van deze vennootschap bedraagt 15 miljoen en het bedrijf heeft 350 medewerkers in dienst. De taak van Jacques Borel Catering Nederland omvat voornamelijk het beheer van restaurants in fabrieken en kantoren. Dagelijks maken ruim 15.000 personen gebruik van de 55 bedrijfsrestaurants, waarvan een aantal in het buitenland, die door Jacques Borel Catering Nederland worden beheerd. Sutcliffe Catering Group In vele landen is het Franse horeca- concern Jacques Borel International aktief in de bedrijfsrestaurantsector, veelal in samenwerking met nationa le ondernemingen. In Nederland werd tot voor kort samengewerkt met het Engelse catering concern, Sut cliffe Catering Group. De wens van Jacques Borel Neder land om een sterkere basis in Neder land te realiseren heeft er toe geleid dat Jacques Borel hel belang van Sutcliffe Catering heeft overgeno- De deelneming van Ahold moet worden gezien in het licht van de wens van de restaurant/recreatie groep van Ahold N.V. om meer activiteiten te gaan ontplooien op het gebied van de catering van bedrijfs restaurants. Deze wens is een uit vloeisel van het feit dat steeds meer levensmiddelen niet thuis geconsu meerd worden. Dit gaat ten koste van het supermarkt-aandeel in de totale levensmiddelenmarkt. eten buiten de deur O.a. de ontwikkeling van het eten buiten de deur en het feit dat Ahold haar food-belangen wil waarborgen, hebben er toe geleid dat liet bedrijf reeds stads- en wegrestaurants ex ploiteert. Met de aanpak van de bedrijfscate ring wordt nu een begin gemaakt. De hotelactiviteiten van Jacques Bo rel Nederland, Hotel Maastricht en Hotel Lelystad, vallen geheel buiten deze transaktie. werkgelegenheid De direktie van Jacques Borel Cate ring Nederland, gevestigd te Badhoe- \edorp, blijft gevoerd worden door de heer A C.C.M. van Meerwijk met de heer A.L.R. van Daele als adjunct direkteur. Hel bovenstaande heeft geen gevol gen voor de werkgelegenheid bij Jacques Borel Catering Nederland. Het op 21 juni 1978 in gebruik genomen zwembad 't Wolfsbad" van het vakantiepark 't Wolfsven" te Mierlo wordt ook gebruikt voor het schoolzwemmen. Op 7 december j.l. werd er voor het eerst afgezwommen. 33 kinderen probeerden het A-diploma te halen; 32 slaagden daar in Voor het zwemcertificaat (combinatie van A en B) gingen 117 kinderen op, waarvan 101 het certificaat ontvingen. 't Wolfsbad is dus niet alleen een aanwinst voor de vakantiegangers, maar ook voor de bewoners van Mierlo.

Personeelsbladen | 1979 | | pagina 2